Proyek Kampung Loco

  • Increase font size
  • Default font size
  • Decrease font size
December 2010 t/m Maart 2011, Joep en Marijke

Vrijdag 25 februari 2011

Zaterdag 19 februari 2011
(Marijke) Even snel aan de slag. Bij Adi en Mariam binnen even vegen en buiten alles vegen. Het moet toch netjes zijn als ze vanavond terug komen. Ik benijd ze niet, met deze wind op het water. Even voor tien uur gaan we richting strand. Joep zet mij af bij Senggigi Beach hotel en gaat Han ophalen. Ja, lopen zit er met Han niet in. Het is te warm en ze heeft nog steeds behoorlijk dikke enkels. Als ze weer terug zijn, lopen we samen naar het winkeltje van Adam zijn moeder. Adam en zijn vrouwtje zitten al te wachten. Met een lekker kopje thee en koffie zitten we in de schaduw in de wind met de zee aan onze voeten. Wat wil een mens nog meer. Even later komt de broer van Adam er aanrijden met vrouw en dochtertje. Het dochtertje kijkt boos. Nou zijn de stomme orang Belanda (blanke mensen) er alweer. Ze houdt zich dan ook de hele tijd zoveel mogelijk uit ons zicht. Heel af en toe komen haar oogjes ergens over heen kijken om te zien of we al weg zijn. We zorgen dat we keurig om twaalf uur weer thuis zijn. Gisteren kwamen we onderweg een moeder tegen met haar dochter en vriendinnetje. Ze waren op weg naar ons huis voor schriftjes. Adi en Mariam zijn er niet, dus ik vroeg ze om vandaag om 12 uur terug te komen. Ik leer het ook nooit. Om 12 uur is er natuurlijk niemand. Terwijl we rustig binnen in de koelte van de ventilator zitten te lezen, hoor ik wat bij de buurtjes. Ja hoor, Adi en Mariam zijn terug. Helemaal bekaf, maar ook helemaal gelukkig dat ze weer terug zijn.We drinken even samen een bakkie koffie en dan gaan ze bijslapen. Tegen drieen staan de kids voor de deur voor de beroemde schriftjes. Nee hoor, nu slapen Adi en Mariam, kom over een uur maar terug. Joep gaat Han ophalen en we drinken samen nog even wat. Dan gaan we samen met Han bij Cuk en Juni op het muurtje zitten. De zus van Cuk heeft haar winkeltje alweer opgebouwd. Dus Han mag proeven. De “Ambon” (cassave gevuld met palmsuiker) en pisang goreng smaakt prima. Ook de saté Usus (saté van darmen) smaakt Han wel. Tussendoor komen er wat moeders en kindjes aanwandelen die ook even wat lekkers gaan halen. Han probeert trouwens, net als Loes, geen kippekoppen. Raar he? Tussendoor komt en nog een grote knul, een echte puber, aanlopen. Nat bezweet van het voetballen op het veldje. Ik stel hem aan Han voor. Haar sponsorkind. Hij lacht plosteling verlegen. Leuk, zo’n bonk van een kerel, die ons amper aankijkt, wordt nu plotseling verlegen en schud Han de hand. Dan excuseert hij zich en gaat gauw mandiën. Prima hoor, Han vond het gewoon leuk hem even te zien. De jongens hier zijn allemaal van die mini-mannen en gedragen zich erg volwassen. Het is leuk om te zien, hoe ze stoer en volwassen proberen te zijn, terwijl ze er nog uit zien als een dartel veulen. Sommige sponsors verwachten echt contact met de kinderen. Maar deze kinderen uit de kampung, weten niet wat ze moeten zeggen of wat er van hen verwacht wordt bij de sponsors. Wij komen hier nu al 11 jaar en hebben de kinderen op zien groeien. De oudere jeugd zegt ons hallo, maar de kleintjes weten echt niet wat ze met ons aanmoeten. Zij zijn al apetrots als ze met Joep (die tenminste qua kleur nog op hen lijkt) high-five doen en het feit dat ze dat durven. Het kost heel veel tijd en geduld om deze kinderen aan ons te laten wennen. Maar het is dan ook des te leuker als het lukt. Toch blijft het leuk om je sponsorkind hier zelf te ontmoeten. Dan zie je in ieder geval in levende lijve, hoe zo’n jongen of meisje hier in de kampung leeft. Maar contact, zoals je in Nederland met een kind zou hebben, moet je hier niet verwachten. Blijf kijken en leren is de boodschap. Tot half zeven houden we het lekker vol daar op het stoepje en dan gaan we terug naar huis. We hadden al eerder met Adi en Mariam afgesproken om vanavond bunkus (eten om mee te nemen) zouden halen. Dan kunnen zij ook nog rustig aan doen. Han vindt het zo leuk, dat zij tracteert. Dat wordt dan dus een bunkus van Cakpoer (sommige mensen in Nederland zijn nu jaloers). Gelukkig smaakt deze als vanouds. Als het eten op is, hebben Adi en Joep nog een verrassing. IJs toe! Voor iedereen nog een heerlijke Indonesische Cornetto. Wat hebben we het toch slecht. Dan naar buiten naar de beruga om samen met Han weer een kaartje te leggen. Verrassing, Han heeft, naar aanleiding van de kaartverhalen, twee sets nieuwe kaarten meegebracht. Opdruk een molen en de woorden Holland. Super leuk. Eerst pesten, waarbij ik eindelijk eens win, daarna jokeren, shit Adi wint. Maar je merkt aan Adi en Joep dat ze elkaar gemist hebben. Lekker dom doen, lekker elkaar voor de gek houden. Nou eerlijk is eerlijk, we zijn dolblij dat ze terug zijn. Met de moeder van Mariam gaat het trouwens redelijk. Het probleem is dat ze medicijnen voor het diabetic nodig heeft en daar zullen de kinderen uiteraard voor moeten zorgen. De andere dochter uit Sumbawa was nu aangekomen en daarom konden Adi en Mariam ook naar huis. Adi heeft gewoon het probleem dat hij geen inkomen heeft als hij in Java is, dus hoe kan hij helpen als hij zelf niets heeft. Morgen gaat  hij hier weer aan de slag.

Zondag 20 februari 2011
(Joep) Vandaag vroeg uit de veren want we hadden beloofd het project van Isac en Ayu te gaan helpen met Engelse les. We rijden langs huize Isac en gezamenlijk toeren we naar het kleine gebouwtje in de bergen dat vanmorgen dienst doet als leslokaal. Een andere weg als dat we met Adi en Mariam zijn gereden 2 weken geleden. Het laatste stuk lopen Ayu, dochtertje Nathalie en Marijke omdat Isac nog wat boeken op ging halen. Alleen cros ik over het heuvelachtige paadje dat slingerend een weg vind naar het schooltje. Ineens zie ik het schooltje aan de overkant van de rivier liggen en hoewel er geen water in de rivier staat is het onmogelijk om per motor daar te komen, dus de laatste 20 meter maar te voet. Vanuit de heuvel komen de kinderen aangewandeld, zij hebben er wel zin in. Ayu verteld dat er waarschijnlijk vandaag niet zoveel kinderen zullen zijn aangezien het feest van Mohammed gevierd word in een nabijgelegen dorpje. Elk dorpje viert dit op een zelf te bepalen dag en bij ons in Kampung Loco word het a.s. woensdag gevierd maar daarover later, als het zo ver is, meer. Toch komen er nog zo’n 35 kinderen op dagen. Ze worden verdeeld in 3 klassen, Arip neemt de oudere kinderen, Ayu de allerjongsten en Marijke neemt de kinderen tussen 8 en 12 jaar. Alledrie hebben ze een white-board ter beschikking waarop de “leerkrachten “ wat opschrijven wat de kinderen overnemen in hun schriftjes. Daarna worden de woordjes een voor een hardop geoefend en aangezien er 3 klasjes in een lokaaltje zitten ga ik bij het ene en daarna bij het volgende klasje zitten. Langzaam maar zeker ontdooien de kinderen die les krijgen van Marijke en de volgende keer zijn ze naar alle waarschijnlijkheid al aan haar gewend maar dan zal ook het klasje wat groter zijn. Als de les is afgelopen en we afscheid hebben genomen van de kinderen tuffen we weer terug naar de bewoonde wereld en gaan we even bij Han in Graha langs. Na een heerlijk kopje koffie en het nodige gepraat zoeken wij even de rust en een koele mandi op thuis.
(Marijke) Als we terug komen in de kampung, horen we van Boung dat de “specialis” gisteren vertelde, dat het been van Ana wel degelijk gebroken is. Alles in mij schreeuwt erom om Boung en Sareah om te praten dat meisje naar het ziekenhuis te brengen. Oh, als we maar lang genoeg door zeuren, zullen ze dat voor ons misschien ook wel doen. Maar met heel grote tegenzin en met weinig vertrouwen. Al jaren gaat iedereen hier naar de “bone specialis”. Ze hebben er een grenzeloos vertrouwen in en vele genezingen zijn het bewijs. Ze naar het ziekenhuis sturen, puur voor mijn gemoedrust is niet eerlijk en weer leer ik te zwijgen en toe te kijken. Ik hoop alleen heel erg dat die meid weer helemaal op de been komt. Ik heb namelijk niet dat grenzeloos vertrouwen en bekijk het hele verhaal met de nodige argwaan. Tegen vier uur richting Pos Ronda. Het is zondag, dus mensenkijkdag. Han wil dat ook wel eens zien. Een half uurtje later komt ze vanuit Graha erbij zitten en kijken en kijken we. Han houdt de camera in aanslag voor wat er allemaal langs komt.  Het blijft net een film, waar je als toeschouwer bij zit, alleen de herrie van de motortjes zonder uitlaat overheerst soms elk gesprek. Politie is op zo’n dag al deze nergens te bekennen. Die komen op vrijdagmiddag als er bijna niemand op de weg is. Ze zouden nu zoveel goed werk kunnen doen. In ieder geval al door al die knalpotten en jongen kinderen van de weg af te halen. Dan praten we niet eens over, zonder helm of met vier of vijf op de motor. Adi komt terug van Senggigi en komt er ook even bij zitten. Daarna Cuk nog even en twee meiden uit de kampung. Het wordt gezellig op de Pos Ronda. Tegen zevenen als iedereen weer huiswaarts gaat voor het gebed, komen ook Jan en Dinega Visscher langs lopen. Zij hebben hun eigen project hier en doen ook heel erg hun best om de mensen te helpen. We nemen afscheid want zij vertrekken a.s. woensdag richting Bali en dan naar huis, waar hun nieuwe kleinkind wacht, dat op 5 februari geboren is. Joep speelt weer voor Ojek en brengt eerst Han en dan mij naar Bumbu 1 voor een heerlijke maaltijd. We sluiten de dag af met de nodige ice-lemon tea en heel wat getetter. Joep brengt vervolgens Han weer keurig naar Graha en even later tuffen wij tweetjes naar de kampung. Daar treffen we Marjan. Hij gaat een paar maanden de stroom met ons delen, tot hij zijn eigen aansluiting krijgt. Iets wat hier in de kampung heel gewoon is. Cuk komt er ook nog even bij staan. Gezellig is het wel, maar ik voel dat de ice-tea zijn loop heeft voltooid en dus wil ik richting huis, richting Hollands wc-pot ha-ha.

Maandag 21 februari 2011

(Marijke) Immigratiedag. Samen met Adi gaan we om negen uur op pad, richting Immigratie. Daar aangekomen gaan we eerst het hele set papieren van beide mappen kopieëren. Ja, we leren het al. Vervolgens naar boven voor het overhandigen van de mappen. Onze grote vriend, Dadé is echter nergens te bekennen. Adi wordt meteen onzeker. Wie zal ons nu helpen. Maar er zit een aardige dame, die de mappen aanneemt en ons vraagt even te wachten. Er staan meer mensen met mappen en ze moet ze eerst allemaal controleren voor we weer aan de buurt zijn. Na een half uurtje mogen we weer naar voren komen. Allebei mogen we 2 pasfoto’s inleveren, die we keurig bij ons hebben. Ja we hebben wel wat geleerd vorig jaar. Dan mogen we mee naar achter naar het kantoortje voor de finger-prints. Ik bereid me al voor op de vele prints. Joep staat in de gang nog te kletsen met de mevrouw, dus ik roep hem: “Joep”. De man van de finger-prints roept er meteen in het Nederlands achteraan: “Kom hier”. Lachen geblazen natuurlijk. Tot onze grote verbazing volstaat deze keer een afdruk van onze rechterduim en dat slechts een keer. Ze worden nog efficient! Jammer dan, echt niet, want konden vorig jaar daarna onze paspoorten weer mee nemen, nu moeten we dus morgenmiddag om 2 uur terugkomen. De meneer die moet tekenen is er vandaag niet. Ja, thats life. Het ging ook bijna te goed. Adi gaat door naar Chakra en wij crossen terug naar huis. Daar wacht Belo op ons. Het is een super aardige jongen, alleen noemen we hem wel eens een “plekkont”. Vergeef ons de uitdrukking, maar dat is zo’n figuur, dat wanneer hij gezellig zit te praten niet meer weg te krijgen is. Na ruim een uur lukt het dan toch en wij nemen het er nog even van. We zouden eigenlijk nog gaan zwemmen, maar nu rond het middaguur is het veel te warm en er is niet veel schaduw rond het zwembad. We schuiven het wel een dagje of weekje op. Tidak apa apa. We trekken ons even terug voor een momentje tidur! Tegen vier uur gaan we richting Graha en naar Han, die lekker op haar terrasje zit te lezen. We praten de dag even bij en besluiten om bij de Pasar Sini te gaan kijken. Joep fungeert weer als Ojek en dat gaat prima. Ik loop alvast richting Pasar, maar bij het eerste kraampje rechts wordt ik al tegen gehouden. “Marieke, duduk” (Marijke ga even zitten). Ik praat even met het vrouwtje van ons dorp, maar dan staat Joep al weer voor me. Samen gaan we naar Pasar Sini. Han denkt dat de winkeltjes dicht zijn. Nee hoor, zo stil is het hier altijd. Er is nooit iets te doen op de Pasar Sini althans in deze periode en we hebben dan ook geen idee hoe de mensen hier overleven. Maar ze zijn er en blijven er. We lopen even rond en gaan dan naar Coco Loco voor een heerlijk drankje aan zee. Het geluid van de golven is heerlijk rustgevend. We zien een superklein visserbootje uitvaren en zijn netten uitgooien. Tijd heeft hier een totaal ander begrip. We nemen Han mee naar de Chinese souvenierswinkel Bayan Lombok met zijn vaste prijzen. Hier kun je rustig rondkijken en alles is geprijsd. Niks tawarren maar goedkope, leuke spulletjes. Hier kan Han rustig kijken voor souverniers. Het houtsnijwerk is hier zelfs goedkoper dan in de plaatsen waar het gemaakt is. Maar ja, daar hanteren ze inmiddels echte toeristenprijzen. Het is inmiddels tegen acht uur en we besluiten naar Angel te gaan. Dit keer gaat Han met haar keuze van eten met mij mee. Het wordt Mie Kua. Een heerlijk noodlesoepje met veel groente, garnalen en kip. Alleen moeten bij Han de garnalen achterwege blijven. Geen nood, ook dat kan. Han verbaast zich erover dat ze hier zo veel kan slapen. Nu snapt ze ons leeftempo hier veel beter. Ze had geen idee van deze afmattende vochtige hitte. Je energie verdwijnt hier als sneeuw voor de zon (rare spreuk met dit weer). De beste uren, vroeg in de ochtend, slapen wij meestal nog en daarna is het gewoon weer bloedheet. Wij zijn er redelijk aan gewend en ons tempo ligt dan gewoon laag en veel schaduw zoeken. Maar ik kan me voorstellen als je dit niet gewend bent, dat het dan echt heel vermoeiend is. Maar gewoon pelan-pelan (rustig aan) dan kom je hier goed de dag door.

Dinsdag 22 februari 2011
(Marijke) We gaan ontbijten samen met Han bij Graha. Terwijl we daar zitten te eten, worden we in het Nederlands aangesproken. Aan de andere tafel zit een echtpaar, hij uit Nederland, zij van Java. Hij vertelt dat de school van zijn schoonzus hier een project geholpen heeft. Het begint ons te dagen. Jawel, hoor het is de schoonbroer van Nanda Mantel. Zij is hoofd van de school de Koempoelan in Purmerend. Zij hebben toentertijd met hun tien-jarig bestaan een geweldig leuke aktie gehouden voor ons en voor een project in Nepal  (zie elders op de web-site). Hoe klein is de wereld. Jammer genoeg vertrekt dit echtpaar vandaag al naar Java, anders hadden we hen de kampung kunnen laten zien. Och wie weet, komen ze nog eens terug. Keurig om negen uur staat Mus met de bemo klaar. Instappen maar, even naar de money-changer en wat drinken kopen voor onderweg en dan richting Bangsal. Han kijkt haar ogen uit. De eerste stop is natuurlijk Malimbu. Dezelfe route die we vorige week met Loes hebben gedaan. Alleen is nu het weer wat beter, maar gelukkig een beetje bewolkt. Daarna nog een stop en dan door naar de haven. Daar zien we toeristen die komen en vertrekken, maar de infrastructuur is ver te zoeken. Geen taxi’s of bemo’s in de buurt, terwijl het nog behoorlijk ver is naar Senggigi. Ook mensen die een ticket hebben voor de overtocht naar Bali worden een beetje aan hun lot overgelaten en moeten zelf zien te ontdekken welke boot ze moeten hebben. Het kan natuurlijk ook zijn dat ik het hele systeem niet zie, dat hier dan toch ergens is. Ik verbaas me nergens meer over. Wij rijden verder via Bangsal. We maken nog enkele stops bij de sawa’s (de rijstvelden) wat voor Han nog een paar mooie foto’s oplevert. Dan door naar Pusuk Pas waar alle aapjes weer braaf op de bus zitten te wachten. We stoppen weer bij de prachtige beruga met het mooie uitzicht. In een week tijd is hier een winkeltje geplaatst. Mus stelt voor om een lekker bakkie koffie te nemen en pinda’s voor de apen. Nou dat wordt gezellig. Ze komen steeds dichter bij. Een moeder met kind neemt zelfs een koekje uit Joep zijn handen aan. Maar als een ander aapje begint te lachen (en dan zijn ze beslist niet blij) nemen we toch maar een steen bij de hand. Een monyet beet is niet zo prettig en deze beesten zijn en blijven wild. Na deze rustpauze, nog een stop bij de rivier en dan door naar Mataram Mall. Vanuit de ruige jungle, naar het moderne Indonesië. Een grote stap, maar hier slechts 15 kilometer. We gaan eerst lekker wat drinken uiteraard, je moet goed voor jezelf zorgen, dan gaan we op zoek naar een echte waterkoker. De 2de die we nu al in gebruik hebben krijgt iedere keer zo’n hete stekker, dat we dat apparaat ook niet meer vertrouwen en waar de aansluiting zit, lekt de plastic kan. Nu kopen we dus maar een echte.. Zo eentje die we in Nederland ook hebben, maar dan wel met maar 800 watt. Ja, we moeten goed op ons stroomgebruik letten. Ook zoeken we nog een plastic kastje voor op de badkamer. Plastic is hier de mode momenteel Ik bekijk de meest foei lelijke dingen en kies dan meestal de minst lelijke. Maar dit gaat te ver, zo lelijk kan ik het echt niet hebben. Roze bedrukt met beertjes of eendjes. Fel groen met zwart met relief wat nergens op lijkt. Nee, dan nog maar even wachten en hopen op betere tijden. Ik loop nog even met Han de supermarkt binnen om haar, slagersvrouw in hart en nieren, de slagersafdeling te laten zien. In mijn kromme Indonesisch vraag ik of zij als collega een foto mag maken. Maar, nee, dat mag niet. Han geeft niet op en zoekt op haar fototoestel een foto van haar eigen uitstalling in Meerlo. De jongen begint super breed te lachen en roept er meteen een collega bij. Oh, ze heeft een zaak in Belanda en niet hier. Nu mag ze foto’s maken en bekijken ze samen wat voor vlees er uitgestald ligt. Super leuk. Het is al bijna drie uur en we moeten de paspoorten nog ophalen bij de immigratie, dus snel Mus opgebeld en die staat een half uurtje later voor onze neus. Bij de immigratie rennen Joep en ik even naar binnen en ja hoor, onze paspoorten liggen klaar. We mogen zelfs in Indonesië blijven tot 29 maart. Maar we hadden voor de zekerheid een dag minder genomen. Je weet maar nooit hoe ze hier tellen. Dus de 28ste gaan we Indonesië verlaten. Dit was voor nu de laatste keer immigratie. Viel best mee, twee keer. We rijden terug naar Graha. Han gaat lekker rusten en wij crossen op ons brommertje naar huis. Onderweg op het voetbalveldje zien we dat de grote palmboom voor de viering morgen, geplaatst gaat worden. Joep maakt even foto’s en dan het dan niet laten om mee te helpen. Ze hadden dan ook net via de moskee omgeroepen hadden of alle “jonge” mannen mee wilde helpen. Joep heeft dit natuurlijk niet verstaan en trouwens wie wil beweren dat hij niet jong is? Ha-ha. Maar daarna gaan wij ook even gestrekt. Het is dan ook al vijf uur. We zijn bekaf, maar waarvan???? 
(Joep) Als we willen gaan eten regent het, dus maar iets later dan. Deze keer kiezen we voor Lagoon, een nieuw restaurant. Live muziek, alleen wat vals en de prijzen zijn ook iets aan de hogere kant. In plaats van 10% korting komt er zelfs 10% service boven op het te betalen bedrag wat nergens op de menukaart vermeld staat. Waarschijnlijk betalen ze hier de live muziek van maar voor ons hoeft het niet. Vroeg in de avond brengen we Han naar haar hotel waar we nog even wat nakletsen op haar terrasje en rijden dan door naar huis.

Woensdag 23 februari 2011

(Joep) Vroeg in de morgen worden we wakker en na ons ontbijtje is het wachten geblazen op Ibu Iba voor onze wekelijkse massage. Ze komt iets later vanwege de drukte in onze kampung want het is vandaag hier het feest van Mohammed. Wat het precies inhoudt weten we niet en we kunnen het Adi ook niet vragen omdat hij op dit moment in de haven van Lembar is met zijn handel aangezien er een cruise schip vandaag binnenloopt. Terwijl ik gekneed word komt Eful ons uitnodigen bij hem thuis om een hapje te komen eten en het blijkt dat op zo’n dag familie,vrienden en kennissen worden uitgenodigd om op den bik te komen. Als Eful weg is komt Cuk aanlopen om te vertellen dat we bij Mami en Sane zijn uitgenodigd en hij vertelt mij het een en ander over het gebruik. Hij houdt geen “party “ maar heeft eten naar de moskee gebracht waar ook vandaag veel mensen bijeen komen. Nou moeten we maar eens kijken hoe we dit oplossen.
(Marijke) Cuk staat al te wachten als ik uit de massage kom. Sorry Cuk, even douchen. In de tussentijd haalt Joep Han op, want hier moet ze bij zijn. Als we bij Mami aankomen, staat het eten al op de beruga. Edu, Annette en Belo zijn er ook. Rijst, hete kip, hete saté, hete boontjes. Arme Han, alles wat ze probeert is behoorlijk pedis (pittig). Maar ja, dit is dan ook de echte traditionele keuken. Ik vraag Annette of we nog iets speciaals moet zeggen of doen, maar zij zegt dat je alleen maar hoeft te eten, nog een half uurtje nakletsen en dan rustig kunt weggaan. Er is voor heel veel mensen gekookt en ze hebben allemaal vrienden en familie uitgenodigd. Het feit dat we nu bij Mami en Sane zijn uitgenodigd, vinden we toch wel een grote eer. Mami is hadji (in Mekka geweest) en geniet veel aanzien in het dorp. Hij is naar ons toe altijd super vriendelijk, alleen niet erg spraakzaam. Hij kent dan ook geen woord Engels. Na nog een kopje koffie, gaan we dan ook een huis verder, naar Eful en Kartini. Daar wordt het thee, maar het eten slaan we af. Of we dan alsjeblief de snacks willen proberen en weer wordt de hele vloer volgezet. We proberen wat cake en een geperfermeerde rijst. Deze rijst zou na een maand Brem worden. Een rijstwijn. Je proeft dat ze met aparte bumbu (kruiden) gewerkt hebben. Als we gaan krijgen we nog bunkus mee. Van al het eten nog wat ingepakt. Eten is in de land van schaarste, de manier om iets te vieren. Han gaat even terug naar Graha en wij gaan mee. Even weg uit de drukte, even rust. Eful komt even later om de plannen door te spreken voor morgen want dan gaan we met Eful en Cuk een kleine tour maken over Lombok. Tegen vier uur weer richting kampung. Halverwege op het kleine voetvalveldje krioelt het al van de kinderen. Ochong en Zul regelen alles. Ochong heeft een luidspreker, maar blijft schreeuwen. Dus aan geluid geen gebrek. Aan een bamboestellage hangen aan een kant papaya’s en aan de andere kant kroepoek. Een soort van koekhappen. Dit is een spel voor de allerkleinsten. De papaya is een behoorlijk grote vrucht, nu volgesmeerd met kokosolie, vermengd met het zwart van de kookpotten. In de papaya zijn allemaal geldstukken geduwd van 200 ruphia. Vijf jongens melden zich aan, soms lichtelijk gedwongen ha-ha en die worden de handen op de rug gebonden. Ze moeten proberen met hun tanden de geldstukken uit de papaya’s te halen. Hun gezichten zijn binnen de kortste keren zo zwart als de nacht. Een manneke is wat kleiner als de rest en springt iedere keer naar de papaya’s. Zo’n komisch gezicht. Tot een grote kerel medelijden krijgt en hem even optilt. Tussendoor gooit iemand de deelnemers nat met een bak water. Lachen geblazen. Het geld wat ze eruit halen mogen ze uiteraad houden en als ik het allemaal goed heb kunnen volgen, tussen al die krioelende mensen, heeft Ismael de grootste buit binnen gehaald. Dan komen de meiden aan de beurt met de kroepoek. Er hangen zo’n vijf stuks gedraaide kroepoek aan een touwtje. Wie dat het eerste op heeft, uiteraard weer met de handen op de rug gebonden, krijgt 2000 ruphia (toch nog altijd 16 cent!) nummer 2 1000 ruphia en de rest de eer. Wat zijn ze fanatiek, wat is het een leuk gezicht. Ja, gewoon koekhappen, maar dan op zijn Indonesisch. Hier is Eva de grote winnaar. Dan komt het grote moment, de jonge mannen gaan in de grote boom klimmen. Deze palmboom is helemaal geschaafd en glad gemaakt met motorolie en diervet. Het ding glibbert als je er maar aan wilt komen. Boven aan is een grote cirkel gemaakt met allemaal kadootjes eraan en op de top zit een vlag. Als je de vlag te pakken krijgt, krijg je 20.000 ruphia (toch weer 1,60 euro). Ja daar doe je het toch voor. Het mooiste van alles is dat het sponsorkind van Han als eerste moet. Hij was vorig jaar de winnaar en moet nu laten zien wat hij kan. Wat is dit zwaar. Met oude lappen hebben ze ronde touwen gemaakt, die ze proberen klem te zetten om de boom. Maar door de vettigheid glijdt alles natuurlijk weer naar beneden. Hij komt toch tot ¾ van de boom, maar is dan total-loss en laat zich naar onderen glijden. De tweede die het gaat proberen, komt wel tot boven en trekt tot Han’s verbazing het door haar geschonken shirt naar beneden. Toeval bestaat niet. Nummer 3 gaat voor de vlag en het lukt hem ook nog. De prijzen zijn lachwekkend, gekregen T-shirts, zelfs een roze BH en verpakte kadoos. Daar zit tot groot hilariteit van iedereen de door ons geschonken knuffels in. Maar de jongens doen dit enkel voor de eer en geven dan ook supertrots de kadootjes en de meisjes of de kleine kinderen. Wat is dit prachtig om te zien. En wat een krachtpatsers zijn die jongens. De ene na de andere klimt omhoog, zeker als de ergste troep al van de boom af is. Wij houden het om zes uur voor gezien. We hebben een stijve nek van het omhoog kijken. Joep heeft net Han naar Graha gebracht als ze smst dat bellen naar Nederland vanuit Graha niet kan. Dus hij gaat met onze telefoon naar Graha en ik loop met Mariam, die ook heeft gekeken, samen naar huis. Na een half uurtje komt Joep ook (hij had een simkaart voor Han gekocht met beltegoed erop) en na mandi en even rust gaan we weer op pad voor een hapje eten. Veel honger hebben we niet na al dat eten van vandaag. Dus nemen we bij Bumbu een klein hapje. Laat maken we het niet.

Donderdag 24 februari 2011

(Joep) Mijn verjaardag vandaag maar dat vier ik al lang niet meer. Even mail en Facebook checken en ik zie dat de felicitaties binnenstromen wat mijn ego toch wel een beetje streelt.
Zelfs een cadeautje van de Familie Geurts in de vorm van een handleiding hoe we de nieuwsbrief op onze site kunnen zetten. Tom, onze webmaster heeft net een operatie ondergaan, rust houden en moet ook nog studeren dus we willen proberen zoveel mogelijk zelf doen. Maar dat kan alleen met een goede handleiding want zo’n grote computerfreaks zijn we ook weer niet. Bedankt en Tom, heel veel sterkte van hieruit. Na het ontbijt rijden we met de Kiang naar hotel Graha om Han op te pikken. Cuk rijdt en Eful zal als gids optreden. Het leuke is dat hij ons gevraagd had wat Han graag wilde zien, dit omdat er bij veel bezienswaardigheden ook een stuk gelopen of geklommen moet worden. We kiezen voor de traditionele pottenbakkeriij, een weverij , het nieuwe vliegveld en wat rondrijden om Han ook te laten zien dat Lombok niet alleen bestaat uit Hotel Graha en Senggigi. Dus op richting zuiden. Onze eerste stop is bij een pottenbakkerij en we lopen eerst de winkel door om op het achtergelegen terrein twee dames aan het werk te zien die wat samples aan het maken zijn. Hilariteit onstaat als Marijke haar geleerde Sasaktaaltje begint te brabbelen. 3 mannen zijn bezig met motieven op het aardewerk te maken. Eigenlijk is dit een soort van winkel, inpakstation en noem maar op. Hier zie je de gemaakte potten uit het hele dorpje staan en we zien ware kunstwerkjes. Marijke wijst Han diverse leuke dingen aan en Han krijgt een onder haar toezicht gemaakt schaaltje als cadeau van een van de dames. Als we naar buiten lopen zien we dat er drie grote touringcars zijn gearriveerd met lokale toeristen. Han loopt nog even naar binnen om een klein cadeautje te kopen voor het thuisfront en wat, zeg ik natuurlijk niet. Daarna rijden we door naar het weverijdorpje Sukarara, waar we een van de huisje bezoeken waar 4 vrouwen zitten te weven. Als we uitstappen worden we meteen welkom geheten door een gids die gebrekkig Nederlands spreekt en die ons het coöperatieve dorpje wil laten zien maar we slaan dit af omdat Han dikke enkels heeft en zodoende moeilijk kan lopen. Onder leiding van Marijke slaat ze het weefgebeuren gade en wederom veel gelach onder de vrouwtjes vanwege Marijke’s Sasak. Een van de oudere vrouwen loopt het rood van de betelnoot uit de mond en ze demonstreert kunstig hoe ze deze verobert. Dan is het tijd voor een bezoekje aan de winkel en ondergaat Han een “Volendamgevoel “, dat wil zeggen, ze word traditioneel aangekleed terwijl ik er foto’s van maak. Dit hoort allemaal bij een bezoek aan zo’n weverij, verkoop stimuleren. De prijzen zijn vrij hoog maar Han “tawart “stevig en krijgt het voor de helft van de gevraagde prijs. Op het kleine parkeerplaatsje heb ik een gesprek met een chauffeur en een gids die ik ken uit Senggigi en ik weet dat hij een leuke indonesische reggae cd in zijn wagen heeft. Prompt word die tevoorschijn gehaald en verdwijnt in onze wagen met de afspraak dat dat ding wel een keer terugkomt. Hierna rijden we door naar het nieuwe vliegveld wat eigenlijk vorig jaar februari geopend zou worden maar waarvan de start/landingsbaan al na een hevige regenbui flink onder water kwam te staan en waar in februari nog geen vliegtuig de grond had geraakt voor eventuele testlandingen. Het laatste nieuws is dat het over twee maanden geopend gaat worden door de president van Indonesië. We rijden de toegangspoort door en krijgen permissie om het terrein te bezichtigen. Van ver af ziet het er mooi uit, maar alles is al weer overwoekerd met onkruid en klimplanten. Naderbij gekomen zien we dat het dak al weer aan reparatie toe is en dat diverse chromen onderdelen zoals handgrepen en noem maar op, getekend zijn door roest. Bagagewagentjes zien we achter het glas staan wat al gebroken is en alles bij elkaar ziet het er uit als een spookgebouw. Zelf denk ik dat de opening in april wel zal lukken maar ik zeg er wel niet bij in welk jaar! Van hier uit rijden we langzaam terug naar Cakra en via Mc.Donalds in Mataram Mall, voor een kleine hap, rijden we naar Bidi tours in Ampanan. Daar kopen we een ticket voor Han. Zij vertrekt maandag naar Bali en van daaruit naar Nederland. Het meisje aan de balie is super aardig en we krijgen het over de Boedhisten tempel die ergens in de buurt van Lembar moet liggen. De baas wordt erbij gehaald en samen met Joep buigt hij zich over een grote kaart van Lombok. Maar ook daar op het kantoor weet niemand, ook een meisje dat uit die buurt komt, waar deze tempel ligt. Jammer we zouden die graag een keertje willen bezoeken. Dan  weer huiswaarts waar we tegen drieën weer terug zijn. Han zetten we bij haar hotel af en spreken af dat we haar tegen half zeven ophalen voor het etentje bij Adi en Mariam. Als ik ze opgehaald heb en we bij ons nog wat kletsen komt ze ineens met verjaardagscadeautjes voor de dag. Een doos chocolaatjes, een zak chips en voor na al dat snoepen een (vliegtuig) tandenborstel. Fun moet er zijn vindt ze en dat vinden wij ook. Als we even later Adi horen roepen dat het eten klaar is gaan we naar de buurtjes waar Mariam al weer de vloer bedekt heeft met eten. Han geniet ervan, want het is niet heet en alleen maar heel erg lekker. Ik kijk super verbaasd al Mariam even later met een verjaardagstaart binnenkomt waar met twee kaarsjes keurig mijn leeftijd staat, 26. Marijke had dit met Adi en Mariam een paar dagen geleden al bekokstoofd en ik geniet, terwijl we de taart heerlijk laten smaken. Plotseling komt Mariam met een doosje aan en zegt” From Adi dan Me “ en als ik het doosje volgens Indonesisch gebruik langs me neerleg zegt Adi dat ik het nu moet openen want ze willen mijn gezicht zien. Het lapje stof wat om het doosje zit haal ik er keurig af en een rood doosje komt te voorschijn. Als ik het open ligt er (waar normaal een horloge in ligt) een Salak Pondoh, een vrucht die ik heel lekker vind. Normaal als Nick en Elise hier zijn doen we ons altijd tegoed aan Durian, maar Nick en ik zijn geen liefhebbers van die stinkvrucht dus voor ons is het dan Salak eten. Als dan tot slot Eful voor de geopende deur staat en Han geheimzinnig met hem staat te praten komt ineens een grote doos tevoorschijn die ingeladen was bij de potterbakkerij en waarvan we dachten dat die van Cuk of Eful was. Deze doos blijkt dus een geschenk te zijn van Han aan ons voor de goede zorgen. Als Marijke hem uitpakt komt er een speciale aardewerken kan tevoorschijn met 3 kopjes en een bijbehorend dienblad. We staan perplex. Ja zegt Han: “Ik wist dat Marijke deze leuk vond, heeft ze zelf gezegd in de potterbakkerij”! Dit had ze dus met Eful in de winkel bekonkeld. Een hele leuke onverwachte verrassing. Marijke voelt zicht zelfs jarig. Daarna komen de kaarten op tafel waar onze Mariam zo van kan genieten. Badend in het zweet van het lachen sluiten we de dag af. Bij thuiskomst check ik nog even de mail en Facebook en zie dat ik bedolven ben onder de felicitaties van over de hele wereld. Hebben ze toch nog aan mij gedacht.

Vrijdag 25 februari 2011
(Marijke) Even een dagje thuis. Is ook wel nodig, er ligt aardig wat was om te doen. Eerst maar de afwas en net als ik daarmee klaar ben, komt Adi ook boven water. Hij is pas heel laat gaan slapen, want de hele nacht hebben er ik weet niet hoeveel honden rondom ons huis gezworven en geblaft en gejankt als wolven. Lang leve het hoorapparaat.  Het gevolg is dat we het eerst volgende uur gezellig samen met Mariam in de kleine keuken zitten te kletsen. Dat zijn de momenten die ons nog altijd het meeste dierbaar zijn. Zo gezellig, zo leuk. Joep komt er even later bij zitten. Hij heeft net zijn verslag van gisteren klaar. Mooi, dan kan hij verder kletsen en ga ik de was doen. Wel met de nodige pauzes ertussen. Het broeit ontzettend, maar de regen laat op zich wachten. Nu is er ook nog geen zuchtje wind, dus lekker bloedje heet. Maar alles liever dan grijze, grauwe nattigheid en kou. De middag besteden we aan het plaatsen van foto’s op facebook. Een werkje van veel geduld, gezien de super snelheid van de systemen hier. Maar och, vandaag hebben we de tijd. Tegen vier uur gaan we samen met Adi en Mariam verder aan de verjaardagstaart. Han heeft vandaag een rustdag ingelast en ons gesmst (nieuw werkwoord) dat ze ons vanavond om zeven uur verwacht en lekker veel bij slaapt. Terwijl we nog aan de koffie zitten op de beruga, komt Jay, die bij Boung op kamers zit, aanrijden. Of ik meteen mee wil komen, want hij heeft een Nederlands meisje meegebracht en die wil over ons project praten. Oké doen we. Het meisje is ook Indonesisch en stelt zich voor als Petula. Ze geeft al drie weken les op een school in Kederi. Nog valt het muntje niet. We zijn volop over het project en de scholen hier aan het praten als ze plotseling Batu Tumpeng noemt. Ik zeg “wacht even. Geef jij les op de school van Hamdi”. Ja dus. En ik herinner me het verhaal van Marianne Geurts dat er een meisje een paar weken Engels les zou komen geven op de school, die zij ondersteunen. Wat is de wereld klein. Het is ontzettend gezellig en ze gaat nog even mee naar ons huisje. We nemen afscheid, maar zullen proberen om elkaar nog een keertje te ontmoeten voor ze naar de Molukken vertrekt. Wij haasten ons naar Graha, waar Han aan een tafeltje, rustig op ons zit te wachten. Even bijpraten en dan brengt onze Ojek ons naar Bumbu II. Daar praten we rustig verder onder het genot van een salade en twee spaghetties. Goh, volgens mij zijn we even nasi moe. Moet kunnen. We gaan op  tijd naar huis. Nog een verslag en publicatie te gaan en de vaste chattijd met mijn vriendin.

 

Vrijdag 18 februari 2011

Zaterdag 12 februari 2011
(Joep) Vanmorgen redelijk vroeg opgestaan om de buurtjes uit te zwaaien die naar Java vertrekken om de zieke moeder van Mariam op te zoeken. We krijgen de sleutels en de papieren van Adi zijn motor en dat is met die reden gedaan dat hij hem dan niet hoeft uit te lenen aan iemand anders. Als we vertellen dat we er echt niet op rijden vraagt hij nadrukkelijk of we dat wel willen doen al is het maar tot de supermarkt zodat anderen kunnen zien dat hij hem daadwerkelijk heeft uitgeleend. Hij is er zo zuinig op en wil liever niet dat er iemand anders op rijdt dan hij zelf. Verder krijgen we nog wat huishoudelijke zaken te horen zoals het buitenlicht, watertank en nog wat kleine dingen die we al wisten. Gisterenavond hebben we nog de immigratie papieren ingevuld want volgende week moeten we ons visum weer 30 dagen laten verlengen en ze weten niet precies wanneer ze terugkomen uit Java. Hij maakt zich er echt zorgen om maar we zijn al bijna kind aan huis bij de immigratiedienst dat we denken dat we dit ook wel alleen kunnen. We zullen wel zien hoe dit afloopt. Het is inmiddels weer bloedheet en Boung komt even aan om te vertellen dat Ana, zijn jongste dochter, op school was gevallen en door een leerkracht thuis werd gebracht. Daar bemerken ze dat de stand van haar been wat scheef stond en ze laten zich door Cuk met de bemo naar een “specialist “ brengen. Als we doorvragen of dit in het ziekenhuis is zegt hij : No,  traditional spesialis “. We beloven hem dat we zo snel mogelijk aan komen. Marijke maakt de nieuwsbrief van het project verder af en dan gaan we op pad om Ana te bezoeken. De “spesialis”  heeft in de lengterichting van het been getrokken en het weer goed gezet, toen magic oil erop en daarna het onderbeen gespalkt met twee halve bamboe stokken. Vervolgens de zaak met verband vastgezet. Over drie dagen worddt ze opnieuw behandeld. Ik weet niet wat doktoren in Nederland zouden zeggen van deze methode. Ik denk dat er op zijn minst foto’s van genomen zouden worden maar hier zweert men bij de “traditional spesialis “.Die weet het het beste. Marijke vraagt of Ana iets lekkers wil, we moeten haar vandaag een beetje verwennen. Ze wil graag een “burger” van de minimarket. Nou ik spring snel op het motortje en maak even later Ana helemaal gelukkig. Als we iets later Cuk bezoeken vertelt hij dat hij vandaag 2 maal “emergensie” heeft moeten doen. Om half vijf in de morgen stond Mansur, de cidomodriver, voor Cuk’s deur om te vragen of Cuk met de bemo naar de dokter wil rijden, want zijn vrouw had al vanaf 02.00 uur vreselijke krampen en ze vertrouwden het niet. Bleek achteraf flinke diaree te zijn. Daarna, toen alle kinderen al op school zaten was kleine Ana aan de beurt. Cuk zegt dat hij happy was dat hij mensen had kunnen helpen want dat was ook een van de taken van de bemo. Uiteraard “emergency zaken“ gratis voor de mensen. We gaan even wat toeren om af te koelen en bezoeken Ayu met Nathalie, praten even met Ayu bij over hun klein schoolprojectje en beloven dat we een keer Engelse les komen geven. Ze hadden ons afgelopen zondag er graag bij willen hebben maar toen hadden we Loes op bezoek en het schooltje ligt nogal afgelegen. Daarna naar huis om de buitenverlichting aan te doen zoals gevraagd en na een snelle mandi gaan we op weg om wat te eten. Voor de restaurantjes worden we aangesproken door de moeder van Jordi, een kind in ons project. De moeder werkt in een restaurantje om de schoolkosten gedeeltelijk te betalen voor Jordi en is ontzettend dankbaar voor wat het project doet en dat zegt ze wel tien keer. Toevallig zijn er drie kinderen in het dorp die er echt met kop en schouder boven uit steken wat leren betreft en we wisten dat Jordi er een van was. We hadden al tijdens een vergadering gezegd dat we zo’n kinderen een kans wilden geven temeer omdat de ouders er ook alles aan doen om hun kind te laten studeren. Jordi blinkt uit in alle vakken en  zijn doel was om later als arts door het leven te gaan. De ene dag hoor je gossip verhalen en de andere dag hoor je deze berichten en dat geeft je toch een goed gevoel. Na het eten houden we het voor gezien en gaan onder een grote sterrenhemel richting huiswaarts. Even een tas klaar maken voor morgen. Dan gaan we voor een dag en nacht naar Bali, Loes ontmoeen en Han ophalen op maandag.

Zondag 13 februari 2011
(Joep) Om een uur of negen staan we voor de deur bij Cuk waar Mus ons al op staat te wachten om ons met de bemo naar het vliegveld te brengen.De kinderen hebben vandaag vrij en Mus kan zo wat extra’s verdienen. Ruim op tijd komen we daar aan en dan is het wachten en hopen dat de vlucht gaat. Keurig op tijd vertrekt Lion/Wings en in Bali aangekomen zien we Loes haar gezicht al stralen als ze ons ziet. Onder het genot van een drankje praten we wat bij waarna we een taxi nemen naar het hotelletje waar Theo en Sjan hebben gezeten. Helaas hadden we niet gereserveerd en was alles bezet. Dan maar terug naar ons vertrouwde adresje Adus Beach Inn. Daar aangekomen schrikken we ons kapot want links langs de ingang staan de steigers voor een nieuw hotel en dat word een behoorlijk hoog ding. Adus is intussen helemaal ingeklemd tussen gebouwen en dat merk je, totaal geen wind en veel muggen. We nemen toch maar de kamers, voor ons is het maar voor een nachtje en Loes wil de laatste dagen hier slijten met eventueel nog wat dagtrips. Na ons even wat opgefrist te hebben gaan we tegen drieen de straat op. Veel winkeltjes/restaurantjes zijn veranderd (in 3 maanden!) en je ziet grote bouwplaatsen waar weer iets nieuws komt. Het is een lange tippel naar Kuta Square waar Mata Hari ligt en vooral als je onderweg veel aan window shopping doet, terrasjes bezoekt en enkele leuke gesprekken hebt met mensen die ons kennen van vorige bezoeken. Marijke heeft natuurlijk heerlijk geshopt in haar favoriete winkeltje en ook Loes kan nu op jacht voor soeveniers. Tegen tienen in de avond zijn we pas ter hoogte van Hard Rock Cafe waar we een taxi nemen richting hotel. Bali is vol, overvol en je ademt aardig wat uitlaatgassen in als je zo rondloopt. De hitte is funest en sloopt je. Aangezien we onderweg al een te late lunche hebben gehad besluiten we voor sluitingstijd van een restaurantje daar nog een kleinigheidje te eten en dan terug naar onze kamers waar we nog wat napraten. Maar tegen twaalven zijn we doodop en zoeken ons bed op.

Maandag 14 februari 2011
(Marijke) Wat een nacht, ik kon niet in slaap komen, airco en geen guling (slaaprol) en toen ik eenmaal sliep, werd Joep uitgebreid bezocht door de muggen. Er zitten deze keer hier extreem veel muggen. Dit hebben we nog nooit eerder meegemaakt. We ontbijten op ons dooie gemakkie en Loes en ik besluiten nog een duik te nemen, terwijl Joep wat slaap inhaalt. Tegen kwart voor twaalf bestellen we een taxi en nemen dan weer afscheid van Loes. Ja, deze keer wat langer, want we zullen haar pas begin april terug zien. We hebben tijd genoeg want Han komt pas om vijf over twaalf aan en dan nog de visum toestanden. We mogen blij zijn als ze om een uur naar buiten komt. Maar tot onze verbazing (we staan nog ergens in een file) komt er een telefoontje van Han. “Ik sta nu buiten en wat nu?”. We zijn nog zo’n 2 km. van het vliegveld verwijderd, dus vragen haar even rustig te wachten.  Daar zit madam op een troon gemaakt van karretje met koffer. Ze is er!!! Nu kunnen we echt heel rustig aan doen, want onze vlucht naar Lombok gaat pas om 16.10 uur. Dus eerst maar snel naar een terrasje. Han was vlak voor vertrek nog aardig ziek en dus heeft Nefeli van VakantieXpert eens even goed ingegrepen. Vanaf Schiphol is Han overal opgevangen, met karretjes, en waar ze die niet hadden met rolstoelen opgehaald en verder gebracht naar het volgende toestel. Niet nadenken, waar naar toe, niet wachten in de lange rij, maar dus ook in Bali, binnen 20 minuten buiten staan. Wauw, wat een service. Nu snappen we ook waarom Han zo snel buiten was. Nou zo erg gaan wij haar dus niet verwennen, maar we gaan het wel heel rustig aan doen. Na het drankje, inchecken en naar de wachtruimte. Het eeuwige, langdradige wachten is weer begonnen en we zien dat Han hartstikke moe is. Maar nu heeft zelfs Lion Air een vertraging, vertrekken we om kwart voor vijf in de avond. Mus heb ik net voor vertek nog even gebeld en hij staat dus keurig op tijd met de bemo klaar. Han reageert schitterend op de bemo: “Zit er geen achterdeur in dit ding?” Nee, dus en we rijden door naar Graha. Daar heeft Ani er voor gezorgd dat ze een fijne kamer heeft en wij laten haar meteen met rust. Ze moet slapen en bijkomen, dat is duidelijk. Tegen acht uur willen we haar wakker gaan maken, maar ze is al present. We gaan niet lopen, maar gewoon bij Graha eten. Het Naga restaurant is gespecialiseerd in Chinese gerechten en dat proef je aan de nasi. Het is net zo droog als bij onze Chinees. Waarschijnlijk zijn de andere gerechten wel prima, maar die kennen we allemaal niet, dus doen maar lekker rustig aan. We praten nog tot een uur of tien, maar dan vallen bij Han de luiken echt langzaam dicht. Zij gaat slapen, wij gaan naar huis. Morgen wordt gewoon hari Libur onze dag aan het zwembad. Ja, we moeten natuurlijk wel zorgen dat we onze vakantie krijgen en Han moet echt even de kans krijgen om te wennen aan temperatuur en de leefwijze hier.

Dinsdag 15 februari 2010
(Joep) Om half negen hebben we met Han afgesproken om bij Graha te gaan ontbijten en we laten het ons onder het genot van verkoelende wind lekker smaken. Ook nu wij er weer bij zitten laten de verkopers ons met rust alhoewel we er toch met enkelen een gewoon praatje hebben. Na het ontbijt zoeken we ons een plaatsje op bij het zwembad en het water is heerlijk verkoelend. Han had ons gisterenavond de “Telegraaf “van afgelopen zaterdag meegegeven en die wilde ik aanvankelijk lekker doorlezen maar die ben ik helemaal vergeten. Achteraf wel lekker, want wil ik die ellende in Nederland wel weten? Tot ruim drie uur zitten we in of rondom het water totdat we beseffen dat we nog eventjes brood moeten halen voor morgenvroeg, dus nemen we afscheid van Han en spreken af om vanavond Senggigi in te lopen naar een restaurantje. Thuis aangekomen meteen weer onder de mandi en als we even later even op bed gaan liggen vallen we beiden in slaap. De twee daagjes Bali hebben een grote invloed gehad op ons gestel en het is net of we slaap tekort komen. Niets is vermoeiender als wachten op op vliegvelden in deze hitte. Sommigen van onze lezers kunnen er denk ik over mee praten. Voor Han is het nog moeilijker aangezien zij ook nog heeft te maken met het tijdsverschil, grote temperatuursverschil en de lange reis. Regelrecht van Meerlo (Limburg) via Singapore, Bali en dan Lombok, en dat voor de eerste keer. We hadden haar al gezegd dat we een overnachting wilden regelen in Bali maar Han was resoluut: “ Moe ben ik toch en als we meteen doorreizen ben ik er van af “. Ja, en dan is vijf uur wachten op een vliegveld erg lang. Ook voor ons. Als we wakker worden schieten we snel op ons motortje, doen de boodschappen. Als we terug naar ons motortje lopen, spreekt ons een verkoper aan, de vader van Retno. Samen met Djordi is zij een van de slimste kinderen van de kampung.. Beide kindern zitten dan ook op de internationale school. Vader maakt een keurige indruk en wil ons persoonlijk bedanken voor de ondersteuning. Hij werkt overdag dus als horlogeverkoper en ’s nachts bewaakt hij een villa in aanbouw. Zo probeert hij zijn deel bij elkaar te verdienen voor de school. Kijk en voor zulke mensen wil je ontzettend je best doen om die kinderen verder te helpen. We zeggen hem dan ook dat hij echt met het project moet komen praten als er problemen zijn of als zijn dochter een duurdere opleiding wil gaan doen. We geven hem geen garanties, maar zeggen wel dat we er alles aan zullen doen om ze te helpen, zodat Retno echt haar opleiding kan doen, die ze graag wil en ook kan. We nemen afschei en gaan weer naa huis, mandiën ons weer en lopen dan naar Graha waar Han al op ons staat te wachten. Gezamenlijk lopen we naar Bumbu’s en dan bekijkt Han de menukaart uitvoerig waarna we de bestelling doen. Han kan er niet over uit dat je hier ongeveer 50.000 Rp.  (€4,-) kwijt bent voor een maaltijd en als we haar vertellen dat je bij de kleine warungs nog niet de helft kwijt bent valt ze bijna om van verbazing. Ze had van een backpacker gehoord dat je per dag minstens 100.- dollar kwijt was en nu ziet en hoort ze hele andere prijzen. Na de maaltijd lopen we rustig aan weer op huis aan. Alledrie weer het gevoel dat we bergen hebben beklommen. We spreken af dat we elkaar morgenvroeg om half elf zullen treffen bij Graha, omdat we daar bezoek verwachten, en dan gezamenlijk de kampung op zullen zoeken. Han is erg benieuwd naar het lokale leven van de mensen. Nou morgen mag ze kijken.

Woensdag 16 februari 2011
(Marijke) Even snel alles opruimen, wat was doen en buiten vegen. Rozzie eten geven, watertank bijvullen. Ja, we missen Adi en Mariam ha-ha. De watertank wordt dan ook prompt vergeten als Adi belt en we volop bijkletsen. Sane de buurvrouw komt aanrennen om te vertellen dat de tank overloopt. Ja, wij weer ha-ha. Maar alles is weer gedaan en dan gaan we samen richting Graha. Net als we daar aankomen, komen ook Heinz en Gerda aan. Han zit al in het restaurant en samen gaan we gezellig aan het strand zitten. Heinz bestelt een arak en die wil ik nu ook wel eens proeven. Ik doe er toch maar cola bij, maar wel lekker hoor. Gerda houdt het vandaag bij hot lemon. Ze voelt zich niet helemaal lekker en ook Han is beslist nog niet fit. “Hoe komt het toch dat ik zo moe ben”, vraagt ze? Maar dat is Indonesië. Je moet jezelf echt de tijd geven om te acclimatiseren en zeker bij deze vochtige hitte. Na een uurtje willen we richting kampung gaan, maar Han wil liever even gaan liggen. Prima hoor en wij lopen met Gerda en Heinz naar ons huisje. Dat zijn me toch een paar leuke mensen. Resp. 70 en 80 jaar oud, maar ze genieten van alles en staan overal voor open. Heinz is echt een grote charmeur met zijn Indiaas mutsje op. Geweldig stel. We nemen ze mee naar ons huisje en met een kopje koffie en een glaasje water wordt er weer gezellig verder getut. Ze begrijpen helemaal dat wij het hier naar onze zin hebben. Ja, wie niet? Na de nodige uurtjes vertrekken ze samen met Joep weer richting Graha, waar ze een bemo nemen naar Holiday Resort en Joep ons motortje weer mee naar huis neemt. In de tussentijd klets ik buiten wat met Sane. We verstaan elkaar redelijk en wat we niet begrijpen gaat gewoon met handen en voeten. Sane is een geweldige vrouw. Ze vertelt me dat ze nu veertig is, met vijf kinderen en Daan de oudste is nu 20 jaar. Het enigste moment dat ik zie dat Sane wat kracht mist, is wanneer ze bakken van 20 liter zand sjouwt. Dan draagt ze tegenwoordig een brede elastieke band om haar buik en rug. Ongelooflijk wat die vrouw allemaal kan en doet. Ze verzorgt een stel koeien en gaat iedere dag een flink zak vol gras snijden. Ja, met de hand. Als er in het dorp gekookt moet worden voor grote groepen, doet zij dat ook en voert de groep dames aan en dat alles buiten op vuurtjes met kokosnootschil. Daarbij is ze altijd rondom haar huis, gaat nooit op stap maar weet alles, roddelt nooit, kan niet lezen of schrijven, maar weet precies wat iets kost. Een van de beste buurvrouwen die je je maar kunt wensen. Haar man Mamie wordt zeer geëerd in het dorp, omdat hij een hadji is (iemand die in Mekka geweest is). Hij is vrachtwagenchauffeur en de hele dag op pad. ’s Avonds helpt hij Sane waar nodig is. De kleinste Zara wordt in mei 3 jaar en hobbelt de hele dag achter mam aan. Behalve Zara gaan alle kinderen naar school, dus dat is wel fijn voor hen. Een voorbeeld gezin. Tegen vijf uur komt Han aangewandeld. Ze vond het toch een hele tippel en we zeggen haar dat ze gewoon bij Joep achter op het motortje moet gaan. Terwijl Han aan de koffie zit, komen Eful en Boung ook even aan. Eful vertelt dat Marjan (spreek uit als Martjan) ons wil vragen om tijdelijk de stroom te delen. Hij heeft een huis gebouwd achter ons, maar moet 3 maanden wachten tot hij elektriciteit krijgt. Hoe graag we hem ook willen helpen, dit is een beslissing van Adi en niet van ons. Wij gaan volgende maand naar huis en Adi moet dit goedkeuren. Maar volgens de laatste berichten zijn hij en Mariam maandag weer thuis. Dus Marjan moet gewoon even geduld hebben. Han vind het leuk om twee mensen van het project te leren kennen. Nou, de rest volgt zeker nog. Voor we het weten is het alweer zeven uur. De heren gaan bidden en wij gaan richting restaurant. Joep fungeert even als Ojek (brommertaxi) want het hele stuk te lopen is teveel voor Han. Eerst wordt Han naar Angel gebracht en dan komt hij mij ophalen. Werkt prima. Han wil alles uit proberen en gaat vandaag aan de Thaise curry. Alleen het spicey moet even wennen. Opa kikker komt eraan en Han besluit een kikker te kopen. Hij maakt ze zelf en vraagt 45.000 ruphia. Ik zeg vermanend tegen Han: “Waag het niet om af te dingen”. Och, opa kikker is zo’n mooi oud mannetje. Han geeft hem dan ook grif 50.000 ruphia en laat Joep een foto van haar en opa kikker maken. Een mooie herinnering. Terwijl we nog lekker na zitten te kletsen, barst de regen los. Te vroeg, we moeten nog naar huis. Han had afgelopen nacht al buiten op haar terrasje naar de moessonbui zitten kijken, maar vanavond begint het vroeger. Als het even iets minder wordt crosst Joep met Han naar Graha en even later pikt hij mij op voor onze rit naar huis. We worden niet zo heel nat en och we gaan toch richting thuis. Daar is het gewoon een kwestie van afdrogen en spullen laten drogen. Tidak apa apa.

Donderdag 17 februari 2011
(Joep) Al vroeg staat Ibu Iba voor de deur voor de wekelijkse massage en nadat ze mij onder handen heeft genomen en vervolgens Marijke, speel ik weer voor Ojek en haal Han op. Maar voor we naar ons huisje rijden laat ik Han even per motor een gedeelte van Senggigi zien en rij met haar naar de heuvel achter het Sheraton Hotel waar je een mooi uitzicht hebt over de baai van Senggigi. Helaas is het vandaag erg bewolkt, er staat veel wind en kunnen we Banko-Banko en de vulkaan op Bali niet zien. We draaien ons om en met een lage snelheid rijden we naar de zuidkant van Senggigi ter hoogte van Cafe Alberto, het pizza restaurant. Onderweg zegt Han wel een paar keer tegen mij: “Dat ik dat durf zo achter op een motor, dat had ik niet van mezelf gedacht ”. Als we thuis zijn is Marijke bijna klaar en kan haar plaats ingenomen worden door Han. Intussen belt Ayu ons of we na twee uur komen kijken naar de gehandicapten kinderen die dan theraphie krijgen. Han heeft er niet zo veel zin in omdat ze behoorlijk moe is want ze heeft bijna niet geslapen vanacht. Ze verteld dat ze al de grootste moeite heeft met de omschakeling van zomer naar wintertijd in Nederland en ja, dan krijg je het hier aardig voor je kiezen met het tijdsverschil van 7 uur. Heel erg begrijpelijk, dus. Na de massage breng ik Han weer terug naar haar hotel en rijden wij naar het gehandicapten project van Isac en Ayu. We zien daar dat er elke dag 3  verschillende kinderen therapie en school krijgen. De kinderen zitten nog niet hier intern alhoewel dat wel de bedoeling is. Als ik even later in mijn eentje langs de lokalen loop zie ik lege lokalen en in de keuken staan inmiddels wat dozen met pannen en potten. Ben benieuwd wanneer het gaat lopen zoals eigenlijk de plannen waren. Twee maanden geleden waren we hier ook al en veel is er niet bijgekomen aan inventaris. Win, een therapeut, die in de morgen verbonden is aan een school voor dove en blinde kinderen zien we hier in actie met de kinderen en je ziet hoeveel liefde hij hieraan geeft. Op het moment dat we binnenkomen is hij bezig met een jongen en een meisje die op de school waar ze eerst hebben gezeten niet mee konden en aan hun lot zijn overgelaten. Het meisje loopt op krukken maar deze zijn duidelijk een maatje te klein zodat ze gebukt door het leven gaat. Isac had dit meteen gezien en is nu druk bezig om hier iets aan te doen. Als ik hem vertel dat je ze in lengte kunt verstellen wijst hij me dat het handgreepgedeelte al op de uiterste stand staat en dat dit niet aangepast kan worden. En hij heeft gelijk. Na deze twee kinderen komt een jongetje met een waterhoofd binnen dat niet kan lopen en zich op zijn achterste rap voortbeweegt. Ondanks dat zijn moeder er bij is heeft hij met niemand contact behalve met Win die er meteen de therapie baan mee opgaat. We laten ze even hun gang gaan en praten wat bij met Isac, Ayu en Arip en dan komt de vraag van hun of we zondag morgen geen les willen geven op het andere kleine projectje wat ze zelf elke zondag doen. En natuurlijk kunnen we geen nee zeggen en we zien dat Ayu al bij de kalender staat om te kijken hoeveel keer ze gebruik van ons kunnen maken. Tegen vijven rijden we weer naar huis en is verkoelende mandi wel op zijn plaats. Nog even de mail chatten en dan tegen zevenen breng ik Marijke naar een vergelegen restaurantje en rij dan terug  om Han op te pikken.Zij zit inmiddels al te wachten op een stoepje voor Hotel Graha. De nodige hapjes verdwijnen via de slokdarm richting maag en onze monden staan niet stil van het kletsen en voor we het weten is het alweer tijd voor de terugweg te aanvaarden. Gelukkig is het droog vandaag al waait het stevig. Met Han achterop rij ik wel met een snelheid van 30 km. per uur maar als ik even later Marijke ophaal ligt die iets hoger, maar ja, zij is al aan het verkeer hier gewend en kent mijn rijstijl. Thuis aangekomen krijgen we een sms van Adi met de mededeling dat ze morgen de terugtocht van Java naar Lombok beginnen en dat ze zaterdagavond thuis zijn. Met de moeder van Mariam gaat het al iets beter maar dat zullen we zaterdagavond wel horen. Ook krijgen we een sms-je van Loes dat ze heelhuids in het koude kikkerlandje gearriveerd is en bij deze sturen we, zoals beloofd, haar wat warmte van hier. Terwijl Marijke al ligt te ronken op een oor besluit ik ook maar een eind aan de dag te maken, het is weer welletjes geweest.

Vrijdag 18 februari 2010
(Joep) Het regent nu alleen maar ’s nachts. Prima dus. Maar het is nu volle maan en er staat een stormachtige wind. Maar die koelt ook lekker af bij deze hitte. Eigenlijk wilden we vanmorgen naar de Immigratiedienst gaan om ons visum weer voor 30 dagen te verlengen maar Adi vroeg gisterenavond per telefoon dat we dat ook maandag samen konden doen dus benutten we de tijd om alle nieuwe sponsorkinderen onder te verdelen onder de wachtende sponsors of onder te brengen bij sponsors waarvan de kinderen gestopt zijn om een en andere reden, zoals huwelijk, baan gevonden, niet naar school gaan en noem maar op. Binnenkort gaan we ook kijken welke kinderen in juni naar verwachting naar een nieuwe hogere school gaan want ook deze sponsors willen we op de hoogte houden en we willen graag weten of ze doorgaan. Een aardige uitzoekerij vooral met het persoonlijk benaderen (via mail) waar je toch wat uurtjes mee zoet bent. Dan is het wachten op het antwoord en kunnen we een volgende stap doen, de rest van de sponsors benaderen. Terwijl we daar mee bezig zijn en ik even buiten ben, word ik aangesproken door een dame uit Frankrijk die heel gebrekkig Engels spreekt. Ik was onze brommer aan het poetsen en plotseling staat ze voor mijn neus. Ik haal Marijke erbij, maar die kan momenteel alleen maar Indonesische woorden bedenken, dus dat schiet ook niet op. Dan nemen we haar mee naar binnen en via Google vertaling komen we er achter dat ze volgend jaar een half jaar hier wil blijven en op zoek is naar een redelijke overnachtingsplaats. Ze verblijft momenteel bij Bumi Aditya en dat vind ze voor een half jaar iets aan de hoge kant. Ineens herinneren we ons Suzanne, de Nederlandse, die aan de andere kant van de rivier een homestay heeft dus met de Franscaise in mijn kielzog ga ik op zoek naar Indah Homestay. Onderweg praten we met handen en voeten want mijn Frans is ook maar beperkt tot trottoir, portemonnee, paraplui, bureau, merci en nog enkele woordjes maar ik kom er achter dat ze danseres is (geweest) . Als ik bij de homestay aankom ziet het er keurig uit. Centraal gelegen, mooi uitzicht, ruimte, stil en net nieuw. Suzan die helaas ook geen Frans spreekt, wil dit eerst overleggen met haar man en na wat gepraat word de dame uitgenodigd om vanavond nog eens langs te komen. Na de mededeling dat ik nog een keertje terugkom met Marijke verlaten we de homestay en lopen we weer terug naar onze kant van de rivier. Ben benieuwd wat dit word, ik vond het er in ieder geval keurig uitzien en bij een volgend bezoekje zullen we wat foto’s maken die we dan op Facebook zullen zetten. Je bent er tenslotte om elkaar te helpen. Thuis aangekomen is Marijke nog druk bezig om mails te versturen, maar tegen tweeën zijn we er mee klaar en gunnen we ons een uurtje rustpauze. Tegen vijven komt het eerste antwoord al van een sponsor. Zij hadden vorig jaar een jongen die al naar de Highschool ging, maar hij is gestopt, omdat hij een baan kon krijgen. Het gezin is zo arm dat we het volledig begrijpen dat er zo wat geld binnen komt. In zo’n geval vragen we de sponsor of ze doorgaan met een kind of stoppen. Bij stoppen krijgt men de donatie uiteraard terug. Deze sponsor geeft aan dat hij door gaat met een lagere school kind en dat betekent dat hij voor de eerste 4 jaar al betaald heeft. Al met al toch bijna de hele dag bezig geweest met de indeling van kinderen en er zullen nog wel meer dagen volgen. Met Han hebben we om 18.00 uur afgesproken en keurig op tijd zit ze voor Graha op het stoepje de voorbijgangers te bestuderen. Han wil nog even naar de supermarkt en ik fungeer weer als “Ojek “en rij haar er naar toe. Daarna Marijke opgehaald die al lopende halfweg bleek te zijn. De dames gaan even de supermarkt in en als ze weer naar buiten komen treffen we Adam met zijn vrouw. Via ons had Han er een bestelling lopen en nu treft ze de jongelui voor het eerst. Ze word overladen met geschenken en we maken de afspraak dat we morgenvroeg even langs komen aan het strand om de bestelling op te halen. Daarna lopen de dames naar een van de kleine restaurantjes en de “Ojek “kan de gekochte supermarktspullen even naar huis brengen omdat er ook spul bijzit wat in de koelkast moet. Even later tref ik hun al achter een glas ice lemon thee en plaatsen we onze bestelling. Ditmaal zitten we bij Tale Batu (of zoiets). Hier koken ze erg traditioneel, zie in het verslag van vorige week met Loes). Nu hebben we geleerd en krijgen Joep en ik een rendang medium, dus niet te spicey en Han krijgt de chili er apart bij op een bordje. Het gevolg is dat we het allemaal goed kunnen eten. De groente komt, na de vraag of het vergeten is, halverwege de maaltijd ook, maar het is super heerlijk, maar wel weer heel veel. Ook de porties zijn hier traditioneel en niet zo zuinig als in de andere restaurants. Kokkie zou kokkie niet zijn als er daarna nog eens een heerlijk fruittoetje voor iedereen neer word gezet. Na enkele uurtjes houden we het voor gezien aangezien we dit verslag nog af moeten maken en we weten dat er weer enkelen benieuwd zijn naar onze belevenissen van afgelopen week. Dus speel ik weer voor ojek. Han wordt keurig bij Graha afgezet en ik pik Marijke op, die nog gezellig met kokkie zit na te kletsen.

 

Vrijdag 11 februari 2011

Zaterdag 5 februari 2011
(Marijke) Joep staat weer om negen uur klaar om Loes op te halen. “Och” zei ze gisteren, “ik ben toch altijd vroeg op”. Maar Loes had geen rekening gehouden met de jet-lag, de kakkerlak en de discotheken ha-ha. Ze werd bij de kamer gisteravond op het terras al begroet door een kakkerlak. Maar Loes dacht, precies zoals ik ooit), als ik wil reizen, moet ik daar maar tegen kunnen. In Nederland woont Loes op een heerlijke rustige plaats en hoor je ’s nachts zo goed als niets. Hier waren dus, zoals ik gisteravond al dacht, de 2 discotheken aan het proberen elkaar te overtreffen qua geluid. En Loes lag daar precies tussenin. Die tijd die ze kon slapen heeft ze gedroomd van dansende kakkerlakken in de discotheek. Welcome to Lombok, Loes, ha-ha. Loes brengt haar rugzak en alles meteen mee. Geen 2de nacht in Lina. Als ontbijt weer bruin brood met kaas. Hi-hi ze leert echt Indonesië kennen. Loes haalt haar rugzak half leeg. Allemaal kinderkleding. Goed zo. Mariam is de eerste die wat uitzoekt voor haar neefjes en nichtjes. Ik zie ook wat spulletjes waarmee waarschijnlijk de tweeling (zie foto op facebook) geholpen kan worden. En voor de rest wonen er genoeg kleintjes in de kampung, die hier blij mee zijn. Dan besluiten we via het strand Senggigi te gaan bezichtigen. Maar eerst via het huis van Ismael, het sponsorzoontje van Loes, Dennis en Radja. Ismael zwerft ergens rond, maar Loes ontmoet moeder Sane, broer Mad en nog een oom, die daar ook woont. Dan verder naar de beruga van Boung. Ja, daar kom je ook niet langs. Boung wordt wel een klein beetje verlegen. Hij heeft ooit heel enthousiast op de foto van Loes gereageerd “I like Loes”. Als we nu dan Loes aan hem voorstellen, wordt hij wat verlegen en lacherig. Want sinds hij weet dat Loes een vriend heeft, heeft hij niks meer durven zeggen. Na de koffie gaan we verder. Loes ontmoet ook nog even Juni en Judy, Cuk zag ze gisteren al, en dan lopen we verder richting pantai (strand). Het is flink bewolkt, maar ik heb de grote paraplu bij me. We zien wel. Bij de punt van Senggigi beach gaan we even op de rotsblokken zitten. Nog geen minuut later komen er twee jongens aan. Rechtstreeks naar Loes: Of ze een interview in het Engels mogen afnemen. Goh, makkelijk. Nu mogen Joep en ik toekijken. En weer komen dezelfde vragen uit het boekje, met een verschil. Dit keer vragen ze niet naar gili Trawangan, maar naar gili Komodo. Misschien wel uit eigen initiatief. Goed he. Daarna lopen we verder, even Adam en zijn vrouw hallo zeggen en door naar Coco Loco voor een lekker drankje en hapje. We zitten amper of de hujan begint. Wat een timing. Maar na ons drankje en hapje houd de regen niet op. Oke, dan maar met paraplu naar Pasar Sini. We gaan voor Loes, maar ik koop een jurk. Och ik overleef de uitgave wel, € 4,80 is te doen. Het blijft regenen en dus met 3 man, half onder de paraplu (nog een geluk dat het een grote is), lopen we terug. Bij de supermarkt nog even kletsen met de Ossi en Run en dan door naar Graha. Ani staat achter de receptie. Voor vannacht zijn ze nog vol, maar morgen is er plaats voor Loes. Geen nood, wij hebben een reserve matras. Loes boekt haar kamer voor morgen en we lopen naar de pos ronda. Daar zitten we nog een stevige bui uit en dan door naar huis. Mariam is net bij Juni in het winkeltje, dus ik ga gauw naar haar toe. Ik vertel lachend dat het “mie goreng weer “ is. Dus worden er vijf pakjes mie goreng en vijf eieren gekocht. Joep en Loes zijn al vooruit gelopen. Het is inmiddels al zeven uur. Thuis even allemaal douchen. Ik krijg een smsje van Isak of we morgenvroeg om 8.00 uur de kinderen in zijn kleine projectje, Engelse les willen komen geven. Jammer, maar dat kan nu even niet. Volgende week zondag is ook geen optie, want dan zitten we in Bali om Han op te halen. Het lijkt wel of we het druk hebben. Ha-ha Loes heeft eindelijk tijd om Dennis een mailtje te sturen en dan naar de buurtjes, want door de muur heen horen we ze roepen dat het eten klaar is.. Eerst lekker eten en dan kaarten. Nou, welkom hoor Loes. Ze wint meteen vanavond. Wel leuk natuurlijk! Na het kaarten praten we weer met Adi over de kampung en het leven hier. Tot mijn verbazing leer ik vanavond dat iedere Kepala Kampung zijn eigen regels mag hanteren. Geen wonder dat er zoveel verschillen en toestanden zijn. Zo hoor ik ook van Adi, dat de vorige Kepala Kampung nogal royaal was met identiteitsbewijzen. De regel is dat je in het bezit van land moet zijn in het dorpje, wil je geregistreerd worden als bewoner. Maar de “ayam kampung” (letterlijk de kippen van het dorp, maar hiermee worden eigenlijk de dames van lichte zeden van Sengigi mee aangeduid), die meestal van Bandoeng afkomstig zijn ( zegt men hier), na betaling van heel wat extra, ook een identiteitsbewijs krijgen. Dit voorkomt dat mensen, bij slecht gedrag uit de kampung om omgeving weggestuurd kunnen worden. Loes en ik luisteren vol belangstelling, Joep is inmiddels al op een oor. Maar wij worden ook aardig moe. En na thuis nog even te kletsen liggen we dan tegen 2.00 uur ook eindelijk op een oor.

Zondag 6 februari 2011
We slapen allemaal tot bijna 10.00 uur. Heerlijk! Daarna gaat Joep meteen op pad voor brood en kook ik water voor koffie. Suprise, Joep heeft heerlijk stokbrood gehaald bij Café Lombi. Lekker! Loes heeft weer ingepakt en vertrekt achter op het brommertje met Joep richting Graha. Ze is maar wat blij met haar keurige kleine, maar vooral rustige kamer. Ik krijg tussendoor een telefoontje van Graha. Gerda en Hendrik uit Duitsland, verblijven bij Holiday Resort maar wandelen regelmatig in de ochtend naar Graha, drinken daar wat en gaan dan terug. Wij hebben ze vorig jaar daar een keertje getroffen en nu willen ze weer even bijkletsen en de kampung bezoeken. Maar nu dus even niet. Ik vraag Gerda aan de telefoon en vertel haar dat we bezoek hebben uit Nederland. Als Loes weer weg is, zullen we die twee wel even gaan opzoeken bij Holdiay Resort. Het duurt even voor Joep terug is, want de regen doet weer even leuk. Ik bel naar Iba, want Loes wil dolgraag een massage proberen en woensdag is waarschijnlijk te laat. Iba beloofd om vanmiddag om half drie even aan te komen. Dat past perfect in het programma want Loes gaat om vier uur samen met Boung de berg op. Het weer is jammer genoeg minder. Loes heeft hier nog geen greintje zon gezien. Ze heeft inmiddels haar spulletjed geïnstalleerd en komt weer terug wandelen. Even later komt Iba met paraplu aangewandeld. Ja, het regent weer eens. Joep en ik nestelen ons op het terras met een boek en Iba neemt Loes onderhanden. Ik ben heel benieuwd wat Loes van de massage vind, aangezien ze zelf shihatsu massage geeft. Maar ze is heel tevreden over de massage en geniet met volle teugen. Als ze klaar is, zegt ze: “Ik snap niet, dat je dit geen 3 x per week doet!”. Iba zegt meteen, “ja hoor, geen probleem, ik kan zelfs dagelijks”. Ja dat zal wel, maar ik moet alles betalen. Ik vind een keer per week wel prima zo. Boung staat al te wachten om op pad te gaan. Plotseling zegt Joep: “Zal ik meegaan naar de berg”. Eigenlijk een prima idee, aangezien  het Engels van Boung aardig wat te wensen over laat. Ik ga niet mee. Het ziet er uit of het ieder moment weer kan gaan regenen, daar heb ik geen zin in, maar ook omdat ik in de tussentijd naar het kantoor van Mohni ga, om te kijken of we morgen of overmorgen een dagje mee kunnen naar de Gili’s en even wat boodschappen doen bij de minimarkt.
(Joep) Gedrieën lopen we richting bergopwaarts onze pad op naar boven en het laatste stuk gaat via losse zand. Daar komen we op de heuvelrug waar we aan de andere kant Green Village oftewel BTN zien liggen. Door de bewolking kunnen we de zee zien maar Bangko Bangko, Bali en het eilandje onder Bali zit in de bewolking. Via de heuvelrug lopen we bergopwaarts en bij een beruga rusten we even. Langs bladeren die zo levensgroot zijn dat je ze als paraplui kunt gebruiken passeren we de kleine waterval en gaan via een smal glibberig paadje nog hoger. De top willen we niet doen omdat we dan pas ver na het invallen van de duisternis thuiswaarts zijn. Dan herinnert Boung zich dat er aankomend schooljaar nog een meisje naar school gaat  en nog niet in het project zit en vraagt of we er even langs willen lopen. Tuurlijk doen we dat en 15 minuten later zitten we bij de familie aangeschoven. We maken wat foto’s en spontaan zegt Loes, bij het zien van deze arme bedoening, dat zij wel garant wil staan voor dit meisje. Ze zegt dit met zo’n bewoording die ik helaas niet van haar mag publiceren.  Af en toe word je hier gewoon met de neus op de feiten geduwd hoe mensen hier wonen en hoe goed we het hebben in Nederland en dat zet je aan het denken. We horen dat er verderop nog een familie woont waarvan een kind dit jaar ook naar school gaat en we vervolgen onze weg naar boven. Passeren terloops een klein (regen) bergstroompje waar men dankbaar gebruik van maakt en zich hier wast en waar voorzien word van water. Bij geen regenval moet men elke keer naar het dal om bij de watertank van het project zich te voorzien van water. En dat soms 3 keer op een dag. Zonder bagage is het al vermoeiend en als je dan ook nog met een behoorlijk aantal liters (kilo’s) moet meedragen krijg je steeds meer bewondering voor deze mensen van hun kracht. Bij het tweede huisje zitten de ouders op de beruga en verwelkommen ze ons met een glas orginele Lombok koffie. Raoup, een hele vriendelijke (maar wie is hier niet vriendelijk) komt me al stralend tegemoet. Hem kennen we al een lange tijd en ondanks dat we elkaar niet kunnen verstaan zijn we vrienden van het leven. Het begint steeds donkerder te worden van de bewolking en we lopen verder en even later zien we Kampung Senggigi van bovenaf. Via de noordzijde van ons dal dalen we weer af naar de bewoonde wereld, zien ons huisje klein onder ons liggen en stuiten ineens op het stenen paadje dat vanaf  het Perama kantoor tegenover Hotel Lina de berg oploopt en waarvan men nog tientallen meters moet voltooien. Dachten wij dat het makkelijk is om zo’n stenen pad af te dalen, vergissen we ons behoorlijk. De hellingsgraad is enorm, af en toe meer dan 30 graden en is een aanslag op je benen/kuiten/knieen. Het laatste stuk trillen onze benen behoorlijk en we zijn blij dat we onder zijn. Via de hoofdweg zetten we Loes bij Hotel Graha af en loop ik samen met Boung onze kampung in.
(Marijke) Joep zegt lachend: “Loes had beter de massage na het lopen kunnen doen!”. Ook schiet ik in de lach als ik hoor dat Loes in een spagaat is gegaan op de berg, terwijl ik haar had gezegd, let een beetje op Joep daarboven. In de tussentijd ben ik dus bij Mohni geweest en toevallig tref ik hem op kantoor. Hij heeft nog geen duikers staan voor morgen en overmorgen, maar dat kan hier a la minute veranderen. Dus hij beloofd me te bellen als hij toch uitvaart. Ik doe mijn boodschappen en wandel rustig terug naar huis, links en rechts een praatje makend met de mensen van de kampung. Even later is Joep dus ook thuis. Hij neemt snel een douche en dan gaan we Loes weer ophalen. Ze wil graag traditioneel eten dus nemen we haar mee naar Café Talu Bare (geloof ik, ik vergeet die naam steeds). Joep neemt rendang, maar vergeet te zeggen dat hij medium spicy wil. Loes neemt ikan bakar, op advies van kokkie. Kokkie vraagt of ze spicy wil. “Ja doe maar”, zegt Loes. Ik adviseer haar om toch maar medium te nemen, de Lombok keuken kennende. Zelf kies ik voor een soto ayam. Lekker en voedzaam. Dan komt de maaltijd en zie ik Joep en Loes lekker zwetend voor me zitten. Beiden hebben een veel te pittige maaltijd. Joep blijft het zweet van zijn gezicht vegen en Loes is blij dat ze medium heeft gekozen. Als ik na de maaltijd naar het toilet wil gaan, is kokkie daar net haar was aan het doen. Daarom vind ik dit restaurantje ook zo leuk. Ze zijn zo lekker gewoon. Kokkie zet de was even in de week en ik kan even hurken. Ik vertel kokkie dat Joep en Loes zo moesten zweten en ze uit zich in verontschuldigingen voor het eten. “Nee hoor”. Ze wilden traditioneel dus nu weten ze wat dat is en bedank ik haar voor de goede kookkunsten. We kletsen nog even na, maar zijn moe en gaan op tijd weer naar huis en slapen.

Maandag 7 februari 2011
(Marijke) We slapen als een blok. Als we wakker worden, horen we de wind. Bijna stormkracht en het is zwaar bewolkt. Mohni heeft gisteravond niet gebeld (gelukkig maar, want ik zou nu niet graag op zee zitten), dus hebben we een aangepast programma voor vandaag. We gaan met Mus, met de bemo de kust/Pusukpas route rijden. Zo kunnen we alledrie mee en meteen kijken of dit een optie is om ook met Han zo te doen straks. We gaan naar Graha en ontbijten samen met Loes, ondertussen komt Adi even aan om te zeggen dat Mus om 9.00 uur present is. Ik kon Mus nl. telefonisch niet bereiken. Blijkt dat hij een nieuw nummer heeft. Ja, dan wordt het moeilijk natuurlijk. Keurig op tijd komt Mus en rijden we richting Bangsal. Ik houd Mus voorin gezelschap (Indonesiërs vinden het verschrikkelijk om alleen te zijn), want zijn Engels is beperkt en Joep fungeert als gids achterin deauto bij Loes. We maken een stop bij Malimbu (een prachtig uitzichtpunt) en even later nog een keertje voor de beroemde foto’s. Dan richting Pusukpas. De aapjes zijn maar beperkt aanwezig. Ook zij vinden het te koud denk ik. Bij de beruga boven op de Pusukpas stoppen we nog even. Jammer dat het zo donker en grauw is, maar toch heeft dit uitzicht ook iets. Als we de berg afrijden komen we in een verkeersopstopping terecht. Een grote vrachtwagen is in een smalle bocht blijven steken met een kapotte band. De bak zit boordevol met zakken dus die zal eerst half met de hand uitgeladen moeten worden. Een achteropkomende vrachtwagen ziet dat hij de bocht niet kan halen op de smalle weg en blijft keurig wachten. Maar de daarachter  komende vrachtwagen heeft geen zin om te wachten en wil de wachtende vrachtwagen passeren wat helaas niet mogelijk is en is nu bezig om het stukje terug te rijden. We vragen Mus om ons af te zetten bij Mataram Mall. Daar wil Loes ook graag even rondkijken. Hij is precies op tijd om zo meteen de kinderen weer op te pikken van school. Dat hadden we als vereiste, anders hadden we een taxi genomen. Als hij ons afzet, wil hij toch graag ons later weer op komen halen. Ja natuurlijk, zo verdient hij vandaag zijn geld aan ons, in plaats van de lokale bevolking.. Boven in Mataram Mall hebben ze tegenwoordig ook de beroemde vissenbakken. Daar ga je met je voeten in zitten en tientallen super kleine visjes knabbelen dan de dode huid van je voeten en onderbenen. Loes had al verteld dat ze dat een keertje wilde uitproberen. Ik zie dat het hier veel goedkoper is dan in Bali en in een dolle bui, zeg ik tegen Loes: “Zullen we het hier samen proberen?” En dus even later bengelen Loes en ik onze onderbenen in het water. Ieks!!!!!!!!! Wat een maf gevoel is dat. Met tientallen komen ze op onze onderbenen afzwemmen en beginnen meteen te knabbelen. Dat voel je ook echt. De kreten van ons laten heel Mataram Mall schrikken. (eerlijkheidshalve, alleen het personeel van deze zaak en wij zijn de enigste klanten), maar gillen doen we. Wat een maf gevoel. Loes went er sneller aan als ik, maar het is dan ook zo’n eigenaardig gevoel. Joep houd het maar weer bij foto’s maken. Waarschijnlijk denkt hij: “2 van die gekken is genoeg.” Na 20 minuten zit de behandeling erop. Ik heb niet het gevoel dat het echt wat gedaan heeft, maar lachen was het wel. We slenteren verder door Mataram Mall en Loes bekijkt de Indonesische haute couture, die beduidend verschilt van de onze. Tegen half drie bellen we Mus en een klein half uurtje later staat hij weer voor ons klaar. Wat een service. We laten ons bij supermarkt Senggigi Jaya afzetten. Even snel wat kleine boodschappen en dan naar het daarnaast gelegen kantoor van Biditours om de reis van Loes naar Bali te regelen. Ze koopt een ticket voor woensdagmiddag half twee naar Bali en we slenteren weer naar huis. We nemen bij Graha afscheid van Loes, die even lekker gaat zwemmen. Ja, ook bij bewolkt weer is het water nog steeds heerlijk en blijft het plakkerig warm. Ik wil even rust, want ik voel me onrustig en zenuwachtig voor vanavond. Dan zal de grote vergadering met de mensen van de kampung plaatsvinden. Ik zal het voorwoord doen voor Eful, met vertaling van Adi, maar ik vind het toch wel heel erg spannend. Om half zes brengt Joep me  naar Bumbu II en rijd dan snel naar Graha om Loes op te halen. Hij fungeert vanavond als Ojek (brommertaxi!). Ik bestel mijn favoriete salade, maar dit keer met kentang goreng (frietjes) erbij. Ik heb best wel honger. Loes bestelt precies hetzelfde. De ober zegt: “dus een portie friet en dan samen delen?” Ik ken die kleine porties en zeg dus: “Nee, we hebben best wel honger, dus doe ons maar allebei een portie.” Als dan het eten komt, krijgen Loes en ik allebei een superklein portie friet erbij. Hij zegt: “Ik heb keurig voor jullie een portie verdeelt over twee bordjes”. Ik schiet in de lach en vertel Loes dat hij ons waarschijnlijk nu spontaan op dieet zet. Of we willen of niet. Als we daarna nog ons te buiten willen gaan aan een bananasplit gebeurt het volgende. Ik vraag of ik die alleen met vanilleijs kan krijgen. Loes wil graag alleen chocoladeijs erbij. Joep wil de standaard met vanille, aarbei en chocolade. Het gevolg, ik krijg de bananasplit met een bolletje ijs (normaal zijn dat dan 3 bolletjes vanille), Loes krijgt de bananasplit met een bolletje chocoladeijs en Joep krijgt zijn banansplit met 3 bolletjes verschillende ijs. Ik vind het dolkomisch en zeg tegen Loes dat ik voorlopig maar hier ga eten, want het dieet wordt door de obers voor me bedacht. Loes verbaast zich erover dat ik dit zomaar allemaal accepteer. En ja inderdaad vroeger zou ik hier op gereageerd hebben, maar tegenwoordig zie ik hier in Indonesische veel vaker het komische van de situatie in en lach gewoon met wat er gebeurt. Erg goed voor je relativeringsgevoel. Joep wil mij eerst snel terug brengen naar de kampung en dan Loes ophalen. Maar de ober van Bumbu biedt spontaan aan om Loes op zijn brommertje te brengen. Kijk, waar zie je dat nou in Nederlandse restaurants. Dus crossen we gezellig samen terug naar de kampung. Het is inmiddels zeven uur en we nemen thuis nog heel even rust voor de vergadering. Om acht uur lopen we naar buiten om samen met Adi naar het huis van de Kepala Kampung te gaan. Hij heeft daar een overdekte ruimte oftewel huis in aanbouw  waar je met een redelijke groep kunt zitten. Wie geen plaats heeft, moet dus buiten zitten. We willen net gaan als (perfecte timing) het weer mati lampu wordt. In het stikkedonker lopen we met kleine zaklampjes naar het huis van de kepala. Nou, Loes maakt het wel allemaal mee. Daar horen we allerlei mensen om ons heen, maar zien uiteraard niks. Na een minuut of tien floept het licht weer aan en kijken we verbaasd om ons heen. Er zijn al verschillende mannen aanwezig en we gaan allemaal in die ruimte op de grond zitten. Iedereen babbelt wat en er gaan kleine bekertjes water rond. We wachten en ik heb geen idee waarop. Even later komt een hele groep mannen van de berg binnen. Wat blijkt, iemand had gezien dat het licht van de zaklampen van de berg af kwam en daarom werd er gewacht tot die groep er ook was. Ik zie slechts twee vrouwen zitten aan de rand, maar Joep vertelt later dat er op de beruga buiten, nog een hele groep vrouwen mee zat te luisteren. Dat wordt de vergadering officieel door de Kepala Kampung geopend. Ik versta wel iets, maar niet alles. Eful stoot mij aan en zeg dat ik met mijn verhaal kan beginnen. Ik open in het Indonesisch, maar omdat ik bang ben dat ik fouten maak en omdat ik wil dat vanavond alles heel duidelijk is, ga ik snel over op het Engels. Adi zit naast me en vertaalt zin voor zin in het Indonesisch. Dit gaat wonderlijk goed. Ik vertel de mensen van het ontstaan van ons project en leg uit dat het inmiddels zo gegroeid is dat we regels nodig hebben om alles in goede banen te leiden. Daarna geef ik het woord aan Eful om die regels uit te leggen. Eful neemt het over en praat in het bahasa Indonesisch. Adi zou dit weer voor Joep en mij vertalen. Maar ik heb hem niet nodig, ik versta 90% van het verhaal. A. Omdat ik weet waar Eful het over heeft, B. Omdat hij rustig en duidelijk praat. Hij legt eerst uit wat de regels zijn voor de lagere school en wat de kinderen allemaal krijgen aan spullen. Dan legt hij uit wat het systeem is voor de junior- en highschool, want dan moeten de ouders een contract tekenen. Sommige ouders begrijpen dat contract niet goed. Maar als we uit leggen dat het slechts een stok achter de deur is om te zorgen dat een kind in ieder geval de school afmaakt, begrijpen ze het wat beter. Zeker als we zeggen, dat wanneer het kind die school af heeft er niks terug betaald hoef te worden. Voor de universiteit leggen we de nieuwe regels uit. Een kind zal dus echt slim genoeg moeten zijn voor de regerings universiteit. Hier wordt al knikkend op gereageerd, dus ze begrijpen het wel. Dan nemen we het gedeelte van de kampung. We leggen uit dat de medicijnen gratis zijn en (het volgende hadden Eful en Joep tussendoor besproken) dat er ook boven op de berg een kast komt met medicijnen. Ja, eigenlijk logisch, het is toch te gek voor woorden als je drie kwartier moet lopen voor medicijnen, als je al zo beroerd bent. Kleine investering, groot gevolg. De regels voor het gebruik van de bemo en vooral nog eens het verhaal, dat de mensen daar bij noodgevallen gebruik van mogen maken. De doktersvergoedingen tot 500.000 ruphia. Een bijdrage voor begrafenissen van 200.000 ruphia en (en dit is nieuw) een bijdrage van 500.000 bij bevallingen in het ziekenhuis. De mensen zitten volop te knikken. Dan komen langzaam maar zeker de vragen. Iemand van de berg vraagt of hun kinderen nog een extra paar schoenen per jaar kunnen krijgen. Ze verslijten zo snel op de berg. Eful legt uit dat hij geen verschil wil maken tussen het ene of andere kind en een van de andere aanwezig vult dit vehaal aan, met de opmerking dat ze hun schoenen uit moeten doen bij het voetballen. De hele groep reageert lachend. Het schijnt een bekend probleem te zijn. De kinderen lopen thuis meestal op blote voeten of slippers. Dus laten we het even zo. Een andere vraag is waarom de kinderen van Junior Highschool maar een miljoen krijgen. Eful pareert meteen terug, met waar die meneer dat verhaal gehoord heeft, want wij noemen nooit bedragen en de meneer zelf heeft  nog geen kinderen op de middelbare school. De meneer mompelt wat, maar geeft geen rechtstreeks antwoord. Dan legt Eful uit, dat de sponsors een gemiddelde betalen en dat de kinderen, gewoon hun school vergoed krijgen. Hij wijst ouders aan en vraagt hen te vertellen hoe hoog de rekeningen zijn. Goede zet, want men hoort meteen dan iedereen gewoon zijn kwitantie vergoed krijgt, maar dat de bedragen kunnen verschillen. Dan vraagt Tomi het woord. Hij studeert Engels op de universiteit. Hij zegt in het Engels dat hij namens de Kepala Kampung en de mensen spreekt. Hij bedankt ons project dat wij ons willen inzetten voor de kampung en vooral voor de kinderen. Phoe, hier wordt ik even stil van. De Kepala Kampung heeft zich altijd wat terug gehouden, maar nu neemt hij toch een standpunt in. De broer van de Kepala neemt dan het woord en zegt dat de mensen nu maar eens echt alles moeten vragen wat ze willen weten en dat het geroddel maar afgelopen moet zijn, anders zou hij klappen uitdelen. Dit alles met een lachend gezicht en voor de gein, maar oh, wat doet me die opmerking goed. Tussendoor krijgen alle mensen een doosje met daarin water en wat kleine snacks. Ook liggen er overal sigaretten voor de mensen. (Weet je nog, dat deden we vroeger in Nederland ook op een verjaardag!). Tijdens de vergadering valt ook nog een keer het licht uit, maar in het donker kun je ook horen, dus men praat gewoon door. Loes zit naast me en is zwaar onder de indruk van het geheel. Ik trouwens niet minder. Joep maakt uiteraard weer foto’s. De Kepala neemt op het eind weer het woord en sluit de vergadering af. Zo, dit was een geweldige goede zet en we gaan dit ieder jaar herhalen. We kletsen met een klein groepje nog na en Boung begint weer zijn onzin te verkopen. Er staat een weegschaal in de hoek en ik moet er op. Ik vraag aan de Kepala tot hoe ver die gaat. 100 kilo, dus met mijn vingers in mijn oren (de weegschaal zou kunnen ontploffen) ga ik erop. Iedereen is hilarisch. Ik ga natuurlijk niet vertellen wat er op die schaal stond, maar hij is niet ontploft!  Daarna moet Loes er aan geloven. Maar terwijl zij erop staat, duwt Joep stiekem van de achterkant met zijn voet op de schaal. Loes zet grote ogen op en wij liggen dubbel. We lopen terug naar huis met Adi en op de beruga moeten we nog even wat emoties kwijt. Wat een superavond. Joep brengt Loes naar huis. We zijn allemaal moe maar zeer voldaan.

Dinsdag 8 februari 2011

(Marijke) Heerlijk geslapen uiteraard en Joep gaat even boodschappen doen, terwijl ik de mails beantwoord en ons verslag bijwerk. Dat moet nu even tussendoor natuurlijk, maar als ik te lang wacht ben ik het verhaal kwijt. Even later komt Joep terug en brengt Loes mee.
Loes heeft nog een verhaal. Terwijl ze vanmorgen aan het ontbijt zat, kwam Iba even aan. Even later kwam daar ook nog iemand van de kampung en nog een verkoper bij staan. “Jee” van de kampung die bij Boung op kamers woont, vroeg Loes waar ze gisteravond geweest was. Ja, zei Loes op de meeting, maar ik heb jou niet gezien. O ja, zei Jee, helemaal vergeten. De verkoper neemt dan het woord en zegt letterlijk: “But they don’t tell how much the sponsors pay, that is a secret. Loes gaat daar meteen op in en zegt: “dat had je dat gisteravond moeten vragen op de meeting. Dan had je gewoon een antwoord gekregen.” Maar hij loopt al mopperend weg met de woorden: “no, no they keep it a secret.” Boem, ik sta weer met beide benen op de grond. Het geroddel zal nooit ophouden, daar moeten we gewoon mee leren leven. Ik hou me vast aan het feit dat zeker 90% prima gaat en met de rest moeten we gewoon leren om te gaan. Joep gaat even met Loes naar Cuk om de kasboeken na te kijken en ik werk verder aan het verslag. Als ze terug zijn vertelt Loes dat ze vanmorgen tegen Iba had gezegd dat ze best nog wel een massage zou willen. Ik bel Iba dus even om te zeggen dat het om 2 uur (het is nu half twee) best goed uit zou komen. Iba neemt de telefoon op, zegt haar naam en als ze hoort dat ik het ben, begint ze al te roepen: “terima kasih, terima kasih.” Ik schiet in de lach en vraag of het haar lukt om om 2 uur hier te zijn. “No problem” en vijf minuten later staat ze voor de deur. Ze was voor de zekerheid al richting onze kampung gelopen en was al vlakbij. Meteen daar achter aan staat Opan (van Lombok Dive) voor de deur. Hij vraagt me dood serieus of ik even tijd heb om met hem te praten. Door zijn blik krijg ik het gevoel dat er iets erg aan de hand is en zeg, het zou nu meteen kunnen. Hij vertelt dat er een vriend even op het kantoor zit, daardoor denk ik weer dat hij dus nu eigenlijk niet weg kan. Ik vraag of het niet kan wachten tot morgen, maar dat is niet mogelijk. Het wordt steeds spannender. Maar bij Joep valt het muntje: “Wil je een Engels interview houden”. Dan komt er een big smile. Ja dus, met die vriend erbij. Ik schiet in de lach. Communicatie blijft moeilijk in dit land. Opan gaat opgelucht zijn vriend halen. Joep houdt zijn interview op de beruga, Loes krijgt binnen haar massage en ik ga lekker met een boek op ons terras zitten. Iedereen weer tevreden.
(Joep) Van te voren verteld Opan me dat ik me tijdens het interview moet voordoen als iemand die net op Lombok is en een duikcursus wil vlogen. Okee, dat spelletje wil ik wel meespelen en aarzelend begint hij met de vraag, na zich keurig voorgesteld te hebben, wat hij voor mij kan doen. Serieus antwoord ik dat ik net vanuit Bali ben gearriveerd en wat bijzonderheden wil weten om een duikcursus te gaan volgen. Volop begint Opan te vertellen en gelukkig kan ik tijdens het interview hem bepaalde richtingen opduwen. Het is maar goed dat we vorig jaar enkele malen met de boot zijn meegeweest en het een en ander van dicht bij mee hebben gemaakt. Zo vergeet hij te zeggen dat er theorie en een zwembadduik aan te pas komt en vergeet hij , als ik zogenaamd geboekt heb, te vragen welk hotel ik verblijf, waar ik opgepikt zal worden. Al met al staat alles keurig op video (telefoon)
Terwijl Loes gekneed word en Marijke en ik buiten op ons terrasje zitten probeer ik het door Belo gemaakte handdoekenrekje iets steviger te maken maar Belo die voorbijloopt neemt me het werk uit de handen en het ding staat hopelijk weer een paar dagen overeind.
(Marijke) Na de massage van Loes neem ik haar mee door het dorp. Joep gaat even stiekem een dutje doen. De zak kinderkleding gaat mee en ballonnen en snoepjes. We gaan eerst naar Ati, de vrouw van Ibrahim. Ik weet dat ze het niet breed hebben en haar kleine zoontje zal veel aan de kleding hebben. Ati wordt dol enthousiast en blijft er maar spullen uithalen. Sane, de moeder van Loes haar sponsorkind Ismael, komt erbij staan en ziet in de stapel die overblijft allemaal leuke spulletjes voor haar dochter Zara. Met grote ogen kijken ze me aan: “Mogen we dit allemaal hebben”. Ik wijs lachend naar Loes en die zegt meteen: “ja hoor, neem maar mee”. Wat zijn die twee lieve en hardwerkende vrouwen gelukkig! Met alleen nog de ballonnen en snoepjes gaan we bij Cuk voor op het stoepje zitten, voor de winkel. De kinderen komen een voor een, heel angstig en voorzichtig naar Loes. Ja, ze willen toch die ballon en dat snoepje, dus moeten ze even flink zijn. Inmidddels is ook de zus van Cuk met haar kleine winkeltje aangekomen. Ja, nu gaan we maar eens even proeven. Pisang goreng, ambon manis en nog een ambon en ook nog even saté usus. (Gebakken banaan, cassave met een palmsuiker vulling, cassave zonder vulling en saté van darmen). Heerlijk, maar stom. Om zeven uur gaan we immers bij Mariam eten. Och, de weegschaal viel toch mee gisteren ha-ha. Joep is er inmiddels ook bij gekomen en staat wat met Cuk te kletsen. Gezellig zo’n rommelige toestand met alle kakelende huisvrouwen en kinderen die iets lekkers kopen. Als we even later naar huis lopen, vraagt Boung, komen jullie even koffie drinken. Maar daar hebben we geen tijd voor. “Morgen”, vraagt Boung. Ik vraag Nur om dit even in het Engels aan Loes te vragen. Nur studeert immers al bijna 3 jaar Engels aan de universiteit. Een beetje gemeen is het wel, omdat ik weet dat ze heel weinig tijd aan haar studie besteed. Nur vraagt dus aan Loes: “Tomorrow, you kopi who time?”. Ja, dan krullen mijn tenen in mijn schoenen. Maar ja. We beloven morgenvroeg om negen uur aan te komen en Loes kan dan meteen afscheid nemen. Thuis kunnen we ons nog net even opfrissen en dan heeft Mariam het eten klaar. Loes mag op de grond mee aanzitten en met haar handen heten. Met de hand en dan ook nog rechts, terwijl Loes linkshandig is, gaat haar dit toch wonderwel goed af. Na het eten moet er natuurlijk voor de laatste avond van Loes weer gekaart worden. Het is best zielig, won ze de eerste keer, nu verliest ze alles. Maar ja, that’s life. Tegen 12.00 uur gaat Joep, Loes naar Graha brengen. Het duurt behoorlijk lang voor hij terug is. Wat blijkt, bij de winkel van Cuk, begon de motor te sputteren. Joep kreeg hem weer opgestart, maar bij Graha, rook hij wat en kwam de security al op hem afrennen. De benzine spoot eruit. Er is duidelijk wat los geschoten. Maar Joep kan er niet bij. Dus laat hij fijn de motor daar staan en wandelt terug naar huis. Daar aangekomen zegt Adi, dat Eful nog niet thuis is en dat we hem dus rustig nog even kunnen bellen. Zo gezegd, zo gedaan, maar morgen is tijd genoeg om het zaakje te repareren, dus pelan-pelan.

Woensdag 9 februari 2011
(Marijke) Vandaag is het afscheid nemen van Loes. En vandaag ziet Loes voor de eerste keer de zon!!! We ontbijten samen bij Graha en opmerkelijk is dat geen verkoper zich in de buurt van ons tafeltje waagt. Loes vertelt dat er gisteren een hele meute verkopers om haar heen hing, maar waarschijnlijk is ze in onze nabijheid enigszins afgeschermd.  Eful komt even aan en zegt dat hij de motor laat repareren. Er zit immers nog garantie op. Terwijl Loes en Joep nog even snel naar de ATM crossen, op de motor van Boung, loop ik alvast richting kampung. Bij Boung ga ik gezellig op de beruga zitten. Boung moet zich nog even snel wassen, want hij had net rumpuk (grote zak vol gras) voor de koe gehaald. Dit wordt dus met een groot mes, met de hand afgesneden en dient als extra voedsel voor de koeien. Inmiddels zijn Joep en Loes ook gearriveerd. Loes vind het toch moeilijker als ze dacht, al dat afscheid. Maar alle mensen die inmiddels hier zijn geweest, weten hoe dat voelt! We lopen nog even terug naar huis om afscheid te nemen van Adi en Mariam. Joep krijgt de motor van Boung mee vandaag. Loes heeft gratis vervoer van Graha en ik lift met haar mee. Joep rijdt met de motor achter ons aan. De auto van Graha moet immers meteen weer terug, maar wij willen met Loes nog even rustig wat drinken. Eigenlijk willen we haar duizend en een tips meegeven, maar ze moet toch alles zelf ervaren. Van de ene kant wil ze blijven, van de andere kant wil ze Bali zien. Iets wat we heel goed begrijpen. Wie weet, wanneer ze weer terug komt. In ieder geval hebben we afgesproken dat we haar zondag in Kuta zullen ontmoeten. Wij zijn dan in Bali, om maandag Han mee naar Lombok te nemen. Zo kan Loes toch nog even haar verhalen kwijt. En eerlijk gezegd voelt het voor ons ook goed om haar nog even te zien. Dan komt toch het afscheid. Och, moeilijk is dit niet, het is immers maar voor een paar dagen. Zonder ook maar een keer om te kijken, loopt Loes door. Goed zo dame, goede reis! Wij crossen lekker rustig met ons motortje terug naar huis. Maar onderweg moeten we toch even stoppen om de jas hujan (regencapes) aan te trekken. Die slimme Joep! Hij had ze nog snel onderuit het zadel van de andere motor gehaald. Hij denkt ook aan alles. Maar door een fikse regenbui rijden we dus naar huis.
(Joep)  Daar wacht ons om 14.00 uur weer een heerlijke massage van Iba. Ja, ook ons leventje gaat door. Maar onder de massage zijn we beiden even weggedut en als Iba vertrokken is doen we nog een verlaat middagdutje, waarbij Marijke de slappe lach krijgt, omdat het vier uur is en onze middag haan weer voor de raam zit. (lang leve een hoorapparaat wat je uit kunt doen, zegt Marijke) Trouwens, toen we vanmorgen bij Boung’s beruga  arriveerden nog even met Peter gesproken. Peter is onze Nederlandse buurman die zijn huis verhuurt in de periode dat hij  niet hier is. Hij is op het moment druk bezig om achter zijn huis een backpackers huisje neer te zetten dus wie interesse heeft? Wat ons wel is opgevallen dat we in de kampung nog meer erkenning hebben gekregen van veel ouderen en met name na de vergadering van afgelopen maandag. Misschien zijn het de woorden geweest van de kepala Kampung en een oudere “wijze “ mannen, die de mensen benadrukte dat onderwijs voor de kinderen echt een must was. Of de woorden van Mat, die zei dat het geroddel in de kampung maar eens afgelopen moet zijn.  Helemaal vergeten te vertellen dat toen we terugkwamen van het vliegveld en langs de drukte kwamen in Ampenan bij de bemo’s ineens onze eigen bemo tussen alle andere bemo’s zagen. Hij viel meteen op. We hadden het er met de boys over gehad dat de “www.proyekkampungloco.com “ naam aan de bovenkant van de voorruit bijna niet opviel. Ook hadden we er een beetje over gebrainstormd en het resultaat mag er wezen. Aan de zijkanten keurig de naam in felgeel en op beide deuren het logo. Wat ontzettend mooi en duidelijk zichtbaar afsteekt tegen het blauw van de bemo. Vroeg in de avond rijden we door de grimis om wat te gaan eten, lopen is geen optie want de pad is een moddertroep door de regen, en willen Angel aandoen, maar we zien dat het daar behoorlijk vol zit dus dan kiezen we voor Bumbu 1, daar is nog een tafeltje aan de straatkant vrij. Als we zitten zien we achterin Debbie en Mindie Schreurs zitten met een groep jongelui uit Nederland en we gooien wat groeten naar achteren. Het eten smaakt als vanouds en vroeg in de avond zijn we weer terug in ons huisje. Het is net of de moeheid van de laatste paar dagen er nu uitkomt want geloof het of niet, om half tien lig ik al op een oor.

Donderdag 10 februari 2011
(Marijke) Ongelooflijk maar waar, Loes heeft in die paar dagen alleen maar bewolkte lucht gezien en vandaag schijnt volop de zon, dus moeders aan de was. Het is aardig wat, na al die dagen niks doen, maar het is weer is goed, dus lekker knoemelen. De hele ochtend zijn we bezig. Maar ook tussendoor boekje lezen en relaxen. Het is te warm voor het Nederlandse tempo. Trouwens dat tempo zijn we al heel lang kwijt. Na de middag even het beroemde dutje en daarna springen we op ons motortje om naar Holiday Resort te rijden. Hier verblijven Gerda en Hendrik, twee mensen uit Duitsland die we vorig jaar al kort ontmoet hebben. Ze hadden afgelopen zondag al gebeld om even aan te komen, maar toen was Loes er. We gaan ze nu dus maar even opzoeken. Wauw, wat een luxe is dat Holiday Resort. Je hebt een riante kamer met badkamer aan zee voor maar 135 dollar, vertellen Gerda en Hendrik. Geld verhouding kamer klopt wel. Het is prachtig. Heel grote kamers en een prachtige badkamer met ligbad. We gaan op het terras bij hun huisje zitten. Omdat er maar drie stoelen zijn, ga ik gewoon op de grond zitten. Gerda snapt er niets van, “dat is toch veel te koud?” Lachend leg ik haar uit dat we in de kampung bijna altijd overal op de grond zitten. Stoelen zijn maar bij een paar huizen beschikbaar. Gerda is 70 en Hendrik 80 maar nog fit als een hoentje en behoorlijk open-minded. Leuke mensen om meer te praten. Als Gerda verteld dat ze na hevige rugklachten te horen kreeg dat ze alleen nog maar geopereerd kon worden, zijn ze naar Sri Lanka vertrokken. Na vijf dagen ayuverdische behandelingen kon ze haar rug alweer bewegen. Zo’n mensen zijn het dus. Ze maken hun eigen beslissingen en genieten van het leven. Aan het eind van de middag spreken we af om a.s. woensdag gezellig bij Graha samen een arak te drinken (dat doen zij daar ieder dag ha-ha) en dan vervolgens hun mee te nemen naar de kampung en ze rond te leiden. Han is er dan ook, dus dat zal best wel gezellig worden. Wij tuffen naar huis. Daar aangekomen, zien we dat Adi en Mariam de middag gebruikt hebben om de bamboe weer keurig bij te knippen en de voortuintjes van onkruid te ontdoen. Wat zijn het toch sieskes!! We worden hier gruwelijk verwend. We praten weer even bij en dan mandiën en er op uit voor het avond eten. Ons grootste probleem ieder dag: “Waar gaan we eten. Wat is het leven toch zwaar.
(Joep)  Onze keus valt vandaag op Angel, gisteren was het er bomvol maar nu vinden we nog een tafeltje. Langzaam maar zeker vult ook dit restaurantje zich met de nodige gasten. De eigenaresse verteld ons dat ze 2 dagen volle bak heeft gehad en dat ze gisteren zelfs door het eten heen was. Terwijl er andere restaurantjes zijn die amper een tafeltje bezet hebben. Grotendeels komt dat dan ook door de uitstraling en sfeer die zo’n restaurantje uitstraalt. Voldaan keren we huiswaarts en zoeken de rust op van ons huisje. Daar aangekomen checken we de mail en lezen we de reactie’s op de eigenlijk te vroeg geplaatste foto’s op Facebook, want het bijbehorende verslag moet nog gepubliceerd worden en uiteindelijk bestuderen we de binnenkant van de oogleden.

Vrijdag 11 februari 2011
(Joep) En alweer een stralende zon aan de hemel. Vandaag houden we eens grote poetsdag dwz. alles aan de kant, alles afdoen, vloer schrobben, bed verschonen, bureau eens opruimen, links en rechts wat in de sop en noem maar op. Lijkt allemaal simpel maar na twee minuten loopt het zweet in straaltjes over ons lijf. Precies op dit moment houdt de electriciteit het voor gezien dus dat betekend geen ventilator. De fles afwasmiddel die we hier voor gebruiken heeft de toepasselijke naam “Mama “ dus emancipatie is hier ver te zoeken. Als Adi thuiskomt en vraagt wat we zoal gedaan hebben en ik hem vertel dat Marijke en ik samen hebben gepoetst klinkt er een honend lachje. Je ziet hem denken: ” Nog niet misschien “! Tot dik een uur in de middag zijn we hier mee bezig, natuurlijk met de nodige rustpauzes. Plotseling hoorden we iemand via de luidsprekers van de moskee aardig tekeer gaan. Het is Mat, de broer van de Kepala Kampung die zijn ongenoegen over de kampung strooit. Het blijkt dat er gisteren een vergadering in het dorp is geweest over een of andere feestdag van Mohammed. Maar net als in veel vergaderingen in Nederland waren er een paar mensen die op de vergadering hun mond hielden maar buiten de vergadering hun mening kenbaar maakten, dit tot ongenoegen van Mat. Dezelfde Mat kan het ook niet uitstaan als mensen uit ons dorpje onware verhalen vertellen over ons project die ze zogenaamd weer van anderen hebben gehoord en een schepje er boven op doen. Het is en blijft net een klein Nederlands dorpje met zijn jaloesie, roddel en gossip stories en wie dit niet gelooft die moet maar eens 4 maanden hier komen wonen. Omdat iemand op de chat en sms constant blijft zeuren over koffie besluiten we de supermarkt te bezoeken om de voorraad maar eens aan te gaan vullen. Je weet maar nooit en we willen niet voor verrassingen komen te staan, maar och, dan hebben we nog altijd de buurtjes. Als we de supermarkt uitlopen staat er een agent bij onze motor en is wat aan het rommelen in zijn papieren. Aan de overzijde zien we drie agenten staan en we vrezen het ergste omdat we geen helm op hebben. Ozzi, de broer van Adi die ook verkoper is verteld dat er een controle is. En we zien inderdaad een agent een bord om zijn nek hangen dat men moet rijden met verlichting. Het is op dit moment 14.00 uur, stilste tijd van de dag en ook nog een vrijdag als het verkeer op zijn minst is omdat het praying day is. We lachen er om en met verlichting aan rijden we langs de controle. Zonder helm, met harde uitlaten en 4 man op een motor, alles mag als je de verlichting maar aan hebt. De agenten zijn zelfs foto’s van elkaar aan het maken. Waar maak je dit mee. Thuis aangekomen heeft Adi de minder prettige mededeling dat Mariam een telefoontje heeft gekregen dat haar moeder die eerst op Bali woonde maar nu op Java, ernstig ziek is en haar kinderen wil zien. Adi vertelt dat Mariam alleen naar Java gaat en na ernstig doorvragen komen we er achter dat ze daar amper geld voor hebben, laat staan met twee man. Marijke zit inmiddels binnen met een huilende Mariam. Als Marijke naar buiten komt en onze blikken elkaar treffen weten we meteen wat we doen want je kunt hun niet in de steek laten. Dus morgenvroeg vertrekken ze naar Lembar om de ferry te pakken naar Bali en van daar uit met een andere zus van Mariam naar Banyuangi op Java. Hoe we dit oplossen zien we wel, we kunnen dit niet van het projct doen maar helpen zullen we ze. Het kan zijn dat ze een hele poos op Java moeten verblijven. Allebei zijn ze erg verdrietig en zeer aangeslagen. Het doet goed als we horen dat ze samen zullen gaan. Het is inmiddels al weer avond geworden en tussendoor krijgen we te horen dat Loes ons niet kan bereiken met haar Nederlandse prepaid telefoon dus een sms met ons Nederlandse nummer gaat richting Bali, zo heeft ze in ieder geval ons nummer. Even later krijgen we een sms-je terug dus het contact is er weer. Snel op het motortje om een hapje te gaan eten. De agenten zijn verdwenen en we zien weer talloze motortjes zonder verlichting, met rood voorlicht, met wit achterlicht en noem maar op. Ik vraag me af wat die controle vanmiddag op klaarlichte dag voor zin had. Maar ja, dit is Indonesië, niet teveel nadenken
Bumbu 2 is vandaag de gelukkige, waren we in het begin van plan om elk restaurantje te proberen nu zitten we op een achttal verschillende, onze buurtjes niet meegerekend. Het heeft echt te maken met sfeer, vriendelijkheid, smaak, korting en de honger die we hebben maar gemiddeld zijn we per dag ongeveer 100.000 rp. (€ 8,00) aan eten kwijt en dat hebben we er best wel voor over. Daarbij zit geen fles Bintang (bier) anders waren we het dubbele kwijt.
Thuis praat Marijke nog even na op de beruga met Adi en Mariam terwijl ik me opoffer om dit verslag af te maken zodat we weer kunnen publiceren.

 

Vrijdag 4 februari 2011

Zaterdag 29 januari 2011

(Joep) Gisterenavond tevergeefs geprobeerd ons wekelijkse verslag op de site te zetten maar helaas katjangkaas, Monzilla Firefox werkte niet mee. Als we het vanmorgen proberen blijkt dat het systeem uiterst langzaam is. Maar ja, we hebben de tijd. Een pagina openen van bv. een website duurt meer dan 10 minuten en op zo’n momenten vervloek je zo’n systeem. In Nederland zou je het al lang hebben opgegeven en iets anders zijn gaan doen. Toch blijven we er achter zitten en maken zelfs een nieuwe album op Facebook. Het filmpje uploaden van onze nieuwe camera geeft aan dat het een dagenkwestie gaat worden dus daar beginnen we niet aan. Volgende keer maar filmpjes maken met onze oude camera.  Om 11 uur hebben we een afspraak met de twee jongens die we afgelopen donderdag hebben ontmoet en die vandaag weer komen voor de rest van het interview. Geduldig zitten we te wachten maar helaas laten zij verstek gaan en horen we niets van hun. Ja, ook dat is Indonesië. Terwijl ik op pad ben om onze drinkwatervoorziening weer op peil te brengen kom ik onderweg Belo tegen die met me mee gaat naar huis en die weer de nodige uurtjes blijft kletsen. En als hij verdwenen is en  we later in de middag heerlijk zitten te lezen staat Corry en Gert uit Nederland ineens voor de deur. Corry hebben we vorig jaar ontmoet en zij komt regelmatig naar Lombok om te duiken. Na enkele glaasjes water en wat nieuwtjes over en weer vertrekken zij want ze hebben nog een afspraak. Hen zullen we nog wel zien deze periode. 

’s Avonds rijden we naar het kleine restaurantje van onze gezellige kokkie en zij verrast ons weer met een een soort pudding die ze weer in elkaar geflanst heeft voor ons. Zij hebben een nieuw systeem bedacht als klantenbinding. Normaal als je het eten op hebt krijg je een bordje fruit of iets dergelijks, nu krijgt iedereen een bonnetje waar je de keus hebt uit een bordje fruit, een glas jus of een kleine pancake. Maar aangezien we vol zitten van het eten en het bonnetje teruggeven omdat we echt genoeg hebben komt het obertje toch aanzetten met het puddinkje en de groeten van kokkie. Ze kan ons toch niet zo naar huis laten gaan! Hoe wil je hier in Allah’s naam nou afvallen? We verlaten het restaurantje en gaan heerlijk naar huis niet voordat we even met ons motortje de berg hebben gereden achter het Sheraton Hotel, al is het alleen maar om iets verkoeling te hebben. De zandpad naar de kampung heeft men nu vol bouwpuin gegooid en het is elke keer laveren tussen brokken steen om niet onderuit te gaan. Het puin word nu regelmatig erop gegooid door de regering om de weg wat breder te maken en wat meer ondergrond te geven. De geruchten dat men in april echt aan deze weg gaat werken worden steeds groter. Het was weer een zeer vermoeide dag en net zoals veel mensen hier ben ik verkouden aan het worden.


Zondag 30 januari 2011

(Joep) Vroeg in de morgen staan we weer op, nemen een ontbijtje en gaan dan naar de beruga van Cuk om nog enkele kinderen op de foto te zetten. We hebben daar residentie van 9 tot 12 uur. Met Cuk controleren we de lijsten van de kinderen die allemaal in het project zitten. Cuk heeft de volgorde aangehouden van de verschillende scholen maar wij hebben de volgorde van onze sponsorfoto’s op onze website, die weer gekoppeld is aan onze lijst van sponsors. Dus al met al is het een hele klus. Als we na twaalven ons boeltje bij elkaar pakken om naar huis te gaan en omdat er niemand is komen opdagen, zien we een kind langslopen die we nog moeten hebben. We zetten hem op de foto en praten nog even na. Volgend jaar gaan we dit toch iets anders aanpakken want het is toch van de zotte dat we elke keer de ouders (sommige) het bijna elke dag moeten vertellen dat we hun kind verwachten voor een foto. Als we een traktatie hadden beloofd waren we allang klaar geweest maar daar voelen we heel weinig voor. Het is nog vroeg in de middag , bloedheet,  en je ziet ook geen mens op straat ondanks dat het zondag is en we op weg zijn naar de supermarkt voor wat inkopen voor vanavond. Laat in de middag lopen we naar de Pos Ronda omdat hier weer vanalles te zien is en de zon begint langzaam onder te gaan. We hebben een stafmeeting voor vanavond gepland dus in plaats van een klein restaurantje in het centrum pakken we de padang warung vlak bij onze uitkijkpost. Gemakkelijker kun je het niet maken. Tegen achten druppelen de 4 boys ons terrasje op en beginnen we aan de voorbereidingen van de meeting die we willen houden met alle mensen uit het dorpje. We merken dat niet iedereen op de hoogte is van de regels van het project en we willen dit door middel van een grote bijeenkomst doen. Men hoort het een en ander van een buurman/buurvrouw die het ook niet allemaal zeker weet en zo krijg je gekke situaties. Marijke zal de vergadering, met Adi als tolk openen waarna Eful en Cuk vertellen wat het project doet maar ook welke plichten de ouders hebben. Als Eful en Cuk aan het woord zijn zal wederom Adi het ons moeten vertalen omdat wij het Sasak nog lang niet meester zijn. Talrijke punten passeren de revue en bij de groep “Universiteit “ hebben we een nieuwe oplossing gevonden. We waren er achter gekomen dat we bij ondersteuning van de Universiteit een foutje hadden gemaakt. De universiteiten verschilden aanzienlijk van prijs en nu weten we waar dat aan ligt. In Mataram ligt een Universiteit die grotendeels betaald word door de regering maar wil je er op komen zul je eerst een test moeten doen en een score moeten hebben van 27 punten. Haal je dat dan kun je verschillende richtingen op. En ook heel belangrijk binnen budget van ons sponsorsysteem. Veel scholieren halen dat niet en gaan dan naar een  andere (privé) Universiteit. Je raadt het al, deze zijn beduidend duurder en het niveau is veel lager. Met deze gegevens hebben we een heel probleem opgelost voor onze “Universiteits deelnemers “. Willen wij ze helpen naar de Universiteit te gaan dan zullen zij het niveau moeten hebben voor de grote Mataram Universiteit. Je haalt dan ook meteen de gemotiveerde en sterke scholieren er zo uit. De scholieren die momenteel in ons project zitten laten we niet vallen, omdat we hen beloofd hebben te helpen, maar de nieuwelingen zullen aan de nieuwe eisen voor de universiteit moeten voldoen. Een pak van ons hart met deze hopelijk goede oplossing. Andere jongeren, die deze universiteit niet kunnen halen, maar bijvoorbeeld nog een cursus Engels, computer e.d. willen volgen, zullen we met een gelijke bijdrage als voor de universiteit ook ondersteunen. Een van de belangrijke punten op deze meeting zal zijn dat ouders meer verantwoordelijkheid nemen voor hun kinderen. Wij willen hun proberen uit te leggen hoe belangrijk het is dat hun kind onderwijs krijgt maar er zal toch ook een beetje initatief van de ouders moeten komen. Alleen maar een hand ophouden werkt niet. Voor ouders die zelf niet kunnen lezen en schrijven is dat wel eens moeilijk te begrijpen. Maar toch gaan we proberen deze ouders te bereiken. Al met al zitten we weer tot half een in de nacht te vergaderen. Maar we voelen ons opgelucht, dat we weer wat bijgeleerd hebben. Eful is toch echt het brein achter deze dingen in Indonesië. Hij is toch behoorlijk ontwikkeld en zoekt al deze dingen uit om zo tot een goede oplossing te komen. Moe en voldaan gaat iedereen naar huis en ruimen wij nog even op. Om een uur breekt dan eindelijk de frisse regenbui los, die de benauwende warmte wegspoelt. Dat slaapt heerlijk. 


Maandag 31 januari 2011

(Marijke) Hari libur, dus op naar Graha voor ons ontbijtje en zwemfestijn. Het is half bewolkt, maar we vinden het, na de extreme hitte van afgelopen dagen, heerlijk. We gebruiken de tijd ook om samen de vergadering van gisteravond nog eens door te nemen. Maar ook de frustratie die je af en toe voelt om dit land en de regels te begrijpen. Het duurt zo lang voor alles helemaal duidelijk is en af en toe denk je dan ook: “Hadden ze dat maar eerder verteld!”. Maar hier beseffen ze ook weer niet, dat wij die dingen niet automatisch weten. Hier wonen en leven heeft toch wel een grotere impact als dat we van te voren dachten. Hoe langer je hier bent, hoe meer je beseft hoe ingewikkeld de samenlevingsstructuur hier is en je leert steeds meer “te horen, wat er niet gezegd wordt!” Maar dit is de keuze die we gemaakt hebben en van de andere kant is het ook interessant om langzaam aan steeds dieper in deze cultuur te duiken. Alles begrijpen zal nooit lukken, maar we voelen dat we de goede kant op gaan. 

(Joep) Als tegen twaalven een grote tafel word gedekt in het restaurant precies aan de zwembad kant pakken we ons boeltje op en vertrekken we. Het is dan net of je in de dierentuin zit aan de andere kant van de tralies en dat hoeft voor ons niet. Bij het verlaten van het zwembad vraagt Madé, de ober die achter ons woont , of  het project niets kan doen aan het grote gat dat onstaan is tijdens de hevige regenbui in het klinkerpaadje naar oa. ons huis, maar we hadden van Adi al de opdracht gekregen om hier niets aan te doen. We hebben het paadje tijdens de bouw van ons huisje geheel zelf op eigen kosten aangelegd en Adi en wij vinden dat de gezamelijke gebruikers van dit pad het maar moeten opknappen eventueel met iedereen een gelijke bijdrage. Er word nogal gebruik van gemaakt van deze pad dus zo hoog zal het bedrag echt niet zijn. Maar dan kom je weer op het punt, wie neemt het initatief? Met andere woorden, het zal nog wel een tijdje zo blijven liggen of nog erger worden. We maken ons er niet druk over. Want als wij het zouden repareren is het hek van de dam en dan komt iedereen met zijn probleempje ( wat ze zelf makkelijk kunnen oplossen ) naar ons toe. Thuis aangekomen nemen we het er weer van (siesta, alhoewel het hier wel anders zal heten), doen een klein wasje, ruimen wat op, lezen tussendoor wat, beantwoorden wat mail, halen we nog even wat zakdoekjes want net zoals ik is Mariam nu ook geveld door een verkoudheid en Marijke kan niet achterblijven, die snottert ook aardig wat bij elkaar. Adi is trots dat hij nog 100% is maar die komt ook nog wel aan de beurt. Zoals zo velen in de kampung. O ja, tussendoor kregen we nog een sms-je van de twee jongens die afgelopen zaterdag om 11 uur zouden verschijnen voor een interview en of dat nu ging. We sms-en terug dat we zaterdag de hele morgen en halve middag op hun hebben gewacht en dat we minstens een afzeg sms-je hadden verwacht, maar ze antwoorden doodleuk dat ze het te druk hadden op school. Op hun vraag of het nu ging hebben we maar geantwoord dat wij het nu te druk hadden en dat ze volgende week maar een keer terug moeten bellen. Ja, ook dit is Indonesië en we verbazen ons er niet meer om. We laten vanavond bij Bumbu 1 het eten lekker smaken en zijn vroeg thuis voor een avondje rustig thuis (niet voor de buis!!) met een boek.


Dinsdag 1 februari 2011

(Joep) Zeven uur staan we weer langs ons bed en de dag kan beginnen met een ontbijtje. Daarna is het even sappelen want ik voel me een stuk beter en Marijke heeft het gevoel dat ze koorts heeft. Maar na een kleine medicatietest blijkt dat dat niet het geval is. We hebben een bloeddrukmeter en een thermometer in huis waar we onze toestand geregeld mee checken.

Op de laptop die nu draait onder de browser Monzilla Firefox proberen we ook Google Chroom uit maar eerlijk gezegd brengt dit geen verandering en is de hele traagheid gewoon te wijten aan het langzame modem wat we hebben. Het was het proberen waard. Daarna ruimen we de mailboxen eens grondig op en kijk ik of we nog voor enkele festivals in Nederland kunnen inschrijven. Het “werk” gaat strakjes weer gewoon door en het is wel makkelijk dat je dat van hier af kunt regelen. Rond de middag gaan we nog even naar de supermarkt en pikken een terrasje aan de zee bij Hotel Lina. Ik loop even een rondje door het dorp en maak een praatje met Cuk die me verteld dat hij straks met de Kepala Desa gaat praten over de nieuwe weg of hij controle werkzaamheden mag verrichten als ze er aan bezig zijn. Wat blijkt? Vaak doen uitvoerders een andere (goedkopere) samenstelling van het cement en Cuk is bang dat na een half jaar de weg weer helemaal kapot is. Ja, ze kennen de trucs hier zelf langzaam aan wel. 

(Marijke) Ik voel me steeds slapper worden en snotter een flink eind weg. Ik kruip lekker op de bank. Joep lacht, hij is er nu bijna vanaf. Na Joep en Mariam ben ik nu aan de beurt. We zijn benieuwd of Adi nog ziek wordt. Als we willen gaan eten, regent het. Mij maakt het helemaal niks uit, ik heb geen honger. Joep houdt het dan ook maar bij een paar boterhammetjes en we blijven lekker thuis. Er is maar een remedie en dat is slapen, dus om 10.00 uur kruip ik onder de (wol) sarong. Ik val meteen in slaap. 


Woensdag 2 februari 2011

(Joep) Het regent nog steeds als we opstaan en dat heeft het waarschijnlijk de hele nacht gedaan. Iba is gewapend met een paraplu keurig door de regen gekomen ze vertelt dat haar man is thuisgebleven van zijn werk en haar kinderen van school. En inderdaad zien we meerdere kinderen op dit tijdstip in de kampung.Dit schijnt normaal te zijn als het regent!! Wil er rijst op het bord komen (oftewel brood op de plank) zal er toch verdiend moeten worden. Iba is al aardig aan de toeristen gewend en denkt westers. Thuis blijven betekent klanten kwijt raken. Maar de hoofdzaak is natuurlijk dat wij haar “contract ‘ niet op zullen zeggen. Het is elke keer een genot om je spieren eens lekker laten te verwennen en ze weet dat ik wel eens door mijn rug ben gegaan dus krijgt deze extra aandacht. Van het getrek aan de vingers en tenen om deze te laten knakken hou ik niet zo van maar dat hoort er schijnbaar bij. Als ze weg is komt Annette, onze boven-buurvrouw (ze woont een stuk verder de berg op) even Marijke gezelschap houden en als die twee samen op ons terras lekker zitten te keuvelen komt Belo aanlopen. Hij vroeg wanneer ik aan het handdoekenrek begin en hij biedt aan om me te helpen. Dus beginnen we er samen aan. Ook omdat het net opgehouden heeft met regenen. Na een klein half uurtje staat er keurig een bamboe rek maar achteraf is het toch groter als dat we gedacht hadden. We doen het er maar mee lopen misschien wel een keer tegen wat anders aan. Hier moet je roeien met de bamboe die je hebt! Merk nu pas dat mijn uitspraken (behalve de taal) al doorspekt zijn met de omgeving hier. Van mijn Engels, dat hier doorspekt is met Indonesische en Limburgs dialect woordjes verstaan ze meer dan genoeg dat blijkt wel uit het feit dat als ik alleen op pad ga naar winkels, en niet alleen in Senggigi, maar ook in Mataram of Ampenan, ik toch huiswaarts keer met hetgeen ik naar op zoek was. Mits voorradig uiteraard. Tegen vieren als Belo al weer is vertrokken en Annette op het punt staat om huiswaarts te keren valt de regen er weer met bakken uit. We zijn benieuwd hoe de hoofdstraat van Senggigi eruit ziet na zoveel water want achter in het dal horen we hoe de regen als een waterval de berg afloopt. Adi zien we zelden want hij heeft geen zin om ook verkouden te worden en komt zelfs tussen de middag niet thuis. Maar ook omdat ik met hem een weddenschap heb lopen. Gisteren troffen we hem bij de supermarkt en zei ik hem dat hij binnen twee dagen ook verkouden zou zijn maar hij zei van niet. Vandaag is de eerste dag en ik heb hem nog niet gezien, morgen is de tweede, en na morgen heeft hij een pakje “Country “ verdiend. Mits hij niet verkouden is! We hebben er wel niets tegenover gesteld. 

(Marijke) Tegen de avond is het even droog en we gaan toch maar op pad. We willen boeken ruilen en een hapje gaan eten. Maar ergens vanmorgen is er puin gestort om de weg te herstellen. Je moet je voorstellen dat ze ergens een huis hebben afgebroken en dat ze het bouwpuin gewoon op de weg hebben gegooid. Met als gevolg dat de zandpad nu levensgevaarlijk is geworden. Overal liggen dikke scherpe stenen, puin en andere troep. Ons motortje hobbelt er over heen. Waar geen puin ligt, liggen grote plassen water, waar we voorzichtig doorheen schuiven. We zijn blij als we zonder kleerscheuren de asfaltweg bereiken. Op naar de bookshop. Het neefje van de eigenaar, laat me  niet met rust. Terwijl Joep boeken uitzoekt, wil hij allerlei Nederlandse woorden weten en leren. Hij geeft me een schriftje en ik schrijf vanalles op. De uitspraak gaat redelijk, alleen de letter “u” blijft een probleem. Het is gewoon de Nederlandse “oe” voor hen. De uitspraak zoals wij die hebben kennen ze niet. Dus hij blijft maar oefenen. Na geruime tijd, zijn we  weer wat boeken rijker en heeft hij pijn aan zijn kaken van het oefenen. We rijden naar Bumbus II, waar we ons avondeten goed laten smaken. Aangezien het weer flink regent, nemen we nog maar een toetje. Als dat op is, is de regen ook op en kunnen we huiswaarts keren. Na weer een dodemansrit op ons straatje komen we dan thuis aan. Adi staat ons op te wachten en nodigt ons uit voor een bakkie koffie. We brengen de laatste uurtjes van de dag door met hem en Mariam. Terwijl Mariam lachend geniet van de Javaanse Opera op TV (een soort van Indonesische humor, waar wij niets van snappen) kletsen wij met Adi. Met hem raken we nooit uitgepraat. Schitterend! 


Donderdag 3 februari 2011

(Joep)  De hele nacht heeft het weer geregend en als we opstaan horen we de regendruppels op het  dak nog hevig tekeer gaan. Om een uur of acht klaart het op en gaan we even bij de buurtjes langs om te kijken hoe het met Adi is maar die vertoont nog geen spoortje van verkoudheid. Eful komt even later met het motortje aangereden want vandaag zijn de twee maanden om dat we de motor van Boung hebben gehuurd en voor de laatste twee maanden is Eful aan de beurt. Zo verdienen ze beiden wat aan ons en krijgen we geen scheve gezichten. Reden we gisteren nog op een groene Yamaha nu is het een paars/zwarte combinatie, tot vreugde van Marijke want dat past beter bij haar kleding. Grapje! Terwijl Marijke weer druk bezig is met de kleine was haal ik een van de weinige tot nu toe werkende dingen uit elkaar, de staande ventilator. Dat ding draait overuren en gisteren moest ik een draai aan de propeller geven om hem op gang te krijgen. Wat kun je hier toch blij zijn met een simpel stukje gereedschap als een schroevendraaier, die is zijn aankoop dubbel en dwars waard. Keurig maak ik hem schoon met een aangeschaft borsteltje en met wat naaimachineolie krijg ik hem weer aan de praat. Vervolgens klem ik tussen twee muren een stuk overgehouden bamboe en zie, we hebben een kleine overdekte waslijn. Geen luxieus wasmolenophangding maar met spulletjes van moeder natuur. 

(Marijke) Even na 12.00 uur gaan we richting Boung. Mocht hij aan het werk zijn (dat wisselt hier per dag) dan is hij nu zeker thuis. En jawel hoor, hij zit op de beruga samen met Ani. Hij ziet er erg moe uit. Hij vertelt ons dat hij nu aan het helpen is bij het gebouw, dat als overdekte wachtruimte bij Senggigi beach straks gebruikt zal worden. Hij staat echter bijna de hele tijd in het water en dat is dingin (koud) volgens hem. Ja, hij verdient zijn geld niet voor niets. Tegen twee uur moet hij weer gaan en Joep gaat ook richting thuis. Ik blijf met  Sareah en de buurvrouw op de beruga zitten kletsen. Goed voor mijn bahasa Indonesia. Maar de kleine, 2 maanden oude, baby van de buurvrouw, wil alleen maar lachen als ik Nederlands tegen hem praat. Hij kijkt me dan met grote ogen aan en begint te lachen. Waarschijnlijk omdat de klank zo geheel anders is. Maar het ziet er wel heel leuk uit. We doen net alsof hij mij verstaat. Daarna krijgen we weer een heel gesprek over voedsel in Belanda en hier. Ze begrijpen niet dat wij maar zo weinig bomen hebben waar fruit aangroeit. Hier zijn de bomen zonder fruit eerder een uitzondering. Denk maar aan de vele soorten pisang, kelapa, mango, orange, advocado, nangka, papaya en niet te vergeten de durian. En dan vergeet ik er nog heel veel.  Dan hebben wij appels (hebben ze hier ook) peren, pruimen, kersen en dan weet ik het zo gauw niet meer. Ze hebben medelijden met ons omdat wij al ons fruit moeten importeren en gelijk hebben ze! Hier pluk je gewoon waar je zin in hebt. Enak sekali en altijd vers. Ook het eten is altijd vers. De groente wordt geplukt en heb je binnen een of twee dagen op je bord. Zo ook het vlees en vis. Niks diepvries of blikgroente. Puur natuur en super vers. De lucht begint te betrekken, dus neem ik maar snel afscheid en ga ook naar huis. Tijd voor siësta. Je komt hier zondermeer lichamelijk en geestelijk tot rust. Heb je in Nederlands weet ik hoeveel dingen om je druk over te maken. Hier is het enigste probleem, een geflipte haan, die iedere middag zo rond vier uur, op het muurtje, pakweg 1 meter van het open raam, zijn kraaien oefent. Nou ik kan je vertellen hij kan er wat van, maar dat neemt niet weg, dat hij blijft oefenen. Volgens mij wil hij echt laten horen hoe goed hij is. Het is dan ook geen mooie haan, maar zo zie je maar weer, iedereen heeft weer andere kwaliteiten ha-ha. En voor ons een perfecte wekker, een soort van middag haan zullen we maar zeggen. Terwijl de haan maar door gaat met oefenen, besluiten wij lekker aan de wandel te gaan. Voor we gaan neemt Joep de “Baygon” even in de hand. Bij de badkamer liggen iedere dag hele kleine korreltjes. Ik vermoed dat er een of ander insect in het hout van de deur zit. Dus even flink spuiten voor we gaan. Het ziet er zonnig uit, dus waarschijnlijk een mooie zonsondergang aan het strand. Ja sorry hoor, maar wij kunnen daar zo naar toe lopen. Op het strand praten we even met een Nederlander die hier aan het strand in een mooi rustiek houten huisje woont. Het nadeel is dat het naast en tegenover de ruigste discotheken van Lombok ligt, Oxygen en Marina. ’s Avonds is het dus niet al te rustig. Maar hij kan er mee leven, dus waarom niet. We genieten even van het uitzicht en lopen dan via het smalle straatje naast Graha terug naar huis. Onderweg komt er een blonde vrouw met haar zoontje achter ons op rijden. We hadden haar al eerder gezien, maar nu spreekt ze ons in het Engels aan en vraagt of wij ook in de kampung wonen. Ik herken het accent en vraag of ze uit Nederland komt. Inderdaad en dat praat meteen een stuk gemakkelijker. Het is Susanne met zoontje Sem. Zij is getrouwd met een man van hier en woont dus achter Graha. Ze gaan een kleine homestay opzetten. Klinkt goed, dus we gaan een keertje kijken. Voor mensen met een low-budget die graag in de kampung willen wonen tijdens hun verblijf in Lombok, misschien de oplossing. We hebben een leuk gesprek en Joep en ik beloven om een keertje te komen kijken. Zij belooft van haar kant om een keertje bij ons aan te komen. We lopen weer verder en komen tegen zevenen thuis aan. Ik loop naar de badkamer en zie redelijk veel mieren over de grond lopen. Maar terwijl ik op onze pot zit kijk ik wat hoger naar de deur en gil: “Joep!!” Het lijkt wel een bijennest zo vol zit de deur, maar dan met dikke vliegende mieren. Ik trek mijn benen op, gelukkig zak ik niet weg en Joep komt gewapend met de Baygon de badkamer binnen. Al met al weer een super hilarische situatie. Maar goed dat we niet altijd de camera bij de hand hebben. De vloer ligt even later bezaaid met die beesten en met de waterslang van de mandi wordt alles het putje in gespoeld. Ja, ook dit is Indonesië en als je daar niet tegen kunt, moet je maar even in Belanda blijven. We mandiën even  in de  nu weer schone badkamer en vertrekken richting Angel, op ons nieuwe paarse brommertje. Voor we gaan spuit Joep nog even voor de zekerheid. Bij Angel aangekomen, gaat Joep snel naar de supermarkt om een pakje “Country” voor Adi te halen. Beloofd is beloofd. Adi staat bij de supermarkt en wil het al aannemen. Niks ervan, zegt Joep, past vannacht om 12.00 uur heb je gewonnen. Het is wel een gezellig stel, die twee. Na een heelijk maaltje, crossen we weer naar huis. De bezinemeter blijkt niet te werken. Ik erger me eraan, maar Joep boeit het niet. Zie je wel, ook wij zijn het niet altijd eens. Net als we thuis zijn, valt de regen weer en stiekem hebben we lol dat Adi te laat is en een nat pak haalt. Ik loop voorzichtig naar de badkamer en weer ligt alles bezaait met die leuke beestjes. Gelukkig hebben we water bij de hand en is mijn man zo lief om de hele rotzooi weer door het putje te spoelen. Ik bega een doodzonde om de bezem te pakken (hier wordt ’s avonds niet geveegd!) en de resterende beestjes, die in de slaapkamer liggen, buiten te vegen. Zo, de haan is stil, de beestenboel is opgeruimd, de regen is inmiddels gestopt en bij het geluid van de krekels, genieten we van een rustige avond. 



Vrijdag 4 februari 2011 

(Marijke) Voor de meeste hier een vrije dag. Wij besluiten weer eens naar Mataram Mall te gaan. Onze muis (voor de laptop) is rusak (kapot) en we willen nog voor wat andere kleine dingetjes kijken. We gaan pas laat in de ochtend. We hebben geen haast en sowieso, voor we het dorp uit zijn moeten we links en rechts nog met iedereen praten. Een taxi is snel gevonden en binnen no-time zitten we weer in de mall. Niet verkeerd bij deze temperaturen, want het is weer bloedheet. Dus eerst een koel drankje en dan op pad. De muis is zo gevonden,  Nog een stempelkussen voor Cuk en de benodigde inkt en nog wat rondkijken, vooral mensen kijken. Dat is een hobby van ons. De eerlijkheid gebied ons ook om te zeggen dat we een super klein handdoekenrek hebben gevonden. Het bamboe was prachtig maar behoorlijk groot en zo groot is ons huis niet. Dat rek staat nu te pronken op het terras en is een prima droogrek, maar als handdoekenrek was het echt te groot. We staan nog bij de supermarkt Hero, als de telefoon gaat Op het schermpje zie ik staan “Adi” Ik neem aan en dan hoor ik een vrouwenstem in het Nederlands. Ik kan het niet goed verstaan: “Met wie?” Dan hoor ik het toch echt: “Met Loes”. Dat kan helemaal niet!! Loes is in Nederland bij Dennis en Radja, maar weer hoor ik lachend: “ja, echt met Loes”. Zit die dame bij Adi en Mariam aan de koffie. Nou zeg!!!!!!!!

We weten niet hoe snel we thuis moeten komen en ja daar staat ze voor ons, met een big smile. Zomaar even in haar eentje naar Lombok gekomen. Je zou ze toch……. Jammer, voor haar dat we niet thuis waren, want ze had net als Edgar, Nick en Elise vorig jaar, gewoon aan willen kloppen. Nu vallen ook een paar andere dingen op zijn plek. Mensen die vroegen of we bezoek hadden, mensen die sms-ten met: “hedde koffie”. Die waren volgens ons vast op de hoogte. Maar wij dus niet. Je snapt het al, dit wordt bijkletsen. Loes is zo’n beetje onze dochter. Ze heeft jaren bij ons in het standje meegeholpen en we zijn ook al eens met z’n drieën naar Bangkok geweest. En nu staat ze dan voor onze neus. Wauw en nog eens wauw. Niet te geloven. We krijgen uiteraard heel veel groetjes van iedereen uit Nederland, maar speciaal van Dennis (haar man) en Radja (haar zoontje), dat zijn mijn koffiemaatjes in Nederland. Wat ontzettend leuk wat ongelooflijk. We kunnen er niet over uit. Het is inmiddels al tegen de avond en Loes heeft haar eerste hujan al gezien en dan besluit Joep met Loes op het brommertje even wat dingen te wijzen, zoals ATM, de supermarkt en de restaurantjes en natuurlijk het uitzicht over Senggigi baai. Loes logeert nu bij Lina, low-budget en Graha was trouwens vol (Chinees nieuwjaar, het jaar van het konijn!).  Terwijl zij weg zijn, komt Maan even aan. (Niet te verwarren met onze Nederlandse vriend Maan). Helemaal vergeten. Maan zou vandaag even naar de planken aan de rand van het dak komen kijken, want die zijn behoorlijk verweerd door alle regen. Adi bekijkt met Maan de problemen en Maan zal een indicatie geven van de prijs voor nieuwe planken. Ik wil Joep even sms-en maar die heeft zijn tas thuis gelaten, dus ook zijn telefoon. Dan krijgen we weer een fikse regenbui en ik hoop dat Loes en Joep een beetje droog blijven. Na de regen vertrekt Maan en nog geen 5 minuten later komt Joep thuis. Adi praat hem even bij en we zullen morgen laten weten of we Maan de klus gunnen. Het is niet goedkoop (voor Indonesische maatstaven). Maar ja, nog een jaar wachten, maakt misschien nog grotere problemen. Inmiddels loopt het tegen achten en gaan we weer gauw naar Lina. Bij Loes gaan we even het kamertje binnen. Loes heeft een paar kadootjes voor ons. Eerst krijgen we een prachtige tekening door Radja (ik mis dat manneke) gemaakt en van Loes een zak drop. Lekker dat is lang geleden!! Dan krijgen we een ander kado. Daar hou ik het niet meer droog! Loes heeft Paco ( onze zoon) gebeld en gezegd dat ze naar ons toe gaat. Dus Chico en Cindy ( zoon en schoondochter) hebben gezorgd voor een grote A4 foto van Robin en eentje van Robin en Lara, onze twee kleinkinderen samen. Een grote tekening van Lara en van Paco krijgen we de presentatie CD van zijn band, met een briefje dat het niet onze muziek is, maar dat hij er trots op is. Nou zoon, ik ben er ook trots op hoor. En morgen raken de kippen hier van de leg, de haan stopt waarschijnlijk spontaan met kraaien maar ik ga je muziek luisteren. GEWELDIG. Wat een kadoos, we zijn effe weer helemaal thuis. Dit gevoel noemen ze dus heimwee. Moeilijk,  maar oh zo mooi om zoiets te krijgen. Ik laat de spullen toch vanavond maar even bij Loes op het kamertje liggen, omdat het zachtjes regent en ik de spullen zeker droog thuis wil krijgen. We lopen met z’n drietjes naar Bumbu voor Loes haar eerste Indonesische hapje. Gisteren had ze op Bali nog voor een tomatensoepje gekozen. Vanaf nu dan bijna het echte werk. Het echt werk vindt je eigenlijk alleen maar in de warung, dus dat komt later nog. Even rustig en niet te pedis beginnen. En weer proberen Joep en ik 2 maanden in een uur te vertellen. Terwijl Loes al alles weet, want uiteraard had ze deze keer wel alle verslagen gelezen. Ze krijgt nauwelijks de kans om Dennis terug te sms–en. Maar ja, het is ook zo leuk. We zien Mindie en Debby Schreurs bij de buurtjes naar binnen gaan. Ze komen ons even begroeten, maar hebben gasten bij zich en gaan daar weer bij zitten uiteraard. Tegen het einde van de avond zien we Mohni nog even. Hij heeft ook weinig tijd. Hij heeft problemen met zijn compressor en dat kan hij nu dus even niet gebruiken. Ja, dat moet opgelost worden, want de zaak moet wel door blijven draaien. Tegen elf uur brengen we Loes netjes naar huis. Ze kijkt nog even rond en zegt: “Dus dit is het nachtleven in Senggigi. Ja, het is geen Kuta en het is behoorlijk stil op straat. Och, Lina ligt recht tegenover discotheek Marina en rechts van discotheek Oxygen, dus met een beetje geluk krijgt ze nog genoeg van de herrie mee. Ik wil nu snel naar huis, want om 11.00 uur ga ik met mijn vriendin op de chat. Dit wekelijks chatmoment, wil ik even niet missen. Dan uiteraad ons verslag afmaken en oversturen. Want zeker na deze verrassing willen veel mensen thuis weten hoe dat gegaan is. …………..en iedereen heeft zijn mond gehouden. Klasse hoor!!! O ja en Adi is nog steeds erg gezond en heeft van Joep voor zijn "gezondheid" een pakje "Country" sigaretten gekregen. 



 

Vrijdag 28 januari 2011

Zaterdag 22 januari 2011
(Marijke) Het is prachtig weer, met een strak blauwe lucht. Wij gaan in de loop van de ochtend richting strand. Nee, niet zwemmen, maar Adam zoeken. We hebben misschien een opdracht voor hem om pennen te maken. Hij zit met zijn vrouwtje en broer bij hun toko op het strand. Ze zitten net lekker te eten en we laten ze dan ook even met rust. Daarna komt Adam bij ons zitten en maakt zijn vrouw een lekker bakkie thee. We bespreken met Adam de bestelling die we via mail binnen gekregen hebben en hij zal een voorbeeld gaan maken. Het valt me op dat er net een soort van boekenman langs kwam en nu zitten er links en rechts mensen te lezen. Hoe bestaat het. Adam laat ons een van de boekjes zien en het lijkt verdacht veel op het eerste boekje van gisteren, dat we bij Budi te zien kregen. Jawel hoor, een gedeelte uit de koran verder uitgewerkt. Dus dit is wat men hier wel leest en ook aandachtig aan de mensen te zien. Het blijkt dat er vier schrijvers zijn van dit soort boeken. Ieder heeft net weer een andere richting in het verhaal en Adam zegt dat hij zich door de schrijver van het boekje dat hij vast heeft, het meeste aangesproken voelt. Dat levert tussen Joep en Adam een discussie op over de Islam en hoe verschillend die beleefd wordt in vele delen van de wereld. Men houdt in Lombok van de gematigde vorm. Niets extreem, maar een goede basis om te proberen een goed mens te zijn. Prima, we vinden het interessant om te horen en de mensen hier hebben de religie echt nodig om zich aan vast te houden. Je begrijpt het ook beter als je beseft dat de mensen hier verder ook nooit geen vastigheid of zekerheid hebben. Neem nu de winkel van de familie. Die staat hier al jaren en zorgt als hoofdzaak voor hun levensonderhoud. Nu heeft de regering (de tak die op het eiland zit vooral) besloten dat al die 30 winkeltjes weg moeten. Er voor in plaats zijn er dus 15 hokjes van 2 bij 2 gebouwd, veel kleiner, veel duurder en daar moeten ze naar toe. Wie wel of niet een hokje krijgt, zal afhangen van wat ze extra betalen en wie ze kennen. De rest is gewoon hun levensonderhoud kwijt. En waarom? Omdat de regering een joggingpad aangelegd heeft op het strand, waar 5 joggers per week overheen rennen. De architect van dit alles is een oom van Adam en is vorige week komen kijken. Adam hoorde hem mopperen: “Hoe kan dat nu, alles is veel kleiner als op de tekening en het grote gebouw aan het strand” (wat een soort wachtkamer moet worden voor mensen die met de boot mee willen) “is heel slecht gebouwd. Een storm en alles is weer weg”. Je begrijpt het al, wie hier beter van wordt. De regering bedenkt dit verhaal en geeft de opdracht aan diegene, die hen het meeste in de zak laat steken. De mensen op het strand zijn de dupe, maar daar heeft niemand een boodschap aan. Dan begrijp je ook een beetje de gelatenheid van de mensen. Morgen kan weer alles anders zijn. Ze zijn afhankelijk van de grillen van de rijken. Voor ons een goede les om iets meer van dit leven te begrijpen.. We zitten nog de nodige uurtjes met Adam en zijn familie te kletsen. In de wind, in de schaduw is het allemaal wel vol te houden. Maar de zon brandt genadeloos en we gaan toch maar richting huis. Nog even gauw wat boodschappen en dan pulang. Thuis aangekomen even tidur en opfrissen. Tegen vier uur komt Iba voor de extra massage van deze week. Joep gaat eerst, want ik had met Daan afgesproken dat ze vandaag met een groepje van school, bij ons Engels komt oefenen. Ik zit rustig op het terras met een boek, als tegen vijven Daan aankomt wandelen. Sorry, sorry, sorry maar haar vrienden hebben verstek laten gaan. Ik vind het prima. Je went aan deze dingen hier en we spreken af dat Daan wel laat weten of ze nog eens willen komen. Joep is inmiddels klaar en ik ben aan de beurt. Iba weet dat ik last heb van mijn buik en neemt daarom mijn knieholtes en de onderkant van mijn voeten goed onderhanden. Ik verbijt de pijn. Dit is niet leuk meer, maar ze weet wat ze doet en het helpt geweldig. Na een uurtje voel ik me prima, alleen is het onder mijn voeten wel erg gevoelig. Och ja, je kunt niet alles hebben ha-ha. We besluiten vanavond lekker thuis te blijven, aangezien we allebei wat soezerig zijn van de massage. De pop-mie smaakt prima, dus geen probleem. Joep vraag aan Mariam of ze vanavond nog wil kaarten. Een big smile is het antwoord. Even na negenen horen we Mariam roepen. “Joep kartu” en gaan we naar de beruga. Na de nodige hilarische uurtjes kaarten zegt Adi aan het einde van de avond: “Now I really gone mandie”. Joep zegt nl. dagelijks aan het einde van de avond: “Now mandie and then sleep”. Adi kan nooit begrijpen dat wij ’s avonds laat mandiën lekker vinden, maar met die hitte is dat heerlijk. Hij heeft het echter nu zo warm dat hij ook wil. Joep zegt: O, you want really to mandie, I will help you”. Hij pakt een emmer water en gaat achter Adi aan. Die rent achter het huis om, maar wordt aan de voorkant door Joep opgewacht. Eerst schrikt Joep zich rot, als Adi de hoek om schreeuwt, maar hij herstelt zich supersnel en dan krijgt Adi de volle laag. Mariam en ik komen niet meer bij van het lachen. Nu heb ik weer buikpijn en lopen de tranen over mijn wangen. Ja, Joep en Adi een paar apart.

Zondag 23 januari 2011
In alle vroegte op pad met Adi en Mariam. We gaan het kleine project van Isak en Ayu bezoeken. Isak belt nog even om te zeggen dat Ayu ons thuis opwacht. Maar als we bij hun huisje aankomen is iedereen al weg. Ja, eerlijk gezegd is het ook net na negen uur. Geen nood we rijden met Adi en Mariam naar het grote project, de gehandicaptenschool, in de hoop daar iemand te vinden. Maar nee, de poort is op slot. Joep en ik denken te weten waar we moeten zijn en we rijden weer terug. Maar we vinden de weg naar het schooltje niet. We bellen Isak en hij komt ons ophalen. Via een totaal andere weg rijden we nu op de motortjes naar het schooltje. Hier zou een off-the-road motor beter gepast hebben. Kilometers gaan we over zandpaadjes, omhoog en omlaag, zoekend naar een berijdbaar stukje. Op een gegeven moment moeten we zelfs een stromende rivier over steken. Ja, op de motor. Joep en ik kijken lachend om naar Adi. Hij is zo ontzettend zuinig op zijn nieuwe motor en moet nu door het water rijden. Zijn gezicht spreekt boekdelen en hij laat zelfs Mariam afstappen. Die moet iets verder, via wat stapstenen oversteken. Maar we komen uiteindelijk bij het gebouwtje aan. Dit zegt iets over hoe afgelegen het ligt. Echt helemaal in de heuvels en ver van de bewoonde wereld. Toch liggen hier 4 hele klein kampungs, waarvan de meisjes niet naar school gaan. De jongens lopen iedere dag de verre afstand naar school, maar de meisjes blijven thuis om te werken. Het gebouw bestaan uit een groot lokaal. Het heeft een super hoog plafond en is daardoor heerlijk koel. Als we aankomen, zit aan de rechterkant in de ruimte een groepje kleuters en hun moeders, die door Ayu het ABC voorgeschoteld krijgen. De moeders leren stiekem mee. Aan de linkerkant zit een groep jongens en meisjes van ongeveer 8 tot 15 jaar, waarmee Arip (hij zit ook met Isak en Ayu in het gehandicaptenproject) de Engelse taal oefent. Wat zijn dit gemotiveerde mensen. Vijf dagen in de week proberen ze het gehandicaptenproject van de grond te krijgen en 2 avonden en zondagmorgen geven ze hier les. Ze beginnen om 9.00 uur ’s morgens, zodat de kinderen thuis hun taken al hebben kunnen doen. Op een leuke en speelse manier wordt de kinderen hier iets bijgebracht. Een genot om te zien. Het gebouw is nog niet helemaal klaar. Het moet nog geverfd worden en er moet onder de dakpannen nog een plafond komen, maar Isak en Ayu hebben geen budget, behalve wat ze zelf aan kleingeld sparen en heel soms een bijdrage van anderen. Dus hebben ze besloten gewoon met de lessen te beginnen. De kinderen zijn belangrijker dan een mooi gebouw. Terwijl het andere gigantische project van de gehandicapten kinderen maar niet op kan starten. Het gebouw is helemaal klaar. Prachtig geschilderd, maar zonder inrichting. Men wacht nog steeds op de bijdrage (die er als is) vanuit Nederland. Jammer. Het kleine gebouwtje wordt ook gebruikt om de meisjes en vrouwen uit het dorp naailes te geven. Er staan twee Singer trapmachines in een hoekje. Het gebouw wordt zelfs op vrijdag gebruikt als moskee. Het gevolg is dat de mensen er zuinig op zijn en het gebouw goed schoon houden. De lessen zijn speels en er wordt regelmatig gelachen. Kleine Natalie en het zoontje van Arip rennen er tussendoor. Als de lessen afgelopen zijn, zien we buiten twee meisjes ijverig dooroefenen op de Engelse les. De meisjes hier zijn super fanatiek. Ze hebben een achterstand op de jongens en dat willen ze kost wat kost inhalen en zelfs voorbij streven. Wij drinken nog lekker wat kokosmelk en praten nog wat na. Tegen de middag wordt het bloedheet en gaan we op de terugweg. Nu rijden we achter Arip aan. Hij neemt weer een andere route, net zo spectaculair, alleen (en dat vind Joep jammer) niet meer door de rivier. Als we weer op de verharde weg terug zijn, nemen we afscheid van Arip en rijden naar huis. Ik heb inmiddels hoge nood, maar Adi besluit om door te rijden richting Malimbu. Een heel stuk verder richting Bangsal. Mariam is hier nog nooit geweest. Wij moeten echter tanken en ik moet zonodig, dus wij gaan naar huis. Daar gaat snel de fan aan en vullen we ons vocht bij. Ik ga even snel bijwassen en dan lekker even plat. Tegen vieren wordt het tijd voor Pos Ronda. Inmiddels heeft de hete zon plaats gemaakt voor een grijze lucht, dus de paraplu gaan mee. We zitten een tijdje op de Pos Ronda te praten met Jee (hij woont op een kamertje bij Boung) als er vier jongens op 2 motortjes stoppen. De jongens beginnen een heel gesprek met Jee. Maar waar het eigenlijk op neer komt is dat ze hem toestemming vragen om mij wat vragen te stellen in het Engels. Aangezien Jee tussen Joep en  mij inzit, denken ze dat hij bij mij hoort schijnbaar. Jee, begint te lachen en zegt, dat ik ook een aardig woordje Indonesisch spreek en best wel mee wil werken. Dan komen de jongens breed lachend op me af. Eentje gaat bijna bij me op schoot zitten voor de groepsfoto. Daarna komt er een schriftje te voorschijn. Vraag 1: Were have you been? Ik vraag “When?” Geen antwoord terug, mijn vraag is te moeilijk. Vraag 2: How are you? Lastig hoor. Antwoord: “Well”. Nog zo’n vraag: Do you like gili Trawangan? Hoezo, is dit promotie voor het eiland Trawangan? Maar ik beantwoord de vragen, vul mijn naam in en de jongens vertrekken, dolgelukkig, breed lachend. We zitten weer rustig te kijken als groep 2 arriveert. 2 meisjes en een jongen van de universiteit in Mataram. Weer wordt Jee toestemming gevraagd om mij vragen te stellen. Dan horen ze dat Joep ook turis is en gaat een van de meisjes Joep een interview afnemen.. Dit gaat professioneel, want de jongen mag met een mobieltje alles filmen. Met de herrie van alle auto’s en de motors op de achtergrond, moet het dus weer een keertje overgedaan worden. De vragen worden ter plekke verzonnen, maar weer hoor ik “What you think about gili Trawangan”. Het lijkt wel of de vragen standaard voor alle studenten zijn. Maar allebei hebben we het gevoel dat de leraren Engels aan de universiteit, zelf nog de nodige lessen kunnen gebruiken. Het niveau van hun Engels is bedroevend. Als dan ook de vraag komt of er verschil is tussen de universiteit in Indonesië en de universiteit in Nederland, kan ik dat grote verschil niet uitleggen. Het is absoluut niet vergelijkbaar. Na de nodige foto’s vertrekken ook zij weer. Lachend vragen we aan Jee, wanneer de volgende groep komt. Maar we mogen nog een half uurtje van betrekkelijke rust genieten en gaan dan terug naar huis. We kijken nog even naar het voetballen van de kids, praten nog even met Cuk en dan pulang. Na even met Nick en Elise gechat te hebben, gaan we nog even een hapje eten bij café Kayu Manis. Terwijl we daar zitten, valt het er met bakken uit. Eindelijk zakt de drukkende warmte een beetje weg. We wachten tot het ergste voorbij is en door de grimis (motregen) rijden we naar huis.

Maandag 24 januari 2011
(Joep) De lucht ziet er bewolkt uit als we opstaan maar tegen half negen gokken we het erop en gaan een ontbijtje nuttigen bij Graha. De zee is een stuk kalmer als de vorige week en het waait ook niet meer zo hard. Zoals gewoonlijk is er weer een ontbijtbuffet omdat er meer als 15 gasten zijn en we treffen een verkoper die ons kent naar aanleiding van het verhaal van zijn zoon. Toen we op een dag  Isak en Ayu’s project bezochten van de gehandicaptenschool was er iemand bezig om een parcours uit te zetten voor de gehandicapten om te leren lopen en hoe om te gaan met een rolstoel bij slechte wegen (die je hier overal hebt). Ik had er een foto van gemaakt en hij had thuis tegen zijn vader verteld dat een rastavrouw met een halve indo het project hadden bezocht. Zijn moeder werkt er als schoonmaakster. Nu zag hij ons zitten en volgens hem klopten wij aan deze beschrijving. Wonder boven wonder blijkt hij een aardig woordje Nederlands te spreken wat hij geleerd heeft uit een boekje. We hebben een heel leuk gesprek met hem en na een klein uurtje nemen we afscheid van hem terwijl zijn verkoopwaren nog steeds in zijn tas zitten, erger nog, we weten niet eens wat hij verkoopt.
Zo’n gesprekken hebben we hier heel veel, verkopers die alleen maar gebrand zijn op een praatje en als je dan ook nog een paar woordjes Sasak, de locale taal, erin gooit heb je vrienden voor het leven. We steken de weg over en de vriendelijke recepcioniste (Ani) heet ons van harte welkom. Het water is heerlijk en als we tegen tweeën de donder aan horen komen pakken we onze biezen en gaan vlug naar huis. Als ik een voet op ons terras zet valt de regen er met bakken uit. Precies goed getimed. Dan maar weer een boek en al lezend loopt het tegen vijven als we richting hoofdweg gaan. Bij de Pos Ronda staat al een aardige menigte en gezellig gaan we er tussen staan om de bruiloftsstoet gade te slaan. Een meisje wat achter ons woont gaat vandaag in het huwelijk. Zo’n feest duurt enkele dagen, eerst word het huis van de jongen bezocht en een dag later dat van het meisje. De mannen van ons dorpje zijn gisterenavond al langs de bruid gegaan, hebben daar op zijn Moslims gebeden en de vrouwen zijn vanmorgen bij de bruid langs geweest. De buurt is al 2 dagen bezig geweest met eten voorbereiden. Boung wilde ons op sleeptouw meenemen maar je moet toch echt uitgenodigd worden en wij zijn dus niet langsgegaan. Eindelijk komt de stoet eraan gevolgd door maar liefst 2 orkesten met hun gevolg. Zoals ik al eerder vertelde mogen deze muzikanten niet het dorpje in en het blijkt dat er onderweg bij het opstellen al een vechtpartij is geweest onder de schare fans van deze muzikanten. Net hooligans en wat ze eraan hebben weet ik niet. Op het veld waar vroeger Pondok Senggigi heeft gestaan kuren beide muziekgroepen zich nog een kwartiertje uit terwijl de bruiloftsgasten al lang in de kampung zijn. Als wij na 10 minuten terugkeren naar ons dorpje verlaten de eerste gasten al de kampung. Ze lopen mee tot het huis van de bruid, maken kennis met de familie en gaan dan weer huiswaarts. Het eten is ja vanmorgen al geweest. De bruid vertrekt met de bruidegom naar hun huis elders dus die zien we ook al niet meer. Inmiddels is het weer een uur of zeven en rijden we naar Café Kaju Manis voor een hapje. Een “snapper” op een bedje van aardappelpuree is niet mis en het smaakt overheerlijk. Door de inmiddels weer vallende regen rijden we terug naar huis en praten we nog een uurtje met Adi over zijn belevenissen van vandaag. Er was weer een cruiseschip in de haven van Lembar en op zijn motortje was hij er naar toe gereden in de hoop om iets te verdienen. Jammer genoeg was het een hele lading Duitsers die over het algemeen niets kopen en het aantal verkopers was tegen de tweehonderd, ja, wat wil met zo’n combinatie. En weer is er een dag voorbij.

Dinsdag 25 januari 2011
(Joep) We ontbijten, ruimen wat op, doen een klein wasje en voor we het weten is het alweer middag. Als ik wat administratie doe van het project staat Adam voor de deur met 2 “samples”  van pennen. We hadden hem bezocht en nu komt hij langs om het resultaat te laten zien. En eerlijk gezegd ziet het er keurig uit. Ik maak er meteen enkele foto’s van en stuur ze via mail en  tot Adams verwondering meteen naar de opdrachtgever om te kijken wat die ervan vind. Hij vind het geweldig dat in 10 minuten tijd iemand aan de andere kant van de wereld zijn werk meteen kan zien. Alleen vertel ik dat we nog op een antwoord moeten wachten en aangezien het op dat moment in Nederland 5 uur in de morgen is kan het nog wel enkele uren duren, vooropgezet dat er vandaag gekeken word op de mail. We praten nog wat bij, hij doet nog wat ideeën op voor zijn huisje in aanbouw en dan verlaat hij ons om het motortje terug te brengen wat hij van zijn vriend had geleend. Wij pakken de benenwagen en lopen naar Pasar Sini , drinken en eten daar een hapje bij “Coco-Loco “ en lopen via het strand terug naar huis. Wat schetst onze verbazing, er ligt een stevig bruggetje over het riviertje wat uitkomt in de zee en we hoeven niet door het water te lopen. Dit is het laatste stuk van het “joggingpad “. Als we langs het stalletje van Adam lopen kijkt hij ons verbaasd aan en je ziet aan zijn ogen de vraag of we al iets gehoord hebben maar dat kan niet want toen we vertrokken van huis lag heel Nederland op een oor. Op de punt bij het Senggigi Beach hotel slaan we de surfers en de vissers gade met een blik gericht op het dal waar wij wonen. Wat hebben wij het hier toch moeilijk, elke dag beslissen waar we gaan eten, wat we zullen nemen, zullen we vandaag dit doen of dat? Elke dag andere belevenissen en dan te bedenken dat jullie thuis daar geen last van hebben. Elke dag dezelfde tijd opstaan om weer naar het werk te gaan (of je moet in ploegendienst werken dan heb je nog wat afwisseling) files omzeilen, om een uur of twaalf pauze. En tegen vijven weer naar moeder de vrouw waar bij sommigen het eten al bijna op tafel staat. Dan tijd voor wat sport, hobby, bezoekje of tv en dan is het weer avond. Wij hebben het dus veel moeilijker met al die beslissingen nemen. Als we de donkere wolken zien samenpakken boven ons dal lopen we naar huis maar onderweg worden we weer opgehouden voor een praatje. Tegen zessen komen we dan eindelijk thuis na een tocht van dik 4 uur. Iedereen verklaart ons voor gek omdat we de motor hebben thuisgelaten maar moe en voldaan pakken wij een mandie/douche. Als we daarna de mailbox openen zien we dat we Adam kunnen verblijden met zijn opdracht en we zullen hem het goede nieuws morgen meteen overbrengen. Veel zin om weer die moeilijke beslissing te nemen kiezen we vandaag voor een bunkus oftewel afhaalmaaltijd en lezen weer een stuk in de avond. Ja, dat heb je met spannende boeken en we kunnen op deze manier onze kaakspieren wat ontspannen van het ge- omong omong van vandaag.

Woensdag 26 januari 2011
( Marijke) Hari Rabu , dus staat om negen uur Iba voor de deur. Tot half twaalf zijn we onder de pannen en wordt er goed voor ons gezorgd. Nadat we de olie van ons af hebben gespoeld, gaan we richting Senggigi Beach om Adam het goede nieuws te gaan brengen. I.p.v. 100 pennen, mag hij er 200 maken. Dat wordt minstens het begin voor de keuken van zijn huisje. Adam ligt ergens te slapen, maar wordt meteen gehaald als we aankomen. We kijken allebei een beetje bedrukt en Joep zegt serieus tegen hem: “Sorry Adam, ze willen er geen 100”. Hij lacht een beetje voorzichtig en weet niks te zeggen. Dan haalt Joep hem snel uit zijn teleurstelling: “Het worden er 200”. Dat blije koppie van Adam is geweldig. Wat is hij blij. Nu kan hij weer wat geld verdienen. Hij heeft geen brommer, geen mobieltje en iedere cent die hij en zijn vrouwtje verdienen, gaat naar hun huisje. We zitten op een bankje onder de bomen, in de wind te kletsen met Adam en zijn broer. Adam vertelt, dat hij via via de naam van de assistent van de kepala Lombok Barat (hoofd van West-Lombok) had gekregen. Hij was naar zijn huis gegaan in Mataram om een gesprek aan te vragen. Ze willen toch graag weten wat de toekomst gaat worden. Hun winkeltje op het strand moet weg en hij wil weten of ze een van de nieuw gebouwde hokjes (2 bij 2 meer is het niet) kunnen huren. De man ontvangt hem in zijn huis. En Adam vraagt wie er recht heeft op de huisjes. Hoezo, vraagt de man. Nou er zijn 32 verkoop standjes en maar 15 huisjes. De man schrikt zichtbaar en vertelt Adam, dat ze hem doorgegeven hadden dat er 17 verkoopstandjes waren. Ook vraagt Adam waarom de huur 2 miljoen per jaar bedraagt. De man kijkt hem verbaasd aan en vertelt dat de huisjes gratis aangeboden worden door de regering. Wie gaat dan die 2 miljoen per jaar opstrijken?? En dat maal 15, is toch weer een leuke spaarpot. Adam zit wel 3 uur met die man te praten en gaat opgewekt naar huis met veel vertrouwen. Zeker als de man de dag erna zelf komt kijken en dan de verkoopstalletjes begint te tellen. Had hij misschien eerder moeten doen. Maar waarschijnlijk zit er iemand achter die probeert flink geld te verdienen over de rug van de hardwerkende mensen. Soms denk je: “Hoe kunnen ze!!!” Maar het past ook zo bij dit land. Na een paar uur komt Adams lieve vrouwtje er ook bij zitten en hoort ze het goede nieuws. Wat is ze blij. Heerlijk om de gezichten van die twee te zien. O ja, Adam wil ons ook nog provisie geven, maar dat weigeren we pertinent. Het is heel normaal hier in Indonesië, maar dan ben ik toch liever orang Belanda. Ze hebben het zelf zo hard nodig! Het is al na vieren als we eindelijk na wat boodschappen huiswaarts keren. We nemen even een pauze, voordat we weer een rumah makan (restaurantje) voor vanavond gaan zoeken. Het wordt weer Bumbu II, waar we door Teresa hartelijk begroet worden. Ik krijg meteen een servetje met een adres in mijn handen geduwd. Ze is een maand geleden naar haar nieuwe huis in Ampanan verhuisd en wil dat graag aan ons laten zien. Ja hoor, maar even geduld. De supersalade van Bumbu is vandaag zonder olijven en kaas en badend in de dressing. Dus die valt vies tegen. Het kopje koffie daarna is zo sterk dat de lepel bijna rechtop erin blijft staan. Ja, soms valt het eten en drinken vies tegen. Aan een andere tafel zit een grote groep Russen. Er moet wodka gehaald worden. Dus crost een van de obertjes naar Marina. 2 verschillende flessen worden gehaald. Eentje is goed, de andere wordt afgekeurd. Hup, terug op het motortje weer naar Marina, waar de fles omgeruild wordt voor nog een van het juiste merk. Aan een ander tafeltje moet een emmertje met ijs komen. Hup, weer op het motortje en ijs en emmer halen. We vinden het schitterend om dit allemaal af te kijken. De Russen hebben hun kelen inmiddels met wodka gesmeerd en dat is te horen. Dus tijd om te vertrekken. We komen precies tegelijk met Adi thuis. Die hebben we al 2 dagen niet gezien. Dus met z’n viertjes kletsen we op de beruga, ditmaal onder het genot van een echt kopje kopi tubruk, lekker even bij.

Donderdag 27 januari 2011

(Marijke) Weer staan we vroeg naast ons bed. Vandaag gaan we de school van Maskur bezoeken. Hij zit op de universiteit via ons project, maar geeft ’s morgens dansles op een speciale school, ergens in Gunung Sari. Maar als Joep de waterkoker aanzet voor ons bakkie leut, valt de stroom uit. De kabel vertoonde al een breuk en nu dus echt. Joep gaat even naar Mariam en daar is nog gewoon stroom. Terwijl Mariam wat water opzet, kijkt Joep even in de  stroomkast. Ja er was gewoon een zekering uitgesprongen. De schade is snel hersteld. En we gebruiken het reservekabeltje dat Nick en Elise, toen ze in ons huisje zaten, gekocht hadden. We eten dus rustig ons ontbijtje en om negen uur staan we bij Boung voor de deur. Sareah zou ook meegaan, maar die heeft het te druk. Oke, dan maar met zijn drieën. We rijden rustig richting Gunung Sari. Daar bij de pasar aangekomen gaan we rechts af. Nog een heel eind doorrijden en dan weer links. Oke, dit stuk kennen we nog van andere keren, maar dan gaan we ergens weer links en de weg is verdwenen. O ja, brokken asfalt liggen er nog tussen, stenen, modder enz. enz. We hobbelen en knotsen zo nog vijf kilometer door. Ik heb het gevoel dat we naar het einde van de wereld rijden. Maar als ik bijna de moed opgegeven heb, stoppen we in the middle of nowhere, waar inderdaad een school is. Ze staan ons al op te wachten en volgens mij staan ze al vanaf negen uur klaar. Het is inmiddels kwart voor 10. Een groep jongens komt ons al dansend ophalen, samen met de directeur en Maskur. Joep en Boung krijgen een handje van de directeur, maar ik niet. Ja, je bent maar een vrouw he. Tussen de dansende jongens door worden we naar een verhoging geleid, waar een tafel klaar staat met een grote schaal fruit, kokosnoten met een rietje er in en tuak (nog niet gegiste palmwijn, dus zonder alcohol). We moeten gaan zitten en dan doen de meisjes een dans. Wauw, we hadden geen idee, dat dit zo’n officiële ontvangst zou worden. Links van ons staat een groepje kleine kinderen met allemaal een blaadje in de handen. Ik zal er eentje beschrijven: “Welcome mr. Yup dan mrs. Maice at our school Ponpes Nurul Majahidin NW Penimung Gunung Sari Lobar” En dan zo’n lief klein koppie erboven. Een jongetje houdt de tekst heel keurig op z’n kop. Ik smelt en dat niet alleen van de hitte. Na de dans van de meisjes, krijgen we een rondleiding. Het blijkt dus dat deze school ook weer een Ya-ya san is. Een stichting. Dat verklaart de officiële ontvangst. Men hoopt op een bijdrage. Maar we kijken eerst maar eens rond. Het is een moslimschool, dus er is ook een kleine moskee bijgebouwd.  We lopen een stukje door een halve jungle en komen bij wat huisjes. Hier is ook een huis/ruimte gebouwd en daar slapen de jongens met 40 kinderen in een ruimte, zonder matrasjes maar op matjes op het beton. De kinderen van de junior highschool en ouder moeten zelf hun potje koken in een superkleine keuken. Water moeten ze ver halen, want er is geen put in de buurt. Ook de meisjes hebben zo’n soortgelijke ruimte. Maar er zitten veel weeskinderen tussen en de allerkleinste worden door familie’s opgevangen die daar in de buurt wonen, tegen vergoeding van electriciteit en water. Maar ook de kinderen uit de buurt kunnen naar deze school, dus iedereen is er gelukkig mee. De kinderen krijgen verder alles gratis, dus voor hen is het een geweldig kans om een gedegen opleiding te krijgen. We zijn behoorlijk onder de indruk, vooral omdat het leven voor deze kinderen zo ontzettend simpel en arm is. Toch maken ze allemaal een vrolijke en trotse indruk. Ja, ze zijn duidelijk trots op hun school. Als we terug komen krijgen we nog een dansje van de dames, maar ik ben dat officiële gedoe meer dan zat en ga dus met de meiden meedansen. He, he eindelijk wordt er gelachen en hoe. Die orang Belanda kan er niks van en hopt maar wat rond, maar het officiële is er nu tenminste af. Daarna krijgt Maskur het op zijn  heupen en zet Indiaase muziek aan. Wat we dan zien, kan ik in geen woorden beschrijven. Met twee sjaals danst hij over de speelplaats, valt sierlijk neer, staat weer op, rent een trap op, springt er af en ik zie constant die twee grote gaten in zijn sokken. Hij is een geweldige dame, zo gracieus als het maar kan, maar dit is zo extreem dat we bijna in lachen uit barsten en dat kan natuurlijk niet. Maskur is duidelijk homofiel, maar is getrouwd en binnenkort krijgt zijn vrouwtje bij ons in de kampung hun 2de kindje. Iedereen weet hoe Maskur is, maar er wordt in bedekte termen en lachend over gepraat, want hier bestaat dat niet. Ook goed, wij vinden het prima. Zijn show is zo extreem en lollig dat Joep vergeet te filmen en ik met open mond toekijk. Hierna krijgen we nog een uitnodiging voor de lunch, maar we vinden het wel genoeg zo. We hebben nog steeds een mooi bedrag, wat ooit door de school De Keg uit Venray, ingezameld is om  hier andere scholen mee te helpen. Wij proberen die scholen te vinden. Nou dit is een goed voorbeeld ervan en we kunnen dus namens de Keg een donatie doen. Eind goed, al goed. Wij hobbelen, butsen, schuiven weer de kilometers terug naar de “redelijk normale” weg en gaan op huis aan. Plotseling komt er een prachtige motor naast ons rijden. Isak zit er op met een big smile. Kom even mee koffie drinken. Boung vindt het prima en dus rijden we achter Isak aan naar hun huisje. Na een uurtje bijkletsen gaan we nu echt naar huis. We zijn echt bekaf van de hitte en de hobbel tocht. Thuis aangekomen, zien we dat Maskur inmiddels ook al thuis is en hij gaat snel de naam van de school voor ons opschrijven. Dat hadden we nl. gevraagd voor onze rapportage naar De Keg toe. Daarna eindelijk rust en na een heerlijke koude mandi, nemen we dus onze zo broodnodige rust. De hitte zorgt ervoor dat iedereen hier ’s middags zijn dutje doet. Een heerlijke gewoonte.  Tegen vier uur gaan we naar de beruga van Boung. We willen hem en Sareah even de foto’s laten zien en bijkletsen over de mooie ochtend. Het is weer gezellig druk op de beruga en ik versta Sareah wonderlijk wel als ze een vrouwtje verteld wie we zijn en waar we wonen. Het leukste is dat dit verhaal in het Sasak gaat, dus er is nog hoop dat ik ze ooit echt ga verstaan. Algauw zijn er weer een paar genoeglijke uurtjes voorbij. Tijd is een super rekbaar begrip geworden sinds we hier wonen. We gaan toch maar even voor een hapje eten. Het wordt Coco Loco. Een restaurant aan het strand bij Pasar Sini. We zijn de enigste gasten, jammer genoeg. Maar de kok verstaat zijn vak. Terwijl we op het eten wachten, komt de ober met twee jongens aanzetten. Ze vragen ons uiterst beleefd of ze een interview met ons mogen houden. Wij krijgen het sterke vermoeden dat er deze week veel opdrachten op scholen gegeven zijn voor interviews, want zij zijn nummer 3 in een week tijd. Ze beginnen dol enthousiast, maar als het eten komt, trekken ze zich terug, om na het eten weer terug te komen. Het hele interview wordt op een mobieltje opgenomen. Ja, dan is zo’n ding wel nuttig. Alleen gaat het mis. Geen probleem, doen we het gewoon over. Daarna blijkt er weer niks op te staan en de jongen die het gesprek gevoerd heeft, legt zijn hoofd op zijn armen. Het lijkt wel of  hij in tranen uitbarst. Maar we blijven lachen, och tidak apa apa en poging 3 lukt wel. De andere jongen had ook nog zo graag een interview gehouden, maar het mobieltje is vol. We nodigen ze uit om zaterdagmorgen, zo rond 11.00 uur even aan te komen en het verhaal af te maken. Deze jongens komen duidelijk niet uit Senggigi, want daar heb je al echte binken, die proberen zich ruig voor te doen. Als ze afscheid nemen, pakken ze onze rechterhand en drukken hun voorhoofd er tegen aan. De meest beleefde moslimgroet voor ouderen. Het voelt heel respectvol. Terima kasih jongens. Wij gaan snel naar huis, want we hadden beloofd om negen uur thuis te zijn voor main kartu. Maar och, een half uur later maakt voor Mariam en Adi ook niks uit. We houden het met veel plezier vol tot een uur, maar we gaan morgenvroeg met z’n viertjes op pad, dus snel naar bed.



Vrijdag 28 januari 2011

(Marijke) Geen koffie deze ochtend. De waterkoker krijgen we dus echt niet meer aan de praat. Och dan maar zo op pad. Om half negen vertrekken we om samen met Adi en Mariam toeristje te spelen. Mariam is nl. nog nooit in Bangsal of op de Pusuk Pas geweest. Voor Adi is het ook jaren geleden. Met een lach, zegt Joep dus dat hij voorop zal rijden als gids. Ook nu nemen we kampung Senggig met de nieuwe prachtige weg langs de rivier op in de route. Het leuke is dat Adi deze weg ook nog helemaal niet kent. Ja, zegt Joep daarna, en bij Holiday Resort werkt onze gezamenlijk vriend Ketut en die gaan we dus ook hallo zeggen. Ja, maar dan moet hij er wel zijn, denk ik. Bij Holiday Resort komt Ketut dus net aanlopen en hij begrijpt maar niet waarom wij zo moeten lachen. En Joep meteen weer bluffen, zie je nou hoe goed ik ben als gids. Verder gaat het langs de prachtige kust naar de haven en door naar Bangsal. Daar genieten we lekker van een laat ontbijt. Adi en Mariam laten zich de nasi goreng goed smaken, maar wij gaan toch maar weer aan de roti dan telur (toast met een eitje). Erg ruim zitten we niet in de tijd, want het is vrijdag. Het voordeel: de weg is heel rustig, het nadeel: Adi moet om 12.15 uur terug zijn voor het vrijdagmiddag gebed in de moskee. Geen nood,, we halen het wel. Boven op de Pusuk pas stoppen we nog een keertje, bij een mooi plekje. Daar hebben ze een beruga gebouwd en kun je even echt van het uitzicht genieten. Daar komt een jongen op ons af met een fototoestel. Hij vraagt Adi of hij een foto van mij mag maken, waar hij ook op staat. Hij komt van Kalimantan. Adi kijkt mij verbaasd aan en ik leg hem uit, dat dit vaker voorkomt. Ze vinden het geweldig om met een Belanda op de foto te gaan, och en hij kan thuis in Kalimantan, zo’n rare toeriste laten zien. Een kinderhand is gauw gevuld, zeker als ze al blij zijn met een foto van mij ha-ha. Ja, en Joep met zijn bruine velletje is dus gewoon minder interessant. Mooi  op tijd komen we terug thuis aan. Ik voel aan mijn achterste dat we toch wel stevig doorgereden hebben. Ook Adi en Mariam hebben er last van. Joep is inmiddels al zo’n motormuis, dat hij nergens last van heeft. Adi vertrekt naar de moskee. Mariam kookt wat water voor ons, zodat we even echt een lekker bakkie koffie hebben en dan is het echt weer tijd voor de siesta. Tegen vieren gaat Joep op pad voor een nieuwe kabel voor de waterkoker. Ik krijg een smsje van Belo (oftewel Maliki) dat hij even aan wil komen. Prima, geen probleem. We gaan keurig buiten zitten, want als vrouw alleen nodig je geen man binnen uit. Goh, ik leer het nog ooit echt. Maar verwacht niet dat ik deze regels in Nederland hanteer hoor. Belo heeft een paar prachtige sieraden zelf ontworpen en gemaakt en ik ben erg onder de indruk. Vooral als hij vertelt dat hij ons twee prachtige armbanden van Aka bahar (zwart koraal) met zilver mee geeft. Hij vraagt ons om die in Nederland te verkopen en de opbrengst in het project te doen. Dit dames en heren is Belo, 24 jaar oud, amper een inkomen, maar hij wil persé wat doen voor ons project. Ik weet niet wat ik moet zeggen. Joep komt even later thuis en ook hem vertelt Belo wat hij bedacht heeft. Dit zijn de momenten dat je weer heel goed beseft waar je dit voor doet. Belo, terima kasih banyak. Wat ben je toch een schat van een jongen. Het is al avond als hij vertrekt. Maar praten met hem verveelt geen minuut. Hij wil ook zo graag herinneringen ophalen aan zijn tijd met Jeffrey hier. Jeffrey is de zoon van onze goede vrienden Nick en Elise. Belo betekent eigenlijk “lange”. Jeffrey was zels nog iets groter dan Maliki en dus werden ze onafscheidelijk als Belo satu en Belo dua. Nou het is duidelijk dat Belo dua zijn maatje nog steeds mist. Ze  hebben samen een geweldige tijd hier gehad en Jeffrey voelde zich na 24 uur in Lombok al super thuis. Veel van de mensen van de kampung praten nu nog over hem.
(Joep) Voor het kabeltje van onze waterkoker rij ik dus eerst twee supermarkten langs maar ik krijg nul op mijn rekest. Ze komen met stekkers en kabels aangelopen die helemaal niet lijken op het voorbeeld wat ik bij me heb. Dan maar naar Montong en de plaatselijke “Praxis “kan me ook niet verder helpen maar stuurt me door naar Ampenan naar een elektriciteitswinkeltje. Daar vind ik het juiste kabeltje ook niet, maar als ik op de terugweg langs het 24 uurs winkeltje langs Cafe Berry zie ik dezelfde waterkokers staan als dat wij hebben. Kabeltjes hebben ze helaas niet los maar voor 20.000 Rp. (€ 1,60) loop ik met een compleet nieuw ding naar buiten. Heeft me waarschijnlijk meer aan benzine gekost door naar de diverse winkels te rijden dan dat de aankoop van zo’n ding is. Als ik weer thuis kom zit Belo op ons terras en ik bewonder zijn creativiteit . Ook zie ik enkele staken bamboe liggen. Gisteren vertelde ik tegen Boung dat ik een soort van staand handdoekenrek wilde maken en zie, nu liggen de staken bamboe er al. Belo stelt voor om zijn creativiteit er op los te laten of dat we het gewoon samen maken. Maar het begint inmiddels al donker te worden dus we stoppen er mee, we willen de bamboe eerst een paar dagen laten drogen.
(Marijke) Ik ga voor het eten nog even zitten om het verslag bij te werken. Het is immers weer vrijdag. Nog een lekker maaltje bij Angel en dan is het genoeg voor vandaag. We zijn allebei moe. Toeristje spelen is best vermoeiend.



 


JPAGE_CURRENT_OF_TOTAL