Proyek Kampung Loco

  • Increase font size
  • Default font size
  • Decrease font size

Vrijdag 5 februari 2016

Zaterdag 30 januari 2016

Marijke


Terwijl we boodschappen doen, krijg ik een smsje van de zilversmid. Mijn boedha hanger is klaar (binnen 2 dagen!). Ik dacht dat ik het protomodel nog wel te zien zou krijgen, maar nee hoor, het is  al klaar. Een beetje angstig ga ik kijken. Prachtig, helemaal zoals ik het wilde hebben. Mijn boedha zit nu in een stralenkrans en ik ook ha-ha.. Ook gaan we vandaag de kasboeken controleren bij Cuk. Gewapend met een paraplu lopen we er naar toe. En ja hoor, nog voor we bij Cuk zijn, dendert het weer uit de lucht. Prima, laat het zaakje maar weer afkoelen. Cuk en June zitten beiden nog in de moskee, dus wachten we maar even op de beruga. We leren het ook nooit. Wij zijn altijd op tijd, maar moeten daardoor ook altijd wachten ha-ha. Na een kwartiertje komt Cuk terug en worden de kasboeken tevoorschijn gehaald. Hij heeft er drie. Eentje voor de school, een voor medicijnen en doktersbezoeken en eentje voor de kampung algemeen. Die van school is uiteraard het grootste. Hij heeft het weer keurig voor elkaar. De kosten voor lagere school zitten allemaal in een map, maar daarnaast, dus vanaf junior highschool is er een map per kind. Daarin zitten alle kwitanties voor dat kind en kunnen we in een oogopslag zien wat er voor dat kind uitgegeven is. Alle algemene rekeningen zoals voor schriften, kleding, extra uitgaven e.d. staan in het kasboek en de bon die daar aan refereert, zit keurig genummerd in een andere map. We kunnen niet anders zeggen dan Chapeau Cuk, prima voor elkaar. We zien dat de mensen goed gebruik maken van de donaties voor medicijnen en doktersbezoek. Keurig  kunnen we alles aan de hand van facturen terugvinden. Voor de kampung zijn de kosten alleen voor het waterverbruik van de tank en af en toe een nieuwe lamp voor de straatverlichting, dus dat valt mee. Nadat we de kasboeken voor akkoord getekend hebben, komt de koffie en kentang goreng (frietjes) als snack te voorschijn. Joep geniet er lekker van samen met Cuk, die niet echt smaller wordt ha-ha. We maken gelijk een afspraak voor de stafvergadering. Die willen we houden voordat we volgende week zondag beginnen met het maken van de jaarlijkse foto’s van de kinderen. Nu maar eens eerst kijken of de rest van de staf kan. Als de heerlijke bui afgelopen is, gaan we terug naar huis. We willen vanavond kaarten dus op tijd eten. Adi komt vertellen dat Abdul gevraagd heeft of we even aan komen. Ik had Abdul gevraagd om twee mooie akar bahar armbanden op mijn maat te maken. De vorige prachtige armbanden die ik had, moesten vorig jaar voor de operatie met een tangetje van mijn arm geknipt worden.  Voor mij waren die armbanden een stukje Lombok en ik miste ze. Vandaag wordt ik dus super verwend. Ook mijn armbanden zijn prachtig geworden. Helemaal opgepoetst en op maat. Even flink wringen om ze om te doen. Aka Bahar is zwart koraal, maar zo donker dat het bijna lijkt op hout. In deze hitte is het nog een beetje flexibel, maar in Nederland met die temperaturen, wordt Aka Bahar keihard en is het niet meer te buigen. Die gaan dus voorlopig niet meer af. Wee degene die zegt dat ze weer af moeten!! Gauw nog een hapje eten bij Angel en dan terug naar huis. Nu zit Adi in de moskee, voor een of ander extra biduur omdat er iemand is gestorven. Klinkt een beetje oneerbiedig, maar ze gaan er hier ook heel laconiek mee om.  Och, Indonesie blijft toch jam karet (letterlijk rubber tijd, dus zeer ruim in te plannen) Maar om negen uur kunnen we dan eindelijk aan onze zware competitie beginnen. We hebben weer ontzettend veel pech. Adi, de gigantische praatjesmaker wint weer en dat moeten we horen ook. Och we slapen er niet minder van. Selamat tidur.

Zondag 31 januari 2016

Joep


Vandaag staan Belo, Ros en hun zoontje Zeno om 11 uur voor de deur.  Met hen hadden we afgesproken om met ons vijfjes naar het strand te gaan. Er staat een flinke wind maar komen toch veilig bij Nuf Said aan. We zijn de enigsten en dat hadden we eerlijk gezegd niet verwacht aangezien half Lombok op zondag er op uit trekt. Donkere wolken pakken zich ook samen maar we laten ons daardoor niet afschrikken. Ze hebben een afdakje. We kletsen gezellig bij, spelen wat met de kleine Zeno die lekker in zijn blootje rondhuppelt en gek is van water. Hij rent zelfs spontaan de zee in en Marijke kan hem nog net grijpen voor hij omvalt. Spugend, half proestend en nat is hij even van streek. Maar nog geen 2 minuten later  lacht hij al weer. Ros en Belo hebben wat problemen met de opvoeding. Kleine Zeno probeert altijd het pakje sigaretten van papa te pakken te krijgen. Die worden dan snel weggepakt en dan proberen ze Zeno zijn aandacht af te leiden. Paniek als hij begint te huilen van kwaadheid. Marijke vraagt of ze wat mag proberen. Ze legt het pakje terug en iedere keer als Zeno handjes in die richting gaan, kijkt ze hem boos aan en zegt: Ndee, Zeno (sasak voor: nee, Zeno). De eerste paar keer huilt hij boze tranen en kijkt vol verbazing naar Marijke die nog harder begint te huilen. Hier snapt hij niks van. Marijke legt uit aan papa en mama, dat tranen van boosheid helemaal niet erg zijn en dat ze hem gewoon moeten laten huilen. Hier, zonder buren die oordelen, durven ze dat wel aan. Nog geen kwartiertje later snapt Zeno het verhaal. Zijn handje gaat in de richting, hij kijkt Marijke aan en pakt zijn autootje. En wij maar allemaal roepen, baik Zeno (goed zo Zeno). Ros en Belo staan helemaal verbaasd dat het werkt (wij trouwens ook een beetje, omdat hij het zo snel snapt). Wij verbazen ons over het feit dat deze twee jonge mensen, de opvoeding anders willen doen dan de standaard in Indonesie. De golven zijn vandaag aardig aan de ruwe kant en we zien een vissersbootje met veel geharrewar de branding doorbreken om door enkele vissers op het strand getrokken te worden. We hebben ook even aan de eigenaar gevraagd wat eigenlijk de naam Nuf Said betekent. De uitleg is hilarisch. Een Australier die de eigenaar kende zei altijd “enough said” (genoeg gepraat) en daarna wilden hij eten en drinken. De Indonesische vertaling is dus “Nuf Said” Schitterend toch!!!!.  We drinken/eten er wat en gaan tegen drieen weer op huis aan. Als we net binnen zijn valt er een flinke regenbui dus hebben wij geluk gehad. We voelen ons best wel een beetje gezandstraald en na een douche lopen we naar het strand om te gaan praten met een meisje met haar vader. Ze heeft de High School bijna doorlopen  en wil daarna gaan studeren in Yogyakarta op Java. De opleiding zou minimaal 5 miljoen kosten per semester maar de vader heeft uitgeteld welke kosten daar bij komen voor kos (kamerhuur) ,eten, uniform, boeken, een keer in het half jaar terug naar huis en nog wat kleinere dingen. Alles bij elkaar minimaal 20 miljoen Ruphia. Dan leggen we hun uit dat dat voor het project niet haalbaar is aangezien een van de regels is dat we niet voor kost, eten, reis e.d. kunnen opkomen. De 5 miljoen zou misschien nog wel op te hoesten zijn door meerdere sponsors een kind te laten helpen maar er zijn nog meer kinderen die naar de Universiteit gaan. In dit bovenstaande geval zou het betekenen dat de ouders van dit kind (ouders) zelf 15 miljoen per jaar moeten ophoesten en we weten dat ze dat echt niet kunnen, temeer omdat ze nog een kind hebben. Vorig jaar hebben we bekend gemaakt dat we geen nieuwe kinderen meer aannemen maar de kinderen nog 6 jaar zouden ondersteunen. Daar is nu dan al een jaar van voorbij. Het is heel hard om dat tegen de vader te vertellen maar dat is helaas de realiteit. Vader had voor ons, maar ook voor zijn dochter het kostenoverzicht gemaakt. Wij snappen het  en hopen dat de dochter het ook snapt want ze zit er stil bij. A.s. zaterdag komt Ibu Henny op bezoek en daarom nodigen we de vader met zijn dochter ook uit om een gesprek te hebben hierover. We zijn wel heel blij dat ze uit eigen gelegenheid dit gesprek zijn aangegaan. We nemen afscheid, lopen terug naar huis en maken ons op voor onze derde afspraak vandaag. Petula vertrekt woensdag weer terug naar Nederland en we treffen elkaar nog een keertje om samen wat te eten en te kletsen. Tot sluitingstijd praten we volop bij en dan blijkt dat Tessa (die hier ook woont) een nichtje van haar is en.... een vriendin van Suzanne. Wat is de wereld toch klein. Morgen gaat Petula nog even herinneringen ophalen in de school van Kediri ( van Stichting Impian Anak) waar ze les heeft gegeven en dan zit Lombok er ook voor haar weer op. Moe komen we thuis aan en zoeken snel ons bedje op.

Maandag 1 februari 2016

Marijke


Hoera, het is imigrasi dag. Adi stelde gisteravond voor om aansluitend door te rijden naar LCC (Lombok City Center) Inmiddels al de 3de grote mall in Lombok. Nou prima, dan nemen we Mariam ook mee. Maar eerst dus naar de Imigrasi. Om half negen zijn we al present, maar zeker niet de eersten. Alle papieren zijn ingevuld, paspoorten erbij, kopieen gemaakt, maar ze vinden toch nog iets. Op de voorkant van de map hadden we ook onze namen moeten zetten. Die regel is nieuw. Oke, doen we dat. Dan mogen we op de stoeltjes gaan zitten en even wachten, en even wachten, en even wachten. Ja het even duurt hier gewoon veel langer. Na ongeveer een uur mogen we weer naar de balie komen, waar we twee briefjes krijgen. Daarop staat dat we 9 februari terug moeten komen voor de rest. Dat wordt dan kantje boord want 10 februari is ons visum verlopen. Joep heeft ondertussen met Gert gesproken. Een Nederlander die hier ook al langer woont. Hij is dus voor het 2de bezoek hier. Hij heeft het briefje ingeleverd, krijgt na een half uur het verzoek om bij de kassa te gaan betalen, na weer een half uur moet hij naar counter 3, een kantoortje waar ze vingerafdrukken en een foto van hem nemen. Dan weer een half uurtje wachten, waarna hij zijn paspoort terug krijgt. Wij hebben een klein luxe probleempje. We brachten altijd een kleine koelkastmagneet mee voor de dame achter de balie en dan ging het echt sneller (corruptie?). Die dame is er echter niet meer en moeten we dus net als iedereen heel veel geduld hebben.  Ja, je moet er wel wat voor doen. Maar na dus een uurtje hangen zijn wij klaar voor vandaag en rijden met z’n vieren verder naar LCC. Deze ligt als je voor Mataram Mall staat, richting Sweta en dan nog een heel eind verder Langs de drukke dorgaande weg naar Oost-Lombok. En dat merk je aan het verkeer. En dan dachten wij dat Epi center groot was, nou dit is nog groter. Er wordt nog volop gebouwd, maar de soft-opening is al geweest. Prachtig woord vind ik dat soft-opening. Echt een uitvinding van Indonesie. Een soft-opening doen ze als ze dus nog lang niet klaar zijn, maar wel al de deuren willen openen. Het gevolg is dat je in een halve bouwput terecht komt, maar er zijn al winkels, dus dat mag de pret  niet drukken. Mata Hari is weer groots vertegenwoordigd op twee verdiepingen. Voor de rest is er amper wat te zien. Alleen is er in de kelder nog een supermarkt. De grootste die ik tot nu toe in Lombok gezien heb. Maar we hebben het al heel snel bekeken.  Hier komen we echt niet meer terug. Heel veel winkels staan nog leeg, net als het Epi Center. We besluiten “gezellig” naar Mataram Mall te gaan, maar alleen maar omdat we nog geen van allen een ontbijt hebben gehad en het eten bij Oceanic heerlijk smaakt. Ook daar wordt nog even rondgewandeld en dan keren we weer huiswaarts. Lekker even relaxen na al die overdaad. Het past totaal niet bij Lombok, zo’n gigantische malls. Mataram Mall was tot dit jaar de grootste en voor de mensen hier zo een keer per jaar een uitstapje, omdat het daar wat duurder is als bij de lokale winkeltjes. We vragen ons echt af wat voor klanten de twee nieuwe malls proberen te krijgen. Vooral gezien de dure winkels en de armoede op Lombok. Vanavond hebben we afgesproken om te gaan eten bij Rudi, Sherly, Jenny en Agus (nu weten we alle namen wel). Als we net vertrokken zijn voelen we een paar regendruppels en zien het weerlichten in de verte. Maar op een of andere manier rijden we precies tussen de buien door. Droog komen we bij een groot tankstation aan, waar we een berichtje sturen naar Sherly dat we aangekomen zijn. Even later staat ze met haar motortje voor onze neus. Ze neemt ons mee de kampung in. We gaan links, rechts en weer links. Ik heb geen idee waar we zitten, maar Joep heeft al meteen door hoe we straks terug moeten rijden. Hij wel. We komen bij een grote supermarkt aan. Iets grote formaat dan een Indomart (voor de kenners). Ik dacht dat Jenny een klein winkeltje zou hebben, maar dit is dus even iets meer. Vader en moeder zijn er ook en we worden hartelijk verwelkomd.Dan worden we mee genomen naar boven. Boven de winkel ligt een prachtig, groot appartement, waar Jenny en Agus wonen. Hier verblijft Rudi, nu hij op Lombok is. Het appartement is pas een paar jaar geleden verbouwd en dat is te zien. Prachtig mooi en ruim. Onze huisje past hier ongeveer vier keer in. Nee hoor, we zijn niet jaloers, maar bewonderen de manier waarop ze dit gebouwd hebben. Ook de trap naar boven is makkelijk en van metaal, dus geen  houtrot wat hier zoveel voorkomt. Het eten komt op tafel. Pa en ma nemen afscheid en wij met z’n zessen  genieten van de maaltijd. De vis smaakt heerlijk. Na de maaltijd wacht er nog een verrassing voor mij. Ze hebben Durian als toetje. Joep en Rudi, die ook geen echt liefhebber is, laten de buurt voorbij gaan, maar ik geniet lekker met de rest. Terwijl we zaten te eten en te kletsen, viel buiten de regen. In het begin behoorlijk hard, maar daarna werd het een langdurige simpele regenbui. Tegen elf uur houdt het op en besluiten wij afscheid te nemen van onze nieuwe vrienden. Rudi en Sherly vertrekken morgenvroeg naar Bali, waar vanuit Rudi over een paar dagen jammer genoeg weer naar Nederland moet. Toch gaan we proberen om Jenny en Agus nog een keertje uit te nodigen. Het zijn zulke lieve en hartelijke mensen. Fijn om ze ontmoet te hebben. Wij tuffen door een droge nacht naar huis. Ja natuurlijk is alles nog vochtig na die langurige regenbui, maar wij zijn er prachtig tussen door gereden.  Moe en voldaan weer ons bedje in.

Dinsdag 2 februari 2016

Marijke


Vandaag hebben we dan eindelijk onze vergadering met de mannen van het proyek. Omdat Cuk het drukste is van allemaal, hebben we hem eerst gevraagd wat het beste uitkomt. Hij zei dus dinsdagavond om acht uur. Dit hebben we aan de andere doorgegeven. Dan is het dinsdagavond acht uur. Iedereen is aanwezig, behalve Cuk. We wachten een half uur en dan worden we het zat. Boung gaat even kijken en even later komt een vrolijke Cuk aangewandeld. Ik val een beetje uit mijn rol door hem toch te verwijten dat hij ons allemaal royaal heeft laten wachten. Wat ik doe is dus “not done”, want dat betekend gezichtsverlies  maar soms lucht het wel op om het eens uit te spreken. Op de eerste plaats bedanken we Cuk voor de kasboeken en dat het allemaal weer keurig in orde was. Dan bespreken we de kinderen. Het valt mee dit jaar. Eentje is gestopt vanwege verhuizing naar een ander dorpje en eentje is gestopt vanwege de liefde en dus een snel huwelijk. De betreffende sponsors krijgen uiteraard terzijnertijd persoonlijk bericht . Dan vraag ik hoe het eigenlijk zit met de watertank. Die zou vorig jaar met begin van het droge seizoen gerepareerd worden. Nu staat hij leeg, al maanden op een nieuwe betonnen brug die nog afgewerkt moet worden. De mensen pakken nu water bij de mandi/toilet die er naast staat. Wat blijkt nu, door die brug moet de tank verplaatst worden, omdat anders men met een auto niet er langs kan. Er moet dus een nieuwe fundering gemetseld worden voor de tank op een plek 10 meter ervoor. Ze willen dat Ibrahim dat doet die hier in de kampung woont. Vinden wij ook, dan kan hij wat verdienen. Maar zeggen ze, Ibrahim is altijd druk. Ik zucht even diep en probeer ze dan uit te leggen, dat ze Ibrahim gewoon moeten vragen en dat hij dit werkje dan in kan plannen als hij met zijn andere werkzaamheden klaar is, anders gebeurt het nooit., want ze hadden Ibrahim nog niet gevraagd. Ook het repareren van de tank is nog niet klaar. Hiervoor hebben ze Alex gevraagd. Een hartstikke aardige knul uit de kampung. Die jongen heeft een baan bij Taman en gaat ook graag surfen in zijn vrije tijd. Hij doet het werk gratis. Dus lachend zeggen ze dat het wel even kan duren. Ook hier weer reageren Joep en ik met enige frustratie. Alex heeft het niet breed. Betaal hem hiervoor en vraag hem om het werk af te maken. Het lastige is dat nu het regenseizoen weer echt is begonnen en Alex dus moet wachten tot het weer droger wordt of .... regel een groot zeil.. Ja, ja je hebt hier echt een lange adem nodig, vooruit kijken is niet een sterk punt in Indonesie.  Misschien is het altijd zo geweest, maar dit jaar valt het me meer op dan anders. Daarna krijgen we een lange discussie. We willen een gedeelte van de administratie bij Cuk weg halen. Hij doet dit werk nu al tien jaar en heeft het met zijn baan en hun winkeltje al druk genoeg. Ook denken we door het wat op te splitsen, de andere wat meer betrokken te maken. Nu ligt het allemaal te veel bij Cuk. Na lang overleg wordt afgesproken dat Adi met Mariam gaat praten en dat zij eventueel de administatie van de medicijnen en doktersbezoek gaan overnemen. Mariam is ook meestal thuis en dus kunnen de mensen ook bij haar terecht. We zullen zondag te horen krijgen of ze dit overnemen. Al met al zijn er toch goede afspraken gemaakt en hopen we dat deze ook uitgevoerd gaan worden. Dan keert het enthousiasme terug in de vergadering, want aan het einde wordt altijd afgesproken, wanneer en waar we gaan eten. Zondagavond half acht bij Menega. Ik vermoed dat dan wel iedereen op tijd is. We voelen dat de animo na tien jaar een beetje tanende is. Het valt ook niet mee, om altijd maar klaar te staan voor de kinderen en de kampung en soms de roddels moeten aan horen over hoeveel ze wel niet betaald krijgen, terwijl ze dit werk allemaal gratis doen. Ja, de mannen moeten toch volhouden, wie A zegt moet ook B zeggen. We zijn allemaal inmiddels tien jaar ouder en staan heel anders in het leven. Allemaal hebben ze hun eigen dingen en werkzaamheden en soms komen al die projectdingen net even niet goed uit. Maar als we vragen of ze door willen gaan, blijven ze allemaal volmondig ja zeggen, dus we gaan ervoor. Hoewel als ik dit terug lees, ik veel frustratie zie van mijn kant, blijf ik in dit project geloven. We zien veel kinderen met een toekomst en met een baan. Een ding hebben we zeker geleerd: hoeveel je een kind ook probeert te helpen financieel, als het kind niet gemotiveerd is, zal het niet lukken. Het karakter van een kind bepaald zijn toekomst. De financien helpen, maar zijn niet alles bepalend.

Woensdag 3 februari 2016

Joep

En aangezien het vandaag bijna de hele dag regent schrijf ik nu eens over wat andere dingetjes. Voor de ingang van alle scholen hier staan elke dag kleine mobiele kraampjes of er tegenover een klein stalletje waar de kinderen wat lekkers kunnen kopen. We hebben het er met Ishak over gehad en die vertelde dat Natalie zijn dochtertje elke dag 3.000 – 5.000 Ruphia (20  - 30 cent)  krijgt van hen om daar iets te drinken of te snoepen van te kopen. Het is een eeuwenoude traditie. Ishak had dat willen verbreken om Natalie van huis uit iets mee te geven een banaan, mango of iets anders kleins. Maar kleine Natalie kwam huilend terug uit school omdat ze elke keer door de andere kinderen werd uitgelachen. Na verloop van tijd heeft Ishak het maar opgegeven. Nu kun je hier wel om lachen maar in Nederland gebeurd eigenlijk bijna hetzelfde. Loop je er niet volgens de mode bij val je ook vaak buiten de boot. Vaak moeten het dan ook dure merkkleding zijn. Hier is dat wat betreft de mode niet omdat ze hier elke dag een uniformpje dragen. Een dag in de week is dat het sporttenue, vrijdags de moslimkleding en op de andere dagen het uniform en dat is weer per school verschillend. Meisjes dezelfde kleur rokken als de broeken van de jongens, en de overhemden zijn van hetzelfde patroon. Slippers zijn uit den boze, het moeten gymschoenen zijn ( jullie raden het al, geen Adidas of Nike’s). Zo kun je ook niet zien of de ouders van het kind rijk zijn of arm. Alhoewel je aan sommige kinderen wel goed kunt zien dat ze qua eten niets tekort komen. Op de hogere scholen (JHS en HS) komt er voor de jongemannen vaak nog een stropdas bij. Verder wil ik even ingaan op een paar vragen over of wij zelf koken en of wij buitens huis eten. Wij hebben hier een klein huisje tussen de lokale bevolking. Een kopie van een twee onder een kaphuisje van Bumi Aditya waar we vroeger zaten. Daar wonen we met Adi en Mariam. Zij aan de linkse kant en wij aan de rechtse kant. Aan hun kant hebben we een (gezamelijke) keukentje aangebouwd. Geen kookeiland, niet voorzien van magnetron, diepvries, koffiemachine, afzuigkap, sapcentriguge, mixer, en weet ik veel wat in Nederland allemaal gebruikelijk is. In onze kant hebben we een klein kamertje waar een klein hotelkoelkastje, broodrooster, waterkoker en een grote 19 liter fles water op een standaard. Elke morgen maak ik in ons “keukentje” mijn ontbijt klaar, Marijke loopt naar de gezamelijke keuken en komt even later met een volle bak met gezond spul. Koffie maken we ook zelf. Daarna is het afwassen in de gezamelijke keuken (meestal door Marijke!!) Aangezien ik me moet aanpassen hier en Adi ook niet in de keuken komt, volg ik hem bijna blindelings!! Nu ik dit schrijf realiseer ik me dat als ik weer thuiskom in Nederland, ik elke dag gegarandeerd  bergen afwas te verwerken krijg. Maar even verder aan het verhaal, we gaan dus bijna elke dag uit eten. Op die manier komen we heel vaak andere mensen tegen (als we er zin in hebben). Bij voorkeur gaan we bij locale ondernemers eten en dat doen we afwisselend, zo kunnen deze locale ondernemers ook een graantje van ons meepikken. Dit jaar is onze vaste keuze gevallen op Ijo’s, Bale Tajuk, Angels, Jessy Cafe, Bumbu’s, Nuf Said, Banana Leaf. Tussendoor proberen we wel eens een andere uit en als het regent word het “bunkus” oftewel we halen het ergens af. Meestal is dat bij “de Nasiman”. Dit is niet zijn orginele naam maar de dochter van Nick heeft hem die naam gegeven. Hij staat met zijn kleine houten kraampje aan de ingang van Green Valley (oftewel BTN oftewel Bata Bolong genaamd). Voor de nieuwsgierigen , achterste kraampje aan de linkse kant. Gaat laat in de namiddag open maar kom er niet te laat want dan is alles op. Nuf Said ligt noordelijker van Senggigi, ter hoogte van Mangsit. Een klein wit bordjemet als opschrift “Nuf Said Warung  Grilled Seafood”  aan de linkse kant van de weg tussen “Verve Beach Club” en “Holiday Resort” geeft aan waar het is. Tussen een paar bomen leidt het paadje naar het strand waar een eenvoudig gebouwtje staat Onder een overkapping staan wat bamboetafels met stoelen. Niet te vergelijken met de buren! Bij “ Taman” drinken we wel eens Ice –Coffie Speciaal, we hebben er wel eens gegeten maar voor die prijs eet je op bovenstaande adressen 2 tot 5 keer en bij de nasiman zelfs 10 keer. Ook zie je hier kleine karretjes waar je voor 3000 Rp al geniet van een kleine maaltijd. Op het weggetje tegenover het Imigrasi kantoor zagen we 2 oude auto’s staan waar je via de achterklep ook een maaltijd kan bestellen (5000 Rp). Of de talrijke viskraampjes aan de weg naar het noorden.  Er begint er eentje en binnen de kortste keren krijgt hij buren. Kan hier allemaal. Genoeg over het eten. Overal zien we dat er gebouwd wordt. Van kleine objecten tot grote hotels. Gokken de investeerders op een massatoerisme? Ik weet het niet, er hoeft maar iets te gebeuren in de wereld en het toerisme stort hier omlaag en dan bedoel ik de recentelijke gebeurtenissen in Parijs, Jakarta en weet ik waar nog meer. Er word hier gezegd dat ze in de haven van Lembar iemand hebben opgepakt die bij zo’n club hoorde maar of het waar is weet ik niet. Na de aanslagen in Bali zijn zijn na de aanslagen, jaren geleden, veel mensen bankroet geworden en het heeft meer dan 5 jaar geduurd voordat de stroom van toeristen weer op gang gekomen was. Ook leuk om te zien is dat de bij elkaar geraapte plankjes die een kastje vormen waar flessen in staan langs de weg en waar geen drank in zit maar benzine voor de motor (of auto) op enkele plaatsen vervangen zijn door zo’n hydraulische pompjes (vat met een glazen cilinder erboven) die je in de brommertijd ook in Nederland zag staan voor de twee-takt benzine. Pure nostalgie hier, als je er oog voor hebt. Zo, genoeg geschreven voor vandaag.

Donderdag 4 februari 2016

Marijke


De zon schijnt tussen de wolken door, dus we gaan lekker toeren. We zien wel hoe ver we komen. Toen we in december hier de route reden zagen we dat het leuke restaurantje aan zee vlak bij de haven van Taluk Nare, verdwenen was. Maar men was bezig om deze ruimte weer op te knappen. Dus gaan we maar eens kijken wat er van gemaakt is. Onderweg daar naar toe, zien we overal nieuwbouw. Hotels worden uit de grond gestampt en muren langs de weg opgetrokken, zodat je de zee op sommige plaatsen niet eens meer kunt zien. Met een beetje weemoed denk ik terug aan het begin. Oke, de weg was toen bar slecht. Je moest constant opletten voor overstekende koeien, met het touw waaraan ze vast zaten aan de andere kant van de weg! Geiten, honden en kippen die plotseling overstaken, maar je kon stoppen waar je wilde midden in de natuur en overal was het uitzicht even mooi. Nu zijn die mooie plekken in beton gevangen met een railing erlangs en de stalletjes met kokosnoot erbij. Och ja dat heet vooruitgang. Het restaurantje schijnt nu een lounge plek te zijn. Er staat een biljart en wat grote banken, maar is dus geen restaurantje meer. Dan maar doorrijden naar Bangsal, waar we nog een klein restaurantje kennen. Alleen een beetje vervelend dat daar altijd een man rondloopt, die eerst vanalles vraagt en dan voor de zoveelste keer (we zijn hier al vaker geweest) vraagt of Joep land wil kopen. Nee hoor, we hebben genoeg aan ons huisje. Dan druipt hij weer af. Na een kleine lunch besluiten we toch maar door te rijden naar de Pusukpas. De lucht is een beetje bewolkt, maar we gaan ervoor. Het is druk aan de kant van de weg. Het zit vol met apen die kijken alsof ze op de bus zitten te wachten. Bij de beruga boven aangekomen, stoppen we weer om van het uitzicht te genieten. Deze plek was in eerdere verhalen al speciaal omdat daar een kindje met een hazenlip woonde en die door rondvragen onzerzijds gelukkig kon worden geholpen. Maar ook hier zijn de dingen veranderd. Het gebouwtje staat er nog, maar van een winkeltje is geen sprake meer. Jammer maar “ini la hidup”  oftewel “zo is het leven”. Wij toeren langzaam verder, langs de rivier en zo richting Gunung Sari. Daar rechtsaf en dan rijden via Sundik naar huis. We komen langs het huis van Corry, maar hadden van Mohni eerder begrepen dat Corry al naar huis was vertrokken. Verder maar weer richting Senggigi. Vlak voor we thuis zijn, stoppen we nog even op de laatste heuvel om van het uitzicht op onze mooie zee te genieten. Maar lang sta je hier niet alleen. Er komt alweer een verkopertje om even bij te kletsen. Dan door naar huis, waar een lekker frisse mandi op ons wacht. Voor we gaan eten, ga ik even naar Mariam. Zij gaat morgenvroeg met Adi naar de markt om spullen in te kopen. Mariam gaat morgen en zaterdagmorgen koken voor Ishak, Ayu, Ibu Henny en Pak Kasmat. Die hebben we uitgenodigd als dank voor wat ze voor ons allemaal gedaan hebben de afgelopen weken. Ik ga vragen aan Mariam of ik haar mag helpen met de voorbereidingen, maar haar kennende zal ze me wel de keuken uit sturen. Ik zal wel teveel in de weg lopen in ons kleine keukentje.Maar we zien wel. Terwijl we aan onze avondmaaltijd bij Yessy zitten, komt Wil en zijn vrouw aanlopen. Wil duikt ook al jaren bij Mohni. Als ik vertel dat we het jammer vinden dat Corry al vertrokken is, krijg ik van hen te horen dat ze echt nog aanwezig is, maar haar zus en man naar het vliegveld gebracht hebben in verband met het overlijden van de schoonmoeder van haar zus. Communicatie blijft in Lombok een verhaal op zich.

Vrijdag 5 februari 2016

Marijke

Mariam en Adi zijn al in alle vroegte naar de markt vertrokken. Er moet driftig ingekocht worden voor morgenmiddag als de gasten komen. Als ze terug komt vraag ik of ik ergens mee kan helpen. Nee hoor, ze begint morgen pas met koken. Na ons ochtendritueel vertrekken we naar Suzanne en Opik. Even bijkletsen. Joep loopt naar Boung (die daar werkt) en bij de beruga is. Even later gaat Opik daarbij zitten en gaat Boung weer aan de slag. Ik ga bij Suzanne op het terras voor het huis zitten. Suzanne en ik leren elkaar steeds beter kennen en het voelt alsof we elkaar alles kunnen vertellen. Als je zoals ik er best wel moeite mee hebt om in Lombok elk woord op de weegschaal te leggen, is het een verademing om met Suzanne lekker voluit te kunnen kletsen. We zeggen lachend hoe klein de wereld is, aangezien de vriendin van Suzanne, Tessa een nichtje is van Petula. Suzanne heeft een flinke stapel boeken liggen en ik neus er even doorheen. Het bovenste boek spreekt me meteen aan en dat gaat dus mee naar huis. Tussendoor haalt Suzanne Sofie van school. Een vriendinnetje komt mee om te spelen. De meisjes spreken op school Indonesisch, met elkaar Engels en Sofie spreekt met mama Nederlands. Hoe internationaal wil je het hebben. Zo spelenderwijs spreekt onze lieve kleine Sofie drie talen. Schitterend gewoon. Als de dametjes allebei een prinsessenjurk aantrekken, denk ik meteen met een brok in mijn keel, aan onze kleinkinderen. Meiden zijn overal hetzelfde ha-ha. Als we bij Suzanne en Opik weggaan, willen we meteen even boodschappen gaan doen, maar het begint heel voorzichtig te druppelen. Door omstandigheden wijzer geworden, besluiten we maar om naar huis te rijden. Hoe slim van ons, want nog geen vijf minuten later, breekt de hemel weer open. Laat maar lekker vallen, want dan kan ik meteen aan dat mooie boek beginnen. Wat moet je anders bij zo’n moessonbui. Rustig blijven en wachten tot het voorbij gaat. Het regent dus een boek lang. Ik heb mijn boek uit, mijn dutje gedaan en langzaamaan wordt het droger. Gelukkig nog tijd voor de boodschappen en een hapje eten. Bij Bumbus komt de eigenaar weer even gezellig erbij zitten. Hoewel hij al jaren even hallo kwam zeggen, horen we dit jaar bij de intimi (of hoe heet dat) en drinkt hij gezellig met ons een glaasje en praat het leven weer bij. Na het eten, rekenen we snel af. Thuis moet er weer een kaartje gelegd worden. Mariam heeft stiekem dus de hele dag al kroepoek gebakken. Joep is meteen vanavond weer aan het voorproeven, want van de kroepoek die Mariam bakt, kan hij met geen mogelijk afblijven. Schijnbaar brengt de kroepoek geluk, want Joep is weer de winnaar. En terwijl half Nederland nu met de carnaval bezig is plaatsen we snel dit verslag. Gegarandeerd dat er een paar op wachten.